Gepersonaliseerd voedingsadvies
Nu ja. Ik heb aanvullingen op de Schijf van Vijf. Ten eerste, de Schijf van Vijf is een algemeen advies ondanks dat mensen verschillen van elkaar en dus ook verschillende voedingsbehoeften hebben. Je aanleg, leeftijd, geslacht, hoe actief je bent, zwangerschap, borstvoeding; het is allemaal van invloed. Als je bijvoorbeeld ouder dan 50 jaar bent, is het goed om extra vitamine D te slikken; als je zwanger wilt worden, extra foliumzuur. En een wielrenner die de tour de France rijdt heeft drie keer meer calorieën nodig dan ik als inactieve kantoorklerk.
Omdat mensen verschillen, is gepersonaliseerd voedingsadvies van belangBovendien kennen we allemaal wel iemand die alles kan eten en graatmager is, of juist dik wordt van helemaal niets. Ook het stofwisselingsprofiel van iemand met overgewicht kan de effectiviteit van een afvaldieet beïnvloeden. Zo vond een recent onderzoek dat de ene groep deelnemers met overgewicht (spier insulineresistent) beter gedijden op een voedingspatroon laag in vet, maar hoog in eiwit en vezel. Terwijl de andere groep deelnemers (lever insulineresistent) meer baat hadden bij een voedingspatroon hoog in enkelvoudig onverzadigde vetzuren. Overigens pasten beide voedingspatronen in de Richtlijnen Goede Voeding. Gepersonaliseerd voedingsadvies heet dit. Diëtisten geven ook gepersonaliseerd voedingsadvies aan hun cliënten. Diëtisten baseren zich hierbij niet op het stofwisselingsprofiel zoals in bovengenoemd onderzoek, maar op de bestaande voedingsgewoontes van die cliënten.
Beter voor de wereld
Ten tweede, het aspect duurzaamheid is weliswaar meegenomen in de Schijf van Vijf, maar deze adviezen zouden verder kunnen gaan. Een simpele boodschap zoals ‘eet minder vlees’ heeft het grootste effect op onze wereld. Een helemaal veganistisch dieet zou kunnen leiden tot tekorten (van bijvoorbeeld vitamine B12, ijzer, zink, calcium, eiwitkwaliteit) en is daarom misschien wel goed voor de planeet, maar minder gezond voor sommigen. En toch: een minder dierlijk en meer plantaardig voedingspatroon is niet alleen duurzamer, maar ook gezonder. Het ligt dus genuanceerd. Naar verwachting zal de Gezondheidsraad dit meenemen in de volgende versie van de Richtlijnen Goede Voeding.
Maar hoe maak je duurzame keuzes in de supermarkt?Over duurzame voeding valt meer te zeggen, maar is ook ingewikkeld. Hoe maak je nu duurzame keuzes in de supermarkt: koop je Nederlandse appels die 9 maanden in de koeling hebben gelegen of de appels uit Chili? Bij deze appelkeuze vraag ik me af: wat geeft de laagste uitstoot van broeikasgassen? Maar beter voor de wereld houdt ook in: diervriendelijker, eerlijker, goed voor de biodiversiteit, minder land- en watergebruik. Al die dimensies meenemen in je voedingskeuzes is ingewikkeld. Er zijn wel hulpmiddelen, zoals bijvoorbeeld de Superlijst, die tenminste aangeeft welke supermarkt duurzamer is, of een nog te ontwikkelen eco-label. Hoewel dat laatste nog een beste klus zal zijn. Want wat kies je als een product wel gezond maar niet duurzaam is, of andersom?
De dooreet-factor
Ten derde, niet alleen de samenstelling van onze voeding lijkt te bepalen hoe gezond die voeding is, maar ook de mate van verzadiging (of bewerking?). Het is natuurlijk geen verrassing dat je veel meer calorieën per minuut binnen krijgt met het drinken van chocolademelk, dan met het eten van worteltjes. Als je kijkt naar al onze voedingsmiddelen, dan zijn worteltjes en chocolademelk twee uitersten, de meeste voedingsmiddelen liggen ertussenin. Een bekend onderzoek liet het effect zien van bewerkte voedingsmiddelen. Wanneer je mannen twee weken opsluit en je ze deze periode ofwel sterk bewerkte ofwel onbewerkte voedingsmiddelen geeft, dan blijken ze gemiddeld 500 kcal per dag meer te eten op het sterk-bewerkte voedingspatroon. Dit gaat gepaard met een toename in lichaamsgewicht. Heeft dat dan met bewerking te maken of met wat anders?
