Het biologische landbouwareaal in Nederland is afgelopen jaar met bijna 9% toegenomen, dat komt neer op 6,6 duizend hectare. Het biologische areaal beslaat nu 4,5% van de totale landbouwgrond. Van het ministerie moet het over zeven jaar ruim verdriedubbelen. Daar moet een extra potje van €50 miljoen voor gaan zorgen.
Sinds de Europese Unie biologisch als een van de belangrijkste pilaren van de Green Deal heeft aangemerkt, staat biologisch weer volop in de belangstelling. Volgens het ‘Actieplan-Groei van biologische productie en consumptie’ van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) moet 15% van de totale landbouwgrond in 2030 biologisch zijn. Om dat te bereiken moet het biologisch areaal vanaf nu met gemiddeld 26 duizend hectare per jaar groeien.
Dat is een moeilijke opgave nu consumenten al duidelijk minder biologisch kopen omdat ze hun boodschappen te duur vinden. Het marktaandeel van biologisch in retail blijft steken op 3% en zou dit jaar naar 6,5% moeten volgens promotieorganisatie Bionext. De organisatie gaf vorig jaar toe dat het een moeilijk te halen doel is.
Duitsland legde de biologische lat in november nog fors hoger. Daar moet in 2030 30% van het areaal biologisch zijn. Hoe dat moet gaan lukken, legde het Duitse bondsministerie van Landbouw en Voeding vast in een tüchtig plan van dertig punten dat tot het regeerakkoord behoort. Het consumptieve marktaandeel van biologisch bedraagt 6,8% in Duitsland.
De Algemene Rekenkamer gaf in mei vorig jaar aan zorgen te hebben over de haalbaarheid van de doelstellingen van het ministerie van LNV en minister Piet Adema. Die zouden meer van hetzelfde zijn en net als eerder beleid van het ministerie niet tot resultaat leiden. Eind vorig jaar publiceerde het ministerie een marktonderzoek dat al evenmin zeker is over de haalbaarheid van de doelstellingen.
Groot deel groei in Nederland verdwijnt weer door stoppers en verkopers
De grootste toename in biologische landbouwgrond in Nederland was te zien bij bestaande biologische bedrijven: 6,5 duizend hectare. Bij bedrijven die zich voor het eerst biologisch lieten certificeren was er een toename van 5,4 duizend hectare te zien. Tegenover die groei van 11,9 duizend hectare stond een verlies van ruim 5,3 duizend hectare. Dat ging verloren omdat bedrijven stopten, percelen verkocht werden of de percelen een niet-landbouw bestemming kregen. Dat blijkt uit cijfers die het CBS vandaag publiceerde.
Bijna de helft (47,5%) van het biologische gecertificeerde landbouwareaal behoorde tot melkveebedrijven. In totaal waren er 531 melkveebedrijven biologisch gecertificeerd, waarvan 332 volledig biologisch. In de akkerbouwsector was 16,3% van het landbouwareaal biologisch gecertificeerd.
Druk op Oostenrijk
Oostenrijk gold in de pers buiten het land jarenlang als het beloofde land voor biologisch, zoals bijvoorbeeld Volkskrant-journalist Mac van Dinther liet zien in deze reportage. Wie beter kijkt, ziet dat het land een grote exportpositie heeft waar barsten in zijn gekomen. Nu die niet doorgroeit en zelfs krimpt hebben de Oostenrijkse bioboeren het niet zo makkelijk meer. Ze zullen het nog moeilijker krijgen als landen waar de Oostenrijkers heen exporteerden zelf meer biologisch gaan produceren. In een krimpende markt zal dat de prijzen voor zowel de nieuwkomers als de gevestigde Oostenrijkse bioboeren onder druk zetten. De Nederlandse en vooral Duitse ambities zullen door boeren in het Alpenland met argusogen worden gevolgd.
Dit artikel afdrukken
Dat is een moeilijke opgave nu consumenten al duidelijk minder biologisch kopen omdat ze hun boodschappen te duur vinden. Het marktaandeel van biologisch in retail blijft steken op 3% en zou dit jaar naar 6,5% moeten volgens promotieorganisatie Bionext. De organisatie gaf vorig jaar toe dat het een moeilijk te halen doel is.
Duitsland legde de biologische lat in november nog fors hoger. Daar moet in 2030 30% van het areaal biologisch zijn. Hoe dat moet gaan lukken, legde het Duitse bondsministerie van Landbouw en Voeding vast in een tüchtig plan van dertig punten dat tot het regeerakkoord behoort. Het consumptieve marktaandeel van biologisch bedraagt 6,8% in Duitsland.
15% is haalbaar als iedereen 1 dag in de week biologisch gaat etenNederland heeft niet zo'n uitgewerkte strategie. Het Nederlandse plan bevat vooral goede intenties en - zoals het zelf zegt - 'een start' voor door ondernemers te ontwikkelen actie. Nederland werkt aan een zogeheten 'marktprogramma' om de verkopen te ondersteunen. Daar heeft het ministerie van LNV een extra pot van €50 miljoen voor beschikbaar gesteld naast een al eerder toegekend budget voor 2023/24 van €26 miljoen. Directeur Michaël Wilde van Bionext, de promotie-organisatie voor biologisch, gelooft in de haalbaarheid van de groei van biologisch in de komende 7 jaar. Volgens hem moeten supermarkten de markt laten groeien. Directeur Allard Bakker van de biologische vleesorganisatie De Groene Weg zei afgelopen week dat het doel van 15% haalbaar is als iedereen 1 dag in de week biologisch gaat eten.
