Wij zien dat er veel onderzoek is naar agroforestry en dat er veel plannen worden gemaakt, maar daarbij ligt de nadruk op teelttechnische en bedrijfseconomische zaken (verdienmodellen!). Landschap komt meestal op de laatste plaats. Tegelijkertijd zien we dat plannen in de praktijk vaak stranden op planologische beperkingen. Wij denken dat agroforestry enorme kansen kan bieden voor het Nederlandse landschap en bij kan dragen aan de realisering van de Bossenstrategie (37.000 ha nieuw bos) en het Aanvalsplan Landschap (10% groenblauwe dooradering). Het ontbreekt echter aan ontwerpinstrumenten en een ontwerpcultuur om daar vorm aan te geven.

Het ontbreekt nog aan ontwerpinstrumenten en de ontwerpcultuur om de bossenstrategie en het aanvalsplan landschap vorm te geven
Definitie
Wat is agroforestry? De eenvoudige definitie is ‘landbouw met bomen’, maar daarachter schuilt een scala van productievormen: voedselbossen, voedselmoerassen, bosweiden, weiden met voederhagen, heggenlandschappen, begraasde boomgaarden, strokenteelt met bomenrijen en/of struweelhagen. Voorwaarde is dat de toegepaste bomen en struiken een productieve functie hebben in de landbouwkundige bedrijfsvoering. Dat kan voedsel voor mens en dier zijn, maar ook hout, vezels, windbreking, schaduw of waterconservering. Kenmerkend is dat optimaal gebruik wordt gemaakt van natuurlijke processen voor bodemverbetering (schimmels!), verjonging, plaagregulatie en bevruchting. Biodiversiteit is geen neveneffect, maar een primaire productiefactor.

Inpassing
Agroforestry levert een veel beslotener en kleinschaliger landschap op dan de gangbare monofunctionele landbouw. Met name in open en grootschalige poldergebieden, maar ook op esgronden en in beekdalen levert dat discussie op over de inpassing. Als openheid is vastgelegd in een bestemmingsplan, mogen zonder vergunning geen bomen en struiken aangeplant worden. Waar archeologische waarden liggen, zijn geen ‘diep-wortelende’ bomen mogelijk. In sommige veenweidegebieden mag de grasmat niet gescheurd worden, en in weidevogelgebieden is opgaande beplanting uit den boze. Al deze -op zich begrijpelijke- beperkingen staan toepassing van agroforestry in de weg, en houden de gangbare landbouw in stand. Dat is jammer, gezien de natuur- en milieuvoordelen van agroforestry. En onnodig, want met een goed ontwerp zijn landschappelijke bezwaren te ondervangen.

Economie
Natuurlijk zijn er vragen over het economisch perspectief van agroforestry. Er is onzekerheid over de oogst- en afzetmogelijkheden van de producten (allerlei soorten noten, vruchten, kruiden, paddenstoelen, bloemen, en ook vezels en hout) en bovendien duurt het meerdere jaren voordat je opbrengst hebt van bomen en struiken. Als je voor elke aangeplante boom ook nog leges moet betalen, helpt dat niet. Gelukkig biedt het nieuwe GLB-beleid meer mogelijkheden om bomen en struiken op landbouwgrond aan te planten en komen via de ecoregelingen extra vergoedingen beschikbaar voor ecosysteemdiensten. Daarnaast zijn er regelingen om startinvesteringen fiscaal aantrekkelijk te maken, zoals MIA en Vamil, en bieden koolstofcertificaten een interessant perspectief, want agroforestry legt veel koolstof vast in zowel de houtige gewassen als de bodem. Verder kan agroforestry als een vorm van natuurbeheer worden ingezet, waarbij naast beheervergoedingen ook ‘afwaardering’ naar natuurgrond of landschapsgrond aan de orde kan zijn. Kortom: met een juiste mix van instrumenten is vaak meer mogelijk dan op het eerste gezicht lijkt. En ook hier geldt: het begint met een goed ontwerp.

Agroforestry past goed bij het ‘landgoedmodel’, omdat bosbouw en landbouw daarin van oudsher al sterk verweven zijn
Ontwerpateliers
Maar hoe maak je een goed ontwerp? Dat hebben we getest in een viertal ontwerpateliers, in vier verschillende landschapstypen (kleigebied, zandgebied, veengebied en stedelijk gebied) voor uiteenlopende initiatiefnemers (boeren, boerenorganisatie, burgercollectief en publiek-privaat samenwerkingsverband). Twee daarvan lichten we kort toe.

