Wat is natuur en wat moeten natuurbeschermers doen? Tot slot van deze 19-delige reeks artikelen hoogleraar (WUR) en agronoom Ken Giller, die de vraag naar wat natuur is verrassend moeilijk te beantwoorden vindt. Natuurbeheer is echter noodzakelijk, om te voorkomen dat enkele soorten de biodiversiteit om zeep helpen.
Wat is natuur? Een bedrieglijk eenvoudige vraag die verrassend moeilijk te beantwoorden is.
Eerst moet ik een paar dingen uitleggen over mijn achtergrond die mijn passie voor de natuur bepalen. Mijn moeder en grootmoeder koesterden een grote liefde voor planten die mij van jongs af aan heeft beïnvloed. Samen met een inspirerende biologieleraar op school heeft dit mijn studierichting en latere loopbaan bepaald. Hoewel ik het grootste deel van mijn werkzame leven heb besteed aan kleinschalige landbouw in Afrika, ben ik opgeleid als botanicus en mijn promotieonderzoek was gericht op het behoud en beheer van laagveenvegetaties in de Norfolk Broads in het Verenigd Koninkrijk - een gebied dat veel lijkt op de Wieden en Weerribben in Overijssel. Gekoppeld aan een liefde voor bergen en in de buitenlucht zijn, betekent dit dat ik de natuur ervaar als schakeringen van weidse uitzichten over het landschap tot een sterke focus op de grond onder mijn voeten.
In dit opzicht maakt de huidige sterke drang naar rewilding van de natuur mij nerveus. Ik ben wel gestopt met het regelmatig maaien van het gazon in onze tuin. Ik probeer het om te vormen tot een meer soortenrijke weide die we slechts één keer per jaar maaien. Maar ik hou van het weidse open landschap van de bergen en heidevelden in Noord-Europa. De afgelopen decennia heb ik gezien hoe deze steeds meer begroeid raakten met varens en rododendrons, naarmate de intensiteit van de begrazing afnam en meer land werd overgelaten aan de krachten van de natuur. Het eenvoudigweg loslaten van beheer zou resulteren in grauwe en ondoordringbare opstanden van enkele soorten die de hellingen overnemen. Dus misschien is rewilding zinvol voor de grote grazende dieren, maar niet voor de plantendiversiteit waar ik van houd!
Ik beschouw het hele idee van ongerepte natuur als een misvatting. Misschien komt dit in Nederland het duidelijkst naar voren, gezien de geschiedenis van landwinning, ruilverkaveling en dichte bevolking. Maar er zijn maar weinig landschappen op aarde die niet sterk door menselijke activiteit zijn veranderd. Tijdens een recente excursie in Ierland was ik stomverbaasd te vernemen dat de aardbeiboom - die beschouwd wordt als een relict dat de laatste ijstijd heeft overleefd en een speciaal gevierde plant is in het westen van Ierland - in feite 4.000 jaar geleden werd geïntroduceerd door kopermijnwerkers die vanuit Spanje afkomstig waren. De invloed van de mens op het landschap en op de biodiversiteit is overal zichtbaar! Zelfs op de meest onverwachte plaatsen op de planeet, zoals het regenwoud in het Amazonegebied of de Afrikaanse savannes.
Beheer noodzakelijk voor rijke diversiteit
Deze zomer fietste ik over de Waddeneilanden en stond versteld van de rijke verscheidenheid aan planten in de prachtige natte weiden achter de zandduinen op Schiermonnikoog, met enkele van mijn favorieten - Parnassia en Rond Wintergroen. Om een dergelijke rijke diversiteit in stand te houden, moeten de weiden regelmatig worden begraasd of gemaaid, om te voorkomen dat ze overgroeid raken door concurrerende grassen en struikgewas. De mens en het beheer spelen dus een centrale rol in de natuur waarvan ik houd en die ik wil behouden en herscheppen.
Op grotere schaal denk ik dat er gebieden zijn waar we landbouwgrond minder intensief moeten beheren - als een vorm van 'land delen' met de natuur. En dat we ook gebieden met intensievere landbouw nodig hebben als 'land sparen' om ruimte te maken voor de natuur. Een plaats voor alles dus en alles op zijn plaats!
