Econoom Krijn Poppe van Wageningen Universiteit legt in gesprek met Dick Veerman uit dat de boereneconomie niet in een crisis maar in een versnelling naar een nieuwe technische fase verkeert. Tevens legt hij uit wat de kern is van het voorstel voor een nieuw Gemeenschappelijk Landbouw- en Voedselbeleid dat hij samen met WUR-voorzitter Louise Fresco onlangs in Brussel heeft gepresenteerd.
Hoewel de nodige boeren steen en been klagen, is er geen sprake van een landbouwcrisis en zelfs niet van een boerencrisis, zegt Poppe. De stand van de, inmiddels vergaand digitaliserende, techniek die er voor zorgt dat er steeds minder boeren nodig zijn om voedsel te produceren.
Uithoudingsvermogen
Er is daardoor sprake van een stabiele teruggang in boeren die jaarlijks enkele procenten bedraagt. Dat is een natuurlijke trend. In de kapitaalintensieve, niet grondgebonden sectoren gaat het echter aanmerkelijk harder. Omdat een varkenseconoom onlangs zei dat alleen de beste 20% van de huidige varkensbedrijven nog toekomst hebben, legt Veerman Poppe het vuur na aan de schenen: gaat het daar niet zodanig hard dat we ons af moeten vragen of de markt nog wel functioneert, cq. of het aanvullend beleid om de boereneconomie heen wel verstandig is?
Er komt ook een nieuwe ontwikkeling op gang. Boeren willen een meer gebruikelijk inkomen en leven, zoals bijvoorbeeld de inmiddels nationaal bekende 'stoppers' José en Herman Bongen onlangs duidelijk maakten. Die nieuwe boerensociologie kan leiden tot een versnelde verkleining van de boerenstand. Dat gegeven tast de kern van Poppe's redenering niet aan: de boereneconomie is gelijk aan iedere andere. De techniek en daarmee de processen die 1 mens kan aansturen bepaalt de gewenste bedrijfsgrootte.
'Overheid moet voor publieke waarden zorgen'
Opschakelende boeren in het overvolle Nederland zorgen voor vele milieuvraagstukken. Tevens rijzen dierwelzijnsvragen. NGO's beuken op de deur van de boer om hem op zijn verantwoordelijkheden te wijzen. De boer zegt dat hij graag alles wil doen wat zijn afnemers willen, als er maar voor betaald wordt. Aangezien hij tegen een marginaal inkomen werkt, kan het niet uit. De boer en de NGO's staan op ramkoers. Volgens Poppe zijn de publieke waarden het terrein van de overheid. Ondernemers moeten kunnen ondernemen binnen de randvoorwaarden die de overheid stelt. De overheid heeft daar wat nagelaten, zegt Poppe bedachtzaam. Hoe dat komt, vindt hij een zaak waar politicologen zich over moeten uitlaten.
In samenwerking met WUR-bestuursvoorzitter Louise Fresco schreef Poppe aan uitgangspunten voor een nieuw Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) voor de EU. In 2020 wordt dat beleid opnieuw voorgesteld. Poppe legt uit dat de kern van het plan dat hij en Fresco voorstellen op landbouwgebied zit in contractafspraken tussen overheid en boerenondernemer. De one size fits all-benadering van de traditionele regelingen voldoet niet meer; die kunnen zelfs contraproductief werken. Een boer moet tegen de overheid kunnen zeggen "wat kun jij op maat voor me doen als ik dit doe?" De overheid wordt daarmee een marktpartij, bevestigt Poppe.
Tijdig?
Voorts blijkt het plan uit te gaan van de gedachte dat boeren geen grondstoffenproducenten meer zijn, maar opgenomen moeten worden in een specifieke keten die gekenmerkt wordt door een onderscheidend belang dat de partners bindt. Boeren leveren hun product niet langer op de handelsmarkt om als algemene grondstof te worden ingekocht door verwerkers, maar volgens specificaties die een eindverkoper en zijn ketenpartners onderscheid bieden tegenover andere ketens op de markt. Met die gedachte komt een einde aan het landbouwbeleid als ondersteuning van landbouwproductie en wordt een begin gemaakt met landbouw als onderdeel van een voedselketen die op commerciële basis goed, gezond en lekker eten zonder verspilling en onnodige vervuiling moet opleveren.
Zorgt zo'n marktbeleid wel tijdig voor het oplossen van de grote uitdagingen waarvoor de wereld en de EU staan? Wie het bovenaf oplegt, gaat er nog langer over doen om iets in beweging te krijgen, lijkt Poppe te antwoorden. Proef het antwoord zelf in het laatste kwartier van het gesprek.