In het voorjaar van 2021 hebben we samen met 4 WUR-Masterstudenten onderzocht hoe agroforestry ingepast kan worden in het landgoederenlandschap langs de Kromme Rijn bij Utrecht. Initiatiefnemer was een lokale werkgroep van betrokken burgers. Verder waren Stichting Utrechts Landschap, de landschapscoördinator van het Kromme Rijnlandschap, de provincie Utrecht en de gemeente Zeist betrokken. Conclusie was dat agroforestry prima past bij het ‘landgoedmodel’, omdat bosbouw en landbouw hier van oudsher al sterk verweven zijn. Het plan van de studenten laat zien hoe het landschap versterkt kan worden, door slim in te spelen op historische laan- en bosstructuren en zichtassen. Via een netwerk van fiets- en wandelpaden, proeftuinen en verkooppunten wordt ook de verbinding met de stedelijke omgeving gezocht. Het plan lijkt ambitieus, maar in de praktijk wordt er al hard aan gewerkt. Bij Leersum ligt de regeneratieve boerderij Schevichoven, een proeftuin voor agroforestry en bij Driebergen de Natuurplaats Binnenbos, een natuurinclusief landgoed met onder meer een voedselbos van 4,5 ha. Verder is in het kader van het project ‘Lekker Landschap Kromme Rijn’ een verdienmodel uitgewerkt voor de oogst en verwerking van eetbare kruiden uit (bestaande en nieuwe) landschapselementen. Door dit soort lokale initiatieven te ondersteunen en met elkaar te verbinden vanuit een bredere visie op het landschap kan de noodzakelijke ‘landbouwtransitie’ versneld worden.

In het voorjaar van 2023 zijn samen met het agrarisch innovatienetwerk Wij.land en een andere groep WUR-studenten mogelijkheden onderzocht voor agroforestry in het veenweidegebied. Voor drie agrarische bedrijven zijn voorbeeldplannen uitgewerkt. Geprobeerd is om de praktische eisen van de bedrijfsvoering te combineren met de landschappelijke en beleidsmatige randvoorwaarden (openheid, weidevogels, waterbeheer). Dat heeft tot interessante oplossingen geleid. Voor één boerderij zijn natte teelten vormgegeven als een ‘supererf’ in het landschap, geïnspireerd op het traditionele boerenerf. Voor een andere boerderij is een integrale zonering gemaakt van begraasde bosweiden rond de boerderij naar natte graslanden op de veldkavels, gebaseerd op de geomorfologische gradiënt van oeverwal naar veenkoepel. Voor een derde boerderij is een compositie gemaakt van erfbosje, voederhagen, elzensingels en een ‘honey highway’. De openheid wordt gerespecteerd door aan te sluiten bij reeds verdichte delen en strategische inzet van zichtlijnen. Voor Wij.land zijn de voorbeeldplannen input voor het lopende project ‘Hollandse Lagen’, dat de diversiteit in het veenweidelandschap wil vergroten via agroforestry. Daar doen inmiddels tientallen boeren aan mee.

Vijf gouden ontwerpregels
De twee andere ontwerpateliers hadden betrekking op het stedelijk gebied Oosterwold in Almere en op de vrije bosuitloop van een aantal biologisch-dynamische pluimveebedrijven verspreid in Nederland. Daarnaast zijn bestaande plannen, beleidsdocumenten en onderzoeken geanalyseerd. Conclusie is dat het niet eenvoudig is om kant-en-klare ontwerpregels te formuleren. Er zijn immers tientallen vormen van agroforestry en een minstens even grote diversiteit aan inrichtingsfactoren waarmee rekening gehouden moet worden (bodem, water, natuur, cultuurhistorie). Maatwerk is altijd vereist en dat blijft een creatief proces.

Toch hebben we op basis van de plananalyses en ontwerpateliers wel een aantal adviezen voor ondernemers, ontwerpers en beleidsmakers. Dit noemen we de vijf gouden regels. Deze gaan uit van een landschapsgerichte benadering en zijn vooral bedoeld om het blikveld te verruimen. Ze moeten ervoor zorgen dat er begin af aan nagedacht wordt over de vormgeving van het bedrijf en de inpassing in het landschap. Want een goed ontwerp is meer dan een mooi plaatje achteraf.