Dit artikel afdrukken
Eerst moet ik een paar dingen uitleggen over mijn achtergrond die mijn passie voor de natuur bepalen. Mijn moeder en grootmoeder koesterden een grote liefde voor planten die mij van jongs af aan heeft beïnvloed. Samen met een inspirerende biologieleraar op school heeft dit mijn studierichting en latere loopbaan bepaald. Hoewel ik het grootste deel van mijn werkzame leven heb besteed aan kleinschalige landbouw in Afrika, ben ik opgeleid als botanicus en mijn promotieonderzoek was gericht op het behoud en beheer van laagveenvegetaties in de Norfolk Broads in het Verenigd Koninkrijk - een gebied dat veel lijkt op de Wieden en Weerribben in Overijssel. Gekoppeld aan een liefde voor bergen en in de buitenlucht zijn, betekent dit dat ik de natuur ervaar als schakeringen van weidse uitzichten over het landschap tot een sterke focus op de grond onder mijn voeten.
Ik beschouw het hele idee van ongerepte natuur als een misvattingNerveus over rewilding
In dit opzicht maakt de huidige sterke drang naar rewilding van de natuur mij nerveus. Ik ben wel gestopt met het regelmatig maaien van het gazon in onze tuin. Ik probeer het om te vormen tot een meer soortenrijke weide die we slechts één keer per jaar maaien. Maar ik hou van het weidse open landschap van de bergen en heidevelden in Noord-Europa. De afgelopen decennia heb ik gezien hoe deze steeds meer begroeid raakten met varens en rododendrons, naarmate de intensiteit van de begrazing afnam en meer land werd overgelaten aan de krachten van de natuur. Het eenvoudigweg loslaten van beheer zou resulteren in grauwe en ondoordringbare opstanden van enkele soorten die de hellingen overnemen. Dus misschien is rewilding zinvol voor de grote grazende dieren, maar niet voor de plantendiversiteit waar ik van houd!
Ik beschouw het hele idee van ongerepte natuur als een misvatting. Misschien komt dit in Nederland het duidelijkst naar voren, gezien de geschiedenis van landwinning, ruilverkaveling en dichte bevolking. Maar er zijn maar weinig landschappen op aarde die niet sterk door menselijke activiteit zijn veranderd. Tijdens een recente excursie in Ierland was ik stomverbaasd te vernemen dat de aardbeiboom - die beschouwd wordt als een relict dat de laatste ijstijd heeft overleefd en een speciaal gevierde plant is in het westen van Ierland - in feite 4.000 jaar geleden werd geïntroduceerd door kopermijnwerkers die vanuit Spanje afkomstig waren. De invloed van de mens op het landschap en op de biodiversiteit is overal zichtbaar! Zelfs op de meest onverwachte plaatsen op de planeet, zoals het regenwoud in het Amazonegebied of de Afrikaanse savannes.
Beheer noodzakelijk voor rijke diversiteit
Deze zomer fietste ik over de Waddeneilanden en stond versteld van de rijke verscheidenheid aan planten in de prachtige natte weiden achter de zandduinen op Schiermonnikoog, met enkele van mijn favorieten - Parnassia en Rond Wintergroen. Om een dergelijke rijke diversiteit in stand te houden, moeten de weiden regelmatig worden begraasd of gemaaid, om te voorkomen dat ze overgroeid raken door concurrerende grassen en struikgewas. De mens en het beheer spelen dus een centrale rol in de natuur waarvan ik houd en die ik wil behouden en herscheppen.
Op grotere schaal denk ik dat er gebieden zijn waar we landbouwgrond minder intensief moeten beheren - als een vorm van 'land delen' met de natuur. En dat we ook gebieden met intensievere landbouw nodig hebben als 'land sparen' om ruimte te maken voor de natuur. Een plaats voor alles dus en alles op zijn plaats!
In Wat is ...? gaan we met bekende en minder bekende mensen op zoek naar wat hen motiveert om te ontdekken of we elkaar van daaruit weer kunnen vinden. Waarom we dat doen lees je in De ontdekking van de ander. Dit was de laatste bijdrage in de reeks 'Wat is natuur?'
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Omdat er geen algemene 'Wat is natuur?'-draad is plaats ik mijn opmerking maar, hoewel enigszins off-topic, onder de laatste bijdrage (deze, dus).
Eén opvatting is niet aan de orde gekomen in de serie: natuur is een hel. Aldus Louise Fresco op Wynia's week.
Interessanter nog is misschien hoe auteur Arnout Jaspers de voorstanders van reductie van de veestapel parafraseert in dat stuk. Wat zij zouden nastreven is "...de vermeende win-win van de veestapel halveren en overschakelen op ‘biologische’ landbouw. Zo zou de stikstofuitstoot geminimaliseerd kunnen worden, terwijl meer boeren met minder dieren meer gaan verdienen; een economisch wonder ...".
Ik kan me niet herinneren dat die voorstanders dat laatste (dat "meer boeren met minder dieren meer gaan verdienen") beweren. Hoezo 'meer boeren'? In alle scenario's wordt toch met uitkoop van boeren, dus vermindering van hun aantal, gerekend?