Proef ook wat Poppe in het eerste kwartier zegt: waar de uitstoot van boeren nu opeens erg hard gaat, is nadenken gepast over een goed sociaal plan voorzover bestaande regelingen daar niet in voorzien.
Dit artikel afdrukken
Uithoudingsvermogen
Er is daardoor sprake van een stabiele teruggang in boeren die jaarlijks enkele procenten bedraagt. Dat is een natuurlijke trend. In de kapitaalintensieve, niet grondgebonden sectoren gaat het echter aanmerkelijk harder. Omdat een varkenseconoom onlangs zei dat alleen de beste 20% van de huidige varkensbedrijven nog toekomst hebben, legt Veerman Poppe het vuur na aan de schenen: gaat het daar niet zodanig hard dat we ons af moeten vragen of de markt nog wel functioneert, cq. of het aanvullend beleid om de boereneconomie heen wel verstandig is?
Die bereidheid kenmerkt de boer, die voorziet in de maatschappelijke behoefte aan betaalbaar voedsel en het geen probleem vindt om die functie voor eigen rekening en risico te vervullenHoe kan het immers dat die 80% er nog is en niet eerder uit de markt is verdwenen? Poppe ziet onder boeren uithoudingsvermogen. Zolang ze kunnen, gaan ze door. Boerenbedrijven zonder grond zijn kapitaalintensief zodat de pijn van de economische levensvatbaarheid van hun bedrijven daar sneller doordringt. In de tuinbouw - die nog maar kort geleden financieel in zwaar weer verkeerde - is volgens Poppe nauwelijks sprake meer van geklaag omdat de economische concentratie daar meer als een fact of life wordt ervaren. In de grondgebonden landbouw schakelen boeren hun levensstandaard terug tot een minimum om het zo lang mogelijk vol te kunnen houden. Omdat hun bedrijven voor opvolgende kinderen niet aantrekkelijk zijn, stoppen ze bij hun pensioen om te worden overgenomen door een buurman die wel mee wil in de volgende fase van opschaling. Zo volgt een traag proces van shake-outs door een type mensen dat als eigen baas bereid is hard te werken, veel risico te nemen en zelfs bitter weinig te verdienen. Die bereidheid kenmerkt de boer, die voorziet in de maatschappelijke behoefte aan betaalbaar voedsel en het geen probleem vindt om die functie voor eigen rekening en risico te vervullen.
Er komt ook een nieuwe ontwikkeling op gang. Boeren willen een meer gebruikelijk inkomen en leven, zoals bijvoorbeeld de inmiddels nationaal bekende 'stoppers' José en Herman Bongen onlangs duidelijk maakten. Die nieuwe boerensociologie kan leiden tot een versnelde verkleining van de boerenstand. Dat gegeven tast de kern van Poppe's redenering niet aan: de boereneconomie is gelijk aan iedere andere. De techniek en daarmee de processen die 1 mens kan aansturen bepaalt de gewenste bedrijfsgrootte.
'Overheid moet voor publieke waarden zorgen'
Opschakelende boeren in het overvolle Nederland zorgen voor vele milieuvraagstukken. Tevens rijzen dierwelzijnsvragen. NGO's beuken op de deur van de boer om hem op zijn verantwoordelijkheden te wijzen. De boer zegt dat hij graag alles wil doen wat zijn afnemers willen, als er maar voor betaald wordt. Aangezien hij tegen een marginaal inkomen werkt, kan het niet uit. De boer en de NGO's staan op ramkoers. Volgens Poppe zijn de publieke waarden het terrein van de overheid. Ondernemers moeten kunnen ondernemen binnen de randvoorwaarden die de overheid stelt. De overheid heeft daar wat nagelaten, zegt Poppe bedachtzaam. Hoe dat komt, vindt hij een zaak waar politicologen zich over moeten uitlaten.
Met die gedachte komt een einde aan het landbouwbeleid als ondersteuning van productie en wordt een begin gemaakt met landbouw als onderdeel van een voedselketen die op commerciële basis goed, gezond en lekker eten op moet leverenOverheid als marktpartij
In samenwerking met WUR-bestuursvoorzitter Louise Fresco schreef Poppe aan uitgangspunten voor een nieuw Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) voor de EU. In 2020 wordt dat beleid opnieuw voorgesteld. Poppe legt uit dat de kern van het plan dat hij en Fresco voorstellen op landbouwgebied zit in contractafspraken tussen overheid en boerenondernemer. De one size fits all-benadering van de traditionele regelingen voldoet niet meer; die kunnen zelfs contraproductief werken. Een boer moet tegen de overheid kunnen zeggen "wat kun jij op maat voor me doen als ik dit doe?" De overheid wordt daarmee een marktpartij, bevestigt Poppe.