De vijf gouden regels

  1. Kijk naar het geheel: dat wil zeggen sluit aan bij de grotere historische en ecologische structuren op en rond het bedrijf en betrek omgevingspartijen tijdig bij de planvorming;

  2. Denk vooruit: maak een stappenplan en wees flexibel, weet dat het meerdere jaren duurt voordat bomen en struiken volgroeid zijn en dat ondertussen ook het beleid, de markt en zelfs het klimaat veranderen;

  3. Werk met de natuur: maak optimaal gebruik van ecologische processen en structuren, en accepteer dat een deel van de oogst ten goede komt aan vogels en andere wilde dieren;

  4. Maak een compositie: bedenk wat jouw verhaal is, ga schetsen met de kaart op tafel, betrek daar professionele ontwerpers bij, want je maakt het cultuurlandschap van de toekomst, waar meerdere generaties gebruik van zullen maken;

  5. Hou het praktisch: een goed ontwerp hoeft niet ten koste te gaan van de praktische uitvoerbaarheid, maar kan juist creatieve oplossingen in beeld brengen, die de efficiency en het rendement van het bedrijf vergroten!

De beste plannen ontstaan in een open dialoog tussen ondernemer, expert, beleidsmaker en ontwerper
Dialoog
De ervaring van Design Lab Agroforestry is dat de beste plannen ontstaan in een open dialoog tussen ondernemer, expert, beleidsmaker en ontwerper. Daarbij zijn ontwerpers als geen ander gewend om uiteenlopende data en doelen bij elkaar te brengen in een samenhangend ruimtelijk plan. We kunnen in Nederland teruggrijpen op een rijke ontwerptraditie voor het landelijk gebied en er zijn steeds meer landschapsontwerpers die zich toeleggen op agroforestry. Bovendien zijn er steeds meer initiatieven voor agroforestry en is er een toenemende vraag naar integrale plannen en multidisciplinaire samenwerking. Het gaat er nu om de beleidsambities en de geleerde lessen uit te rollen naar een bredere uitvoeringspraktijk. Daarom zal Design Lab Agroforestry doorgaan met haar werk. Wij willen de komende jaren tientallen initiatiefnemers ondersteunen met het maken van plannen. Beleidsmakers roepen we op om minder dwingende regels en beperkingen op te leggen, en meer experimenteerruimte (en financiële ondersteuning!) te bieden om samen creatieve oplossingen te vinden. Waar wachten we op?

Agroforestry en landschap

Agroforestry is duidelijk in opmars. Een groeiend aantal boeren planten bomen en struiken op hun bedrijf. Ook organisaties als Herenboeren en Land van Ons experimenteren hiermee. De voordelen voor bodem, water en natuur zijn evident, maar de effecten op het landschap roepen nog vragen op: gaat agroforestry niet ten koste van de openheid? Past het wel bij de cultuurhistorie? We zijn zo gewend geraakt aan kale akkers en boomloze weilanden, dat we ons moeilijk kunnen voorstellen dat het anders kan. Maar het kan wel degelijk anders. Design Lab Agroforestry laat zien dat agroforestry juist kwaliteit aan het landschap kan toevoegen.

Inspiratieboek
Design Lab Agroforestry is een samenwerking van Stichting Agrobosbouw NL, ontwerpbureau Circular Landscapes en kunstcollectief The Outsiders, ondersteund door het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie. De afgelopen drie jaar zijn ontwerpateliers gehouden met boeren, burgercollectieven en maatschappelijke organisaties. Daar zijn concrete initiatieven in verschillende landschapstypen behandeld. De resultaten zijn verwerkt in het rapport Agroforestry en landschap, inspiratieboek voor ondernemers, ontwerpers en beleidsmakers.

Aanleiding
Aanleiding was het advies van het College van Rijksadviseurs over de nationale Bossenstrategie uit 2020. Daarin werd de vraag gesteld ‘wat agroforestry in verschillende Nederlandse landschapstypen kan betekenen, hoe het bestaande landschap daarmee kan worden versterkt en hoe dit tot rijke nieuwe landschappen leidt’. Aanbevolen werd om met spoed ontwerpend onderzoek te starten. Design Lab Agroforestry heeft dat gedaan.

- Pieter Veen is landschapsarchitect en oprichter van Circular Landscapes
- René van Druenen is voormalig wijngaardenier en medeoprichter van Stichting Agrobosbouw NL


Dit artikel verscheen onlangs in print in het blad Groen.

In Wat is ...? gaan we met bekende en minder bekende mensen op zoek naar wat hen motiveert om te ontdekken of we elkaar van daaruit weer kunnen vinden. Waarom we dit doen lees je in De ontdekking van de ander. Bekijk ook de introductie tot de Nederlands landschapsreeks of het overzicht van de serie.
Dit artikel afdrukken