Het gaat hier vermoedelijk ook om eetsnelheid, de hapgrootte en de duur dat de voeding in onze mond is. Dit lijkt een effect op ons verzadigingsgevoel te hebben. Hoe groter de eetsnelheid, hoe kleiner het verzadingsgevoel. De mate van verzadiging van een voedingsmiddel is waarschijnlijk dus ook van belang, naast zout, suiker, verzadigd vet en calorieën. Zou je hier ook een logo voor kunnen bedenken om de consument te helpen kiezen? De kreet ‘sterk bewerkt’ op een voedingsmiddel dekt niet de lading. ‘Verzadigend’ of ‘hoge dooreet-factor’, dat klinkt al beter.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Of het lang of kort duurt, altijd komt er wel weer eens een voedings(des)kundige langs die het Verzadigd Vet spook uit de kast trekt. ‘We eten teveel verzadigd vet’ heet het dan zoals ook nu weer. En dat terwijl halfvol/halfvet/mager alweer 40 jaar door de meeste consumenten nauwgezet wordt opgevolgd.
Ik zou nou zo graag eens een voedings(des)kundige zien aanschuiven die ons waarschuwt voor het tomeloze gebruik van zaadoliën in de vorm van linolzuur, dat VV – waar niks mis mee is – bijna geheel heeft vervangen en het VV dat er nog is is halfvol, of mager.
Zaadoliën leveren naast atherosclerose ook een belangrijke bijdrage aan kanker. In feite is een trefzekere manier om kanker op te wekken in veel diermodellen om ze zaadoliën te voeren. Dieren ontwikkelen doorgaans kanker zodra de linolzuur in hun dieet 4% tot 10% van hun energie-inname bereikt. Maar de meesten met een westers dieet halen ongeveer 25% van hun totale dagelijkse calorieën uit zaadoliën, dus we zijn ver boven de veiligheidsdrempel voor deze vetten — althans op basis van het laboratoriumwerk bij dieren. Onze voorouders kregen doorgaans minder dan 2% van hun calorieën in de vorm van linolzuur.
Er zijn zelfs aanwijzingen dat het elimineren van zaadoliën uit het dieet het risico op zonnebrand drastisch zal verminderen en uw risico op huidkanker zal verlagen, omdat gevoeligheid voor UV-stralingsschade wordt beheerst door hoeveel linolzuur er in het eten zit.
We zullen het wel nooit leren Theo. Achter de zaad olie zit een machtige mafia die het niks kan schelen hoeveel mensen er uiteindelijk dood gaan bij gebrek aan beter. Dat we het ontstaan van huidkanker deels zouden kunnen voorkomen door het volledig vermijden van zaad olie is een onder gesneeuwd gegeven.
Theo #1 Jij loopt vooruit.
De huidige schijf van 5 is tussen 2004 en 2016 tot stand gekomen. Na die tijd zijn er veel nieuwe inzichten bijgekomen (suiker, vetten, eieren, sappen, melk, gepersonaliseerde voeding). Hiervan zien we wellicht wat terug in een volgende versie. Ik vind het ook jammer dat voortschrijdend inzicht niet jaarlijks wordt bijgewerkt. Er zijn inmiddels veel vegetariërs, vleesvervangers, pre-diabetis, Nutri-Scores, zuivel-, vlees- en vetverwarringen. Dit maakt het volgen van de laatste onderzoeksresultaten, die Foodlog voor ons verzamelt, zo interessant en bruikbaar (voor eigen risico).
Annet Roodenburg Je noemt de term 'hoge-dooreetfactor' als voorbeeld voor een term over verzadiging. Maar is de hoeveelheid die iemand 'dooreet' juist niet erg verschillend per persoon? Dat ligt er ook aan of iemand een restrictieve eter is of niet lijkt me? 'Verzadigend' of 'niet-verzadigend' vind ik dan een stuk passender.
Hoge door-eetfactor is een term die denk ik afkomt van Ralph Moorman