De Algemene Rekenkamer gaf in mei vorig jaar aan zorgen te hebben over de haalbaarheid van de doelstellingen van het ministerie van LNV en minister Piet Adema. Die zouden meer van hetzelfde zijn en net als eerder beleid van het ministerie niet tot resultaat leiden. Eind vorig jaar publiceerde het ministerie een marktonderzoek dat al evenmin zeker is over de haalbaarheid van de doelstellingen.
Groot deel groei in Nederland verdwijnt weer door stoppers en verkopers
De grootste toename in biologische landbouwgrond in Nederland was te zien bij bestaande biologische bedrijven: 6,5 duizend hectare. Bij bedrijven die zich voor het eerst biologisch lieten certificeren was er een toename van 5,4 duizend hectare te zien. Tegenover die groei van 11,9 duizend hectare stond een verlies van ruim 5,3 duizend hectare. Dat ging verloren omdat bedrijven stopten, percelen verkocht werden of de percelen een niet-landbouw bestemming kregen. Dat blijkt uit cijfers die het CBS vandaag publiceerde.
De Nederlandse en vooral Duitse ambities zullen door boeren in het Alpenland met argusogen worden gevolgdLandbouwbedrijven die omschakelen naar biologisch kunnen worden gecertificeerd door de Stichting Skal Biocontrole. Dat proces duurt ongeveer 2 jaar. In 2023 is 6 duizend hectare gecertificeerd in omschakeling. Ook was 2,3 duizend hectare niet-gecertificeerd in omschakeling. Het aantal biologisch gecertificeerde bedrijven is met 1,7% toegenomen tot ongeveer 1,9 duizend.
Bijna de helft (47,5%) van het biologische gecertificeerde landbouwareaal behoorde tot melkveebedrijven. In totaal waren er 531 melkveebedrijven biologisch gecertificeerd, waarvan 332 volledig biologisch. In de akkerbouwsector was 16,3% van het landbouwareaal biologisch gecertificeerd.
Druk op Oostenrijk
Oostenrijk gold in de pers buiten het land jarenlang als het beloofde land voor biologisch, zoals bijvoorbeeld Volkskrant-journalist Mac van Dinther liet zien in deze reportage. Wie beter kijkt, ziet dat het land een grote exportpositie heeft waar barsten in zijn gekomen. Nu die niet doorgroeit en zelfs krimpt hebben de Oostenrijkse bioboeren het niet zo makkelijk meer. Ze zullen het nog moeilijker krijgen als landen waar de Oostenrijkers heen exporteerden zelf meer biologisch gaan produceren. In een krimpende markt zal dat de prijzen voor zowel de nieuwkomers als de gevestigde Oostenrijkse bioboeren onder druk zetten. De Nederlandse en vooral Duitse ambities zullen door boeren in het Alpenland met argusogen worden gevolgd.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Bio ontkracht?
Het begon met de Bio vleeswaren, aanvankelijk nog grijs van kleur, maar werden spoedig ook rood nadat de industrie de Bio vleeswaren overnam.
In een documentaire op TV5 (Frankrijk) in het kort:
Het AB-label (biologische landbouw) dat in 1985 in Frankrijk werd ingevoerd - en dat de afwezigheid van pesticiden, meststoffen en GGO's garandeert en het aantal additieven beperkt tot 48 (vergeleken met 320 voor conventionele producten) - geniet een echte uitstraling bij veel consumenten, die het associëren met een gezonder dieet.
Door de biologische versies van ketchup, roomtoetjes, ontbijtgranen, chips en kaaspasta van bekende merken te analyseren, wordt dit vertrouwen ontkracht. Biologische voeding verbiedt geen vet, suiker, zout of ultra-verwerking. Biologisch junkfood is nog steeds junkfood.
Hoewel het programma niet alle antwoorden geeft op de gestelde vragen en het de consumenten in verwarring dreigt te brengen, heeft het wel de verdienste hen aan te moedigen niet blindelings op etiketten te vertrouwen en verstandiger te winkelen.
#18 Jopie
Ik kan het mij ook niet voorstellen en is ook absoluut absurd omdat landbouw van alle tijden is (dus historisch) en ze niet de veroorzaker is van de buitensporige CO2 uitstoot. Dat is namelijk de fossiele industrie.
Gewassen nemen ook CO2 op in een circulair proces en daar wordt op geen enkele manier rekening mee gehouden.
Decimering van de mensheid kan deels het probleem van de landbouw oplossen.
Jopie, ik weet niet eens hoe je die emissies correct kunt berekenen, laat staan administreren. En dat gaan we nu toch doen.
Hans de Gier zou jij jouw zorgen daarover eens kort en duidelijk willen aangegeven?
Voor de lezers: Hans bouwt systemen om duurzaamheidsadministratiea door de gehele keten heen met elkaar te kunnen verbinden zodat je bijvoorbeeld koolstof in de keten kunt optellen en aftrekken zodat je uiteindelijk weet hoeveel emissies een product heeft gekost die niet meer gebonden zijn.
Bij het ruime landgebruik van biologisch lijkt me dat nog wel een heel ding te kunnen worden versus intensieve ecologische teelt bij no till. En waar bio uiteindelijk de mest vandaan?
Maar Dick, kan híer iemand zich voorstellen wat een broeikasgas emissie reductie van 90 of 95% gaat betekenen voor de landbouw en voeding?
En dan valt dieselgebruik nog onder de transport, het gaat voor de landbouw vrijwel uitsluitend om methaan en lachgas.
Dick Veerman , je hebt helemaal gelijk, maar ze beseffen beide niet dat ze hetzelfde verhaal vertellen. Ze gebruiken een ander jargon en een andere emotie.