"Als het milieu je lief is en je armoede wilt bestrijden, dan is intensieve landbouw een morele plicht." Dat viel afgelopen zaterdag te lezen in Trouw, de krant van duurzaam Nederland en thuisbasis van de duurzame top 100.
Dat is de visie van theoloog Ralf Bodelier in de duurzamste krant van het land. Zijn opinie leverde hem de nodige protesten op. Onder meer van HenkFarmer die schreef:
Het moet niet gekker worden... een theoloog die ons komt vertellen dat we vooral industrieel bereid voedsel moeten nuttigen. Zijn pleidooi is er vooral een voor ongebreidelde voortplanting en daartoe doet hij willekeurige grepen uit de grabbelton van Dijkhuizen. Met negeren van de heel wat zwaarder wegende argumenten van @Sly. De industriële landbouw en veeteelt loopt inmiddels tegen haar grenzen op en hoe eerder we dit inzien hoe beter het voor ons allemaal is!
Aalt Dijkhuizen zelf twitte: "Heldere essay van Bodelier in Trouw. Westerse trend van biolog. en lokaal voedsel ramp voor armen en milieu."
Het stuk verscheen in de bijlage Letter & Geest en is inmiddels in zijn geheel online geplaatst. Je vindt er deze visie in: biologisch en lokale landbouw zijn fout, duur en elitair, intensief is goed, milieubewust en betaalbaar.
Intensief naast extensief
De werkelijkheid zit net wat gelaagder in elkaar. Zoals de FAO zegt is niet-intensieve landbouw in zelfs grote delen van de wereld een oplossing voor mensen en zelfs steden. Wat meer infrastructuur en arme mensen die alleen voor zichzelf produceren gaan ook voor anderen produceren. Het rapport Smallholder Integration in Changing Food Markets ziet er duidelijk een groot been in. In gebieden waar intensief niet kan, maar wel afzet is, helpen alle kleine beetjes en help je mensen met kleinschalige, maar goed ontsloten landbouw aan een bestaan. Het bijzondere is zelfs dat boeren in rijke landen die het goed aanpakken zo veel meer kunnen verdienen met veel minder risico's dan hun grote intensieve collega's.
Die maken op een klutje immers zoveel verse en bederfelijke waar dat ze die door moeten draaien om nog enigzins uit hun kosten te komen. Dat mag een graadje minder intensief. Te intensief leidt tot faillissementen.
Om de wereld vlees te leveren is de FAO al even duidelijk. Dat gaat niet zonder intensieve dierhouderij. Ook het voer voor de dieren zal intensief verbouwd moeten worden.
Daarnaast zijn de argumenten van VN-rapporteur voor het recht op Voedsel Olivier de Schutter. Hij hamert erop dat kleine boeren zelfstandige mensen kunnen blijven en geen lompenproletariaat in de steden hoeven te worden. Zij zijn geen kandidaten voor de consumptie van producten uit de intensieve landbouw omdat ze geen geld hebben. Daarom moeten ze zelf hun voedsel kunnen verbouwen.
Niet òf òf
Bodelier kreeg 4 pagina's in de Trouw die zich uiteindelijk ook eens kritisch uitliet over biologisch en kleinschalig. Er spreekt echter geen begrip uit voor de rol van landbouw in de samenleving. Bodelier schiet door.
De werkelijkheid van landbouw is deze:
- van de 10 miljard mensen die straks de aarde bevolken, zullen er zo'n 7 miljard in stedelijke delta's wonen en gevoed worden door hoofdzakelijke intensieve landbouw, aangevuld met kleinschaliger lokaal vers (groenten, zacht fruit)
- 1,5 miljard mensen worden gevoed door kleinschalige niche landbouw (voor de rijkste mensen)
- 1,5 miljard mensen dreigen aan de zelfkant van de samenleving te verdwijnen of redden het door niet naar de steden te trekken, maar voor hun eigen kostje en dat van hun familie te zorgen; ze zijn nl. uitgesloten van de economie en zullen dus wel voor zichzelf daarbuiten moeten zorgen.
Dijkhuizen heeft gelijk: veruit het grootste deel van de mensheid zal intensief eten van de plekken waar dat op aarde het goedkoopst gemaakt kan worden, aangevuld met wat lokaal vers. Daar is geen twijfel over. Aan de randen van het systeem aan zowel de boven- als de onderkant is klein en lokaal echter de oplossing. De vrienden van Bodelier die slow food en lokale bloemkool willen, hebben dus ook gelijk. Die twee schijnbaar tegengestelde gelijken sluiten elkaar niet uit.
Landbouw is niet óf óf, het is en en. Daarom deze poging om het eeuwig durende gekrakeel tussen intensief en gezellig en lekker duur extensief, of armeluis lokaal en biologisch scherp te krijgen.
