Dat een NGO als PAN Europe naar het Hof kan stappen, is te danken aan een wetswijziging in 2021. "Decennialang konden alleen producenten toelatingsbesluiten aanvechten voor de rechter, waarbij ze dit recht vaak misbruikten om besluiten die ze ongunstig vonden aan te vechten," zegt Helmut Burtscher, campagnevoerder bij de Oostenrijkse milieu-NGO GLOBAL 2000. "Deze zaak biedt een kans om te bewijzen dat de hernieuwde goedkeuring van glyfosaat niet in overeenstemming is met de EU
pesticidenverordening."
Milieuorganisatie Pesticide Action Network Europe en haar lid-organisaties Générations futures, PAN Duitsland, PAN Nederland en GLOBAL 2000 belegden deze week een persconferentie over hun voornemen. "Deze nieuwe goedkeuring gaat rechtstreeks in tegen de conclusies van vele onafhankelijke wetenschappers over de effecten van glyfosaat", aldus Martin Dermine, uitvoerend directeur van PAN Europe.
Minderheid in plaats van meerderheid
Maar ook de democratie wordt met voeten getreden, want de gemiddelde Europese burger wil helemaal geen verlenging van het glyfosaatgebruik. Dermine wijst naar simpele getallen. Bij de stemming op 16 november waren maar 16 van de lidstaten vóór de verlenging, die samen 42% van de Europese bevolking vertegenwoordigden. De grote agrarische landen Frankrijk, Duitsland en Italië onthielden zich van stemming, net als Nederland en België (en Bulgarije en Malta). Oostenrijk, Hongarije en Luxemburg waren ronduit tegen. Dat is verre van de vereiste gekwalificeerde meerderheid. Uit een recente IPSOS-poll kwam bovendien dat 61,9% van de Europeanen tegen toelating van glyfosaat is, en al in 2017 tekenden 1,3 miljoen Europeanen het burgerinitiatief tegen glyfosaat.
Maar van de 1.628 peer reviewed glyfosaatstudies uit de afgelopen tien jaar, werden er slechts 30 (1,8%) als relevant en betrouwbaar beschouwd voor evaluatieVeilig
Waarom zet de Europese Commissie dan toch door? Omdat volgens het grote herzieningsonderzoek dat de EFSA, de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid, de afgelopen jaren heeft uitgevoerd, glyfosaat veilig is.
Dat is helemaal niet waar, volgens PAN Europe. De milieuorganisatie stapt naar de rechter omdat de Commissie de eigen pesticidenregelgeving, zoals vastgelegd in richtlijn 1107/2009, overtreedt. Volgens die wet moeten producenten hun eigen onderzoeken indienen die de veiligheid van de werkzame stof aantonen, aangevuld met peer reviewed wetenschappelijke literatuur. In de persconferentie zegt Pauline Cervan, toxicoloog bij Générations Futures, dat de EFSA zich niet op de juiste wetenschappelijke studies baseert. "Op het eerste gezicht lijkt de evaluatie van EFSA grondig en omvat ze talrijke studies. Maar van de 1.628 peer reviewed glyfosaatstudies uit de afgelopen tien jaar, werden er slechts 30 (1,8%) als relevant en betrouwbaar beschouwd voor evaluatie. Veel van deze studies brachten schadelijke gevolgen voor de gezondheid of het milieu aan het licht."
Een rechtszaak is dan ook 'van cruciaal belang', besluit Margriet Mantingh, voorzitter van PAN Nederland. "Talrijke epidemiologische studies wijzen op een mogelijk verband tussen glyfosaat en verschillende gezondheidsproblemen, waaronder kanker, doodgeboorte, misvormingen, autismespectrumstoornissen en de ziekte van Parkinson."
Lidstaten, producenten van gewasbeschermingsmiddelen, landbouworganisaties, burgers of belangengroepen kunnen zich bij de rechtszaak aansluiten als voor- of tegenstander van de toelating van glyfosaat.
Enkele jaren geleden schreef wetenschapsjournalist Joost van Kasteren een nuchter stuk over de gevaren van glyfosaat om tot de conclusie te komen dat het onwaarschijnlijk is dat het middel een groter risico op kanker kan hebben dan het eten vleeswaren of atjar en dat er zelfs geen aanwijzingen zijn voor DNA-schade. De EFSA - en ons Ctgb - zit klem tussen hamer en aambeeld. Als de organisatie zou beweren dat er een goede reden is om glyfosaat niet meer toe te laten, dan moet ze aangeven welke feitelijke gronden daar voor bestaan. Er zijn slechts gevoelens en interpretaties van onderzoek, ook onder onderzoekers. Maar dat zijn geen voldoende redenen in wetenschappelijke zin. Die redenen zijn er zelfs eerder niet dan wel, zegt onder meer de Agricultural Health Study onder 80.000 boeren en boerinnen, die ondanks zijn omvang en langdurigheid om onduidelijke redenen door het IARC terzijde is gelegd. Niettemin is er - zoals de Duitse minister van voedsel en landbouw Cem Özdemir aangaf - een sterk gevoel tegen glyfosaat. Er bestaat een emotionele meerderheid in de EU-lidstaten tegen glyfosaat. Die mag natuurlijk in politieke besluitvorming worden omgezet. De politiek denkt echter dat daar wetenschappelijk bewijs - dat er niet is en vermoedelijk ook nog lang op zich zal laten wachten - voor nodig is. Dat veroorzaakt een Catch-22 tussen EFSA, Europese Commissie, de landenraad van de EU-lidstaten, NGO's en natuurlijk het Europese Parlement.