Jur, Sijne van der Beek bracht het al eerder aan.
We hebben Louise overigens wel gevraagd, maar ze vind het na haar pensioen minder geslaagd om zich nog nadrukkelijk in dit debat te laten horen. Van die (besloten) sessie bij de KNAW heb ik begrepen dat de woorden van de journalist de context van het gesprek daar wat meer in de richting van het publiek van Wynia hebben getrokken. Maw: zo is het nou ook weer niet gezegd.
De bijdrage van Ken Giller vind ik prachtig, pijnlijk en mooi te denken geven (zoals zo vaak als ik hem net weer eens heb gesproken of mee mocht doen aan een gesprek waarin hij zich laat horen): mensen kunnen betere bevorderaars van biodiversiteit zijn dan de natuur zelf.
Dat is de conclusie die ik uit de tekst trek en die een boel van de spanning tussen de voorgaande teksten bijeenbrengt in een positieve formulering die tevens iets zegt over de polarisatie die over natuur bestaat: wildernis versus maakbaar versus nuttig gebruik.
Ga er maar vanuit dat biodiversiteit in natuurgebieden afhankelijk is van de hoeveelheid fosfaat die in natuurbodems zit.
In natuurgebied/boswachterij Sleenerzand, waar ik grondmonsters heb genomen, zit (bitter) weinig fosfaat in de grond. Daar is ook weinig biodiversiteit waar te nemen. Zelfs dierlijke activiteiten zijn er vrijwel niet. In Sleenerzand een aantal uren stilletjes verscholen zitten op een uitkijkpost en geen dier komt langs en zeer weinig vogels vliegen voorbij. Alleen bij ochtendgloren of avondschemering komt er soms een ree voorbij, verder niet.
Deze zomer met vakantie op Terschelling geweest. Aan weerszijden van het laatste publiek toegankelijke pad, westzijde van natuurgebied de Boschplaat, waren een hoop bloeiende wilde orchideeën te zien en dat in een natuurlijke omgeving. Die wilde orchideeën stonden echter op een strook van slechts een paar meter aan weerszijden van het pad. Verderop naast het pad, aan beide kanten, geen wilde orchideeën meer te zien.
Het viel echter ook op dat je op het zelfde pad nogal wat paardenmest tegenkwam, door paardrijdende recreanten achtergelaten. Nou ja, die paardenmest spoelt natuurlijk uit tot enkele meters naast het pad en ziedaar de wilde orchideeën floreerden op (louter) de paardenmest. Verderop, aan weerszijden van het pad geen invloed meer van de uitgespoelde paardenmest en verderop ook geen wilde orchideeën meer te zien. Hoezo wilde orchideeën vanuit natuur? Bij de wilde orchideeën op de Terschelling speelt fosfaat ook een rol, en wel fosfaat uit paardenmest.
Mijn beide ervaringen in Sleenerzand en op Terschelling bevestigen voor mij dat biodiversiteit in natuurgebieden fosfaat afhankelijk is.
Het leuke van al deze visies op natuur en natuur beheer is dat de meeste erg sympathiek overkomen en mijn visie ook sterk benaderen. Toch is de insteek vaak heel verschillend. Van microschaal onder grond tot biodiversiteit boven de grond, beheer of juist niet ook al is dat uiteraard ook beheer, want een man made decision.
Zou er ook zo genuanceerd gedacht en gediscussieerd kunnen worden over mest en kunstmest en de gevolgen daar van op het leven op aarde, of is dit te gepolariseerd of gaat het meer om geloven of verdienmodellen dan over feiten? Of sterker horen die feiten eigenlijk alleen bij een vooronderstelling die losgeslagen is van de dagelijkse realiteit? Dat zijn vragen die mij bezig houden sinds ik deelneem aan de Foodlog discussies en die mij uitdagen wetenschappelijk literatuur op deze punten kritisch te bestuderen.
#3 Piet,
Denk je dat paardenmest alleen fosfaat bevat? En denk jij dat fosfaat snel uitspoelt? Laat ik je uit de brand helpen. Fosfaat is zeer immobiel. En stikstof is veel mobieler en zorgt ook voor bodemleven. Hier is een lijstje met gemiddelde voedende waarde van tal van meststoffen, waaronder die van paardenmest.
Fosfaat is dan wel nodig voor alle leven op aarde maar in een verhouding 1 op 4 ongeveer voor een groeiende plant. En omdat fosfaat weinig mobiel is is de kans op fosfaat tekort veel minder groot dan stikstof tekort.
En die plaat, die is inmiddels doorgesleten.