Fotocredits: fotoshot Trouw, Foodlog Media
Dit artikel afdrukken
Het moet niet gekker worden... een theoloog die ons komt vertellen dat we vooral industrieel bereid voedsel moeten nuttigen. Zijn pleidooi is er vooral een voor ongebreidelde voortplanting en daartoe doet hij willekeurige grepen uit de grabbelton van Dijkhuizen. Met negeren van de heel wat zwaarder wegende argumenten van @Sly. De industriële landbouw en veeteelt loopt inmiddels tegen haar grenzen op en hoe eerder we dit inzien hoe beter het voor ons allemaal is!
Aalt Dijkhuizen zelf twitte: "Heldere essay van Bodelier in Trouw. Westerse trend van biolog. en lokaal voedsel ramp voor armen en milieu."
Het stuk verscheen in de bijlage Letter & Geest en is inmiddels in zijn geheel online geplaatst. Je vindt er deze visie in: biologisch en lokale landbouw zijn fout, duur en elitair, intensief is goed, milieubewust en betaalbaar.
Intensief naast extensief
De werkelijkheid zit net wat gelaagder in elkaar. Zoals de FAO zegt is niet-intensieve landbouw in zelfs grote delen van de wereld een oplossing voor mensen en zelfs steden. Wat meer infrastructuur en arme mensen die alleen voor zichzelf produceren gaan ook voor anderen produceren. Het rapport Smallholder Integration in Changing Food Markets ziet er duidelijk een groot been in. In gebieden waar intensief niet kan, maar wel afzet is, helpen alle kleine beetjes en help je mensen met kleinschalige, maar goed ontsloten landbouw aan een bestaan. Het bijzondere is zelfs dat boeren in rijke landen die het goed aanpakken zo veel meer kunnen verdienen met veel minder risico's dan hun grote intensieve collega's.
Die maken op een klutje immers zoveel verse en bederfelijke waar dat ze die door moeten draaien om nog enigzins uit hun kosten te komen. Dat mag een graadje minder intensief. Te intensief leidt tot faillissementen.
Om de wereld vlees te leveren is de FAO al even duidelijk. Dat gaat niet zonder intensieve dierhouderij. Ook het voer voor de dieren zal intensief verbouwd moeten worden.
Daarnaast zijn de argumenten van VN-rapporteur voor het recht op Voedsel Olivier de Schutter. Hij hamert erop dat kleine boeren zelfstandige mensen kunnen blijven en geen lompenproletariaat in de steden hoeven te worden. Zij zijn geen kandidaten voor de consumptie van producten uit de intensieve landbouw omdat ze geen geld hebben. Daarom moeten ze zelf hun voedsel kunnen verbouwen.
Niet òf òf
Bodelier kreeg 4 pagina's in de Trouw die zich uiteindelijk ook eens kritisch uitliet over biologisch en kleinschalig. Er spreekt echter geen begrip uit voor de rol van landbouw in de samenleving. Bodelier schiet door.
De werkelijkheid van landbouw is deze:
- van de 10 miljard mensen die straks de aarde bevolken, zullen er zo'n 7 miljard in stedelijke delta's wonen en gevoed worden door hoofdzakelijke intensieve landbouw, aangevuld met kleinschaliger lokaal vers (groenten, zacht fruit)
- 1,5 miljard mensen worden gevoed door kleinschalige niche landbouw (voor de rijkste mensen)
- 1,5 miljard mensen dreigen aan de zelfkant van de samenleving te verdwijnen of redden het door niet naar de steden te trekken, maar voor hun eigen kostje en dat van hun familie te zorgen; ze zijn nl. uitgesloten van de economie en zullen dus wel voor zichzelf daarbuiten moeten zorgen.
Dijkhuizen heeft gelijk: veruit het grootste deel van de mensheid zal intensief eten van de plekken waar dat op aarde het goedkoopst gemaakt kan worden, aangevuld met wat lokaal vers. Daar is geen twijfel over. Aan de randen van het systeem aan zowel de boven- als de onderkant is klein en lokaal echter de oplossing. De vrienden van Bodelier die slow food en lokale bloemkool willen, hebben dus ook gelijk. Die twee schijnbaar tegengestelde gelijken sluiten elkaar niet uit.
Landbouw is niet óf óf, het is en en. Daarom deze poging om het eeuwig durende gekrakeel tussen intensief en gezellig en lekker duur extensief, of armeluis lokaal en biologisch scherp te krijgen.
