Van landschapspijn naar genieten met een goed gevoel. Melk kan wel wat glans gebruiken. Laten we met elkaar de zuivel een duwtje gevenDe documentaire is onderdeel van een lange reeks artikelen en discussies over ‘landschapspijn’ in de Leeuwarder Courant, maar ook in landelijke bladen, Vrij Nederland en vorige week zelfs bij Pauw op tv. Het is onderdeel van een steeds groter wordende kritiek op de Nederlandse zuivel en melkveehouderij. Waarbij de sector steeds maar weer problemen niet genoeg oplost als het gaat om mestbeleid, weidegang, biodiversiteit en cultuurlandschap. Ondanks een deel van de boeren die wel werken aan natuur en ondanks een goede bijdrage aan de Nederlandse economie is de sector hard bezig haar glans in de maatschappij te verliezen. Tijd voor verandering.
De Ieren hebben hun melk al kleur gegeven, voor meer glans. Met hun Origin Green campagne (toepasselijke naam) zetten ze de waarde van gras centraal bij een duurzame zuivel. Het levert hen een goede reputatie met meer afzet in diverse internationale markten. Zelfs afzet van ‘gezondere melk’ (door veel gras heeft de melk hoge gehalten aan aminozuren) is een feit en wordt op redelijke schaal bij een supermarktketen in Ierland afgezet. Dit proces zal zich doorzetten met meer vragen uit de markt. Het is ook wat we in Nederland nodig hebben van zuivel en overheid, kiezen voor een duurzame en natuurinclusieve melkveehouderij.
Inmiddels hoeven we als individuele burgers, boeren en ondernemers niet te wachten en kunnen we in actie komen. Zelf heb ik de laatste jaren bottom up zuivel ontwikkeld die wel rekening houdt met weidevogels, duurzaamheid en een mooi cultuurlandschap. Omdat ik vond dat dit nodig was en is. Inmiddels wordt melk van het Boerengilde verwerkt in het zuivelmerk Weide Weelde en ben ik begonnen met het nieuwe Friese kaasmerk De Fryske. Door kaas te kopen en te verkopen dragen onze klanten - consumenten, winkeliers, restaurants en binnenkort ook bedrijven en instellingen - al bij aan een mooier Friesland. Van praten naar doen. Concreet. Van landschapspijn naar genieten met een goed gevoel. Hoe meer er bottom up gebeurt, hoe meer het de zuivel en marktpartijen zal inspireren tot stappen. Melk kan wel wat glans gebruiken. Laten we met elkaar de zuivel een duwtje geven.
Op 13 mei aanstaande is Catharinus Wierda één van de sprekers tijdens het slotdebat van It's the Food, my Friend in de Rode Hoed in Amsterdam. Hij vertelt daar zowel over de zuivelprojecten van Solidaridad in ontwikkelingslanden als over dit Friese project. Ook laat hij proeven van De Fryske-kaas.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Catharinus, ik kan mij voorstellen dat mensen in Friesland best willen betalen voor een mooi Fries landschap. Zouden mensen in pakweg Den Haag dat ook willen?
Wat is een mooi Fries landschap?
Vanwaar het ontstaan van landschapspijn? Wat is/was de trigger?
hebben 'we' spijt?
- Na de eerste Ruilverkaveling?
- Toen het paard vervangen werd door een tractor?
- De opkomst van de Groene revolutie (kunstmeststikstof)?
De vraag lijkt me ook wat dat landschap kost en wanneer dat landschap voldoet aan de verwachtingen van degene die er met zijn productaankopen voor betaalt. Met andere woorden: hoe doe je aan - wat marketeers noemen - fulfillment via medicijnen tegen landschapspijn?
Als je kijkt naar alleen al zuivel, dan zie je het heel intensieve melkveehouden gewonnen heeft en zich verder zal voortzetten. Als je dat niet wilt, hoe kun je dan - ook ecologisch gezien - de ruimte maken voor de belofte die je doet met 'mooier landschap'?
Catharinus Wierda2 zou je eens op die vragen in willen gaan?
2015 uitgebreid door Friesland gereisd. Het landschap is al grotendeels naar de kloten. Veelzeggend: Prof. Teunis Piersma kreeg een lintje voor mislukt weidevogel project! Heb hem vorig jaar nog eens in het Drents museum aangehoord. Ware het niet dat directeur Van der Gronden vanher WWF nog lichtpuntjes zag, anders was ik zwaar depressief huiswaarts gekeerd.
Pijn voelen over verdwenen jeugdherinneringen is niet exclusief voor landschappen van vroeger. Het geldt ook voor steden, gemeenschappen en zelfs persoonlijke relaties :-). Een familielid geboren en getogen in Rotterdam in de toen sjieke Burgemeester Meineszlaan, wordt emotioneel als die ze er anno 2010 weer loopt, inmiddels bijna achterstandswijk.
En zoals Jeroen zegt, er is geen ijkpunt. Wat is het landschap waar we naar toe willen? Het kleinschalige boerenlandschap uit 1950? De heidevelden, symbool van uitgemergelde gronden en armoe uit 1900. Het bijna volledig boomloze landschap uit 1600? Of de bossen uit het begin van de jaartelling?