????????-#Agrarrat in Brüssel – Bundesminister @cem_oezdemir macht zum Auftakt beim Thema #Glyphosat deutlich:
— BMEL (@bmel) November 20, 2023
Die Kommission hat hier einen großen Block von Staaten nicht hinter sich, die eine klare Mehrheit der EU-Bevölkerung repräsentieren.
Mehr: ⬇???? pic.twitter.com/XV6ljEtfij
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
#2 Toelating zou zich moeten beperken tot de gevaren & risico's in kaart brengen. Hierbij worden de risico's beperkt door maatregelen te nemen (zoals PBM, beperkingen aan toepassing (dessicatie)) en vervolgens opnieuw te beoordelen tot de risico's niet verder beperkt kunnen worden. De gevaren nemen hiermee fors af.
Als de risico's te hoog blijven komt het voorzorgsprincipe om de hoek kijken.
Vervolgens moet het nut nog worden gewogen tegen de resterende risico's.
Waar willen we verbeteren? Nul-risico bestaat nooit, wanneer is het goed genoeg?
Beoordelen risico's doet men door leveranciersinfo (geheim, ruwe data), wetenschappelijke artikelen ed te beoordelen zoals Dennis aangeeft hangt dat af van je uitgangspunten (net als bij modellen), wanneer is een studie goed genoeg om mee te nemen? Dat moet duidelijk beschreven zijn en reproduceerbaar door derden met zelfde resultaat. Vooralsnog is iedere beoordelingsinstantie tot hetzelfde oordeel gekomen (bij klimaat zouden we dan spreken over consensus en goed genoeg).
Glyfosaat is een stokpaard geworden van de groene beweging, net zoals kernenergie eerder.
Of het ze gaat lukken om tegen te houden valt nog te bezien, er ligt al jurisprudentie dat eenmaal goedgekeurd middel niet door lidstaten zelf mag worden beperkt (Europees Hof van Beroep, gelijkheidsbeginsel). Daarom doen ze er slim aan om toelating zelf aan te vechten.
#1 Dennis. Jij hebt toch nogal verstand van de veiligheid van vliegtuigen? Hoe zou jij dit dan aanpakken mbt de veiligheid glyfosaat? Tevens wetende dat de alternatieven zijn en de omstandigheden in de wereld qua macht en voedsel? Is het dan voldoende veilig, wetende dat de veiligheid van vliegtuigen anders is dan bij dit soort middelen?
Hier komt iets interessants aan het licht: een beoordeling van een effect op basis van een literatuurstudie is géén wetenschap, maar een toegepast "vak". Het is natuurlijk mogelijk om zo'n beoordeling op een systematische manier te doen, maar dat een bepaalde systematiek betrouwbaardere resultaten oplevert dan een andere is als zodanig nooit onderzocht cq. aangetoond.
Dit is van belang om te benoemen, omdat beleidsmakers zich graag verlaten op "de wetenschap", omdat het hun besluiten als het ware afschermen tegen kritiek. Maar als je beseft dat een literatuurstudie simpelweg een toegepaste activiteit is, wordt duidelijk dat er verschillende manieren zijn om zo'n beoordeling uit te voeren. Met andere woorden: er is niet één waarheid die middels een review boven water gehaald wordt, nee er is slechts sprake van een inschatting en die zijn per definitie gekleurd. Er is net zoveel te zeggen voor een andere manier van door de literatuur flossen cq. andere conclusies.
En dit raakt weer aan het denkkader en wereldbeeld waar ik eerder over schreef, namelijk het zgn. realistisch wereldbeeld dat ervan uitgaat dat er één waarheid is die we slechts hoeven te ontdekken. Dat negeert de grote invloed van overtuigingen, perspectieven, vooronderstellingen, verwachtingen, e.d. op conclusies. Punt is: alleen vanuit een realistisch wereldbeeld is het logisch om één instituut zoals in dit geval EFSA te vragen om een beoordeling en dat vervolgens te behandelen als waarheid. Als we in de werkwijze mee zouden nemen dat zo'n enkele waarheid nu eenmaal niet bestaat, en dat conclusies altijd gekleurd zijn, komen we dichterbij dat wat ooit de basis van democratie was: gezamenlijk overleggen, argumenten en gedachten afwegen, eigen en andermans vooronderstellingen tegen het licht houden, en dan de vraag pogen te beantwoorden: "met alle onzekerheid die er in de duiding van de literatuur zit, wat willen we?".