image

Is dit nou streek?

Met een jaarproductie van circa 12 miljoen kilo kaas is Rouveen Kaasspecialiteiten een kleine speler op de totale markt van zo'n 650.000 ton. Alle producties worden op bestelling gemaakt in charges van 1000 kilogram. Het bedrijf maakt op die manier honderden variaties. Via deze strategie weet de coöperatie met een kleine fabriek te overleven. Ruim 50% van alle 'Rouveense' kazen wordt geëxporteerd. Om het als kleinste zuivelfabriek van Nederland vol te houden zijn de afgelopen jaren overigens wel grote investeringen gedaan en die zullen ook in de toekomst nodig blijven denkt directeur Ben Wevers. Er worden telkens nieuwe kaassoorten gevraagd, waarbij er onverwachte ingrediënten en toevoegingen worden verwerkt. Regelmatig gebeurt dat op verzoek van de klant. De inrichting van de productie is zodanig dat de verschillende soorten melk en andere grond- en hulpstoffen volledig gescheiden kunnen worden ontvangen en verwerkt.

Onder de kaasvariaties die Rouveen Kaasspecialiteiten produceert, zijn ook kosjere en superkosjere. De productie daarvan staat onder toezicht van een rabbi. Deze kijkt of de productie voldoet aan de Joodse wetten. Ook de melkveebedrijven die de melk voor kosjere kaas leveren worden daarbij geïnspecteerd. Zo mogen er op die bedrijven geen varkens aanwezig zijn.

Om de zoveel tijd maakt 'Rouveen' een partij superkosjere kaas. Na het melken worden de tanks verzegeld. De melk gaat in aparte tanks en wordt volledig gescheiden van de rest van het productieproces. "De fabriek moet zelfs enkele uren stilliggen, vertelt Wevers, en alles moet extra worden gereinigd. De kosjere kazen worden afgezet in Israël, maar ook in Amsterdam, Londen en Antwerpen.


bron: De Stentor met dank aan foodholland
Dit artikel afdrukken