Tijdig?
Voorts blijkt het plan uit te gaan van de gedachte dat boeren geen grondstoffenproducenten meer zijn, maar opgenomen moeten worden in een specifieke keten die gekenmerkt wordt door een onderscheidend belang dat de partners bindt. Boeren leveren hun product niet langer op de handelsmarkt om als algemene grondstof te worden ingekocht door verwerkers, maar volgens specificaties die een eindverkoper en zijn ketenpartners onderscheid bieden tegenover andere ketens op de markt. Met die gedachte komt een einde aan het landbouwbeleid als ondersteuning van landbouwproductie en wordt een begin gemaakt met landbouw als onderdeel van een voedselketen die op commerciële basis goed, gezond en lekker eten zonder verspilling en onnodige vervuiling moet opleveren.
Zorgt zo'n marktbeleid wel tijdig voor het oplossen van de grote uitdagingen waarvoor de wereld en de EU staan? Wie het bovenaf oplegt, gaat er nog langer over doen om iets in beweging te krijgen, lijkt Poppe te antwoorden. Proef het antwoord zelf in het laatste kwartier van het gesprek.
Proef ook wat Poppe in het eerste kwartier zegt: waar de uitstoot van boeren nu opeens erg hard gaat, is nadenken gepast over een goed sociaal plan voorzover bestaande regelingen daar niet in voorzien.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Vrolijk duet bij de piano op de Titanic van twee fossiele heren met oogkleppen.
Met volle vaart op ramkoers met de ijsbergen van global warming en antibioticaresistentie.
"De oprukkende antibioticaresistentie bedreigt volgens de FAO onze voedselzekerheid, dierenwelzijn en de menselijke gezondheid"
Bij een door de OESO geschatte schade aan global warming van minstens 30 euro
de kilo CO2 lopen alleen de kosten van de methaanuitstoot van onze Hollandse koeien al in de honderden miljarden.
Sleep on, krijn poppe en Dick Veerman !
Waar komt die aanname- Boeren willen een meer gebruikelijk inkomen en leven- vandaan? Kwamen de boeren daar zelf mee aanzetten ?? (daar hoor je ze in binnenlandse en buitenlandse protesten namelijk nooit over, ze willen wel fatsoenlijke prijzen, en minder geplaagd worden door de overheid). Ook Mansholt indertijd kwam met idee dat boeren meer op vakantie zouden moeten gaan, maar was dat wel zo?? Volg Boer zoekt Vrouw om te weten dat dat niet zo is (als "gebruikelijke" burger en TV kijker dan, want boeren zelf hoef je niets te vertellen). En Piet Hoogland zal wel in zijn nopjes zijn met dat nieuwe contractspoor!!
Dick #1, ik geniet altijd weer van je humor. Jij zwijmelt liever bij de niet-padafhankelijke interviews zoals dat met Jan Douwe van der Ploeg en Sieta van Keimpema of dat met oud-bankier Bart-Jan Krouwel. Dat weet ik inmiddels wel.
Zoals Krijn in het gesprek zegt: hij en Louise Fresco kozen voor padafhankelijkheid. Mijn taak is het mensen te laten vertellen wat ze echt denken. Daarom wilde ik in dit gesprek weten waarom ze daarvoor hebben gekozen. Als je goed luistert, kun je het horen. Vervolgens kom je tot een echt niveau van gesprek: accepteer je traagheid of wil je snelheid (zelfs als die logischerwijs niet kan om het teveel verandering vergt)?
Dirk #2 , die zie je bij de Bongens, nog niet bij veel boeren. De meesten doen wat Krijn zegt: ze zingen het zolang mogelijk uit.
Dat betekent dus dat ze (behalve die Bongens dan uiteraard) ook geen gebruikelijk leven ambieren, zou ik ook niet doen trouwens als ik op een boerderij zat (ik kom er zelf alleen voor interviews of , vroeger,bij ouders van vrienden op bezoek, dat is ook weer waar. Want heb zelf wel een gebruikelijk leven, inkomen wel beneden de gebruikelijke maat, niet erg). Helemaal eens dus met Dick#4 ! Met dien verstande dat ik vrees dat Dick (en Krijn) in de padafhankelijkheid van die meeste boeren niet iets positiefs, maar iets negatiefs zien. Moet het zo snel mogelijk naar gebruikelijk??