Fotocredits: fotoshot Trouw, Foodlog Media
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Het blijft verbazingwekkend waarom bio altijd het alleenrecht heeft de wereld te voeden, de `morele opdracht´ zoals Bodelier het noemt. Op wereldschaal is het areaal genotsmiddelen (druiven voor wijnteelt en tabak) groter dan het areaal biologisch. Niemand zal drie pagina's in Trouw claimen om uit te leggen dat je daar de wereld niet mee voedt, of sterker nog dat je daar soms behoorlijke gezondheidsschade mee kunt aanrichten.
Zo onthou ik als biologisch boer ook mensen in het zuiden de toegang tot voldoende en goedkoop voedsel. Biologische boeren in Rwanda en Ethiopié worden opgevoerd als voorbeelden van moreel verval, zelfs Brecht wordt er bijgehaald om de Tweede Wereldoorlog niet helemaal uit het debat te houden. Dat er ondertussen in Afrika miljoenen hectares opgekocht worden door Chinezen en Indiërs lijkt dan weer geen effect te hebben op zijn vrienden in de sloppenwijken. Ook de teelt van gewassen voor biofuels is het vermelden niet waard. Om het even voor Nederland in perspectief te zetten: de productiewaarde van de biologische AGF zit dichter bij die van de pelsdierhouderij (130 miljoen per jaar) dan die van de Phaleanopsis (400 miljoen per jaar).
Ook hét grote thema of de hele wereld de westerse voedselpatronen kan overnemen is de moeite van het bespreken niet waard. In Europa wordt bijna de helft van het geproduceerde tarwe als veevoer gebruikt.
Het is hier op Foodlog al vaak genoeg gezegd: de problemen in de toekomst van de voedselvoorziening zijn te groot om weer zo'n debat aan te gaan, laten we kijken wat we van elkaar kunnen leren.
Alsof gangbaar geen gigantische problemen heeft. Nederland, het boerenland is ecologisch stervende. Dodge City U.S.A. vlees mining. Om er maar eens twee hopeloze zaakjes te noemen. Dan hebben we het nog niet over de gigantische erosie en waterproblemen die bijna overal op de loer liggen.
"Heldere essay van Bodelier in Trouw. Westerse trend van biolog. en lokaal voedsel ramp voor armen en milieu." Wanneer onze WUR voorman dat inderdaad getwittert heeft moet hij wat mij betreft nu afnokken, opsodemieteren en wel direct.
Reden: Ongeschikt voor die functie!
Oorzaak: Aan één oog blind.
Ik ben het volstrekt eens met Jopie: dát de wereld intensief zal eten is geen vraag. Inhoudelijk gezien is het dan ook merkwaardig dat intensief zich zou moeten afzetten tegen biologisch.
Maar Jopie: gebeurt het niet juist andersom? Biologisch - jij niet, maar wel anderen - vertelt dat het de wereld kan voeden. Dat doet het zeker in Nederland. Ik heb er de nodige gesprekken opzitten. Dat betekent dat ik Dijkhuizen en Fresco kan begrijpen als zij zeggen dat we wel gek zouden zijn om intensief te staken. Er zit iets in het gesprek dat niet klopt.
Bodelier is vermoedelijk onkundig van de achtergronden en trapt alweer in de val die inderdaad volstrekt onterecht is. Biologisch en lokaal hebben een functie, gek genoeg zowel helemaal aan de top als aan de onderkant van de economische markt.
Hendrik, wat je zegt is daarmee onterecht. Hoe dramatisch je waarheid ook waar blijft. Het alternatief voor intensief is een totale kolonisering van de aarde door mensen (het opgeven van de zgn. Borlaugh-hypothese); ik denk persoonlijk dat het wijs zou zijn daar mee te experimenteren; Midas Dekkers denkt juist dat je dat niet moet doen en zou intensief het liefst geheel van de natuur willen afzonderen.
Hoe dan ook: met intensief zullen we blijven moeten leren omgaan. Er is geen alternatief zolang mensen hun aantallen niet goed- of kwaadschiks reduceren. Daarom is het goed om een heel grote nadruk op lerend onderzoek te leggen.
het debat staat bol van de spraakverwarring. oa:
-biologisch is niet de tegenhanger van intensief; dat is extensief.
-biologische teelt kan zowel groot- als kleinschalig, traditioneel als industrieel, intensief als extensief; tegenwoordig is het vaak genoeg industrieel en grootschalig. Ook extensieve teelt kan grootschalig zijn en industrieel ogen.
-intensief is niet per defenitie industrieel of grootschalig (denk aan stadstuinen: intensief, maar niet industrieel of grootschalig, en mogelijk biologisch)
-kleine boeren zijn niet per defenitie beter af dan mensen met een baan in de landbouw (niet automatisch een 'lompenproletariaat')
Verder sluit ik me aan bij Jopie en Dick met hun pleidooi voor agro-diversiteit; én-én, om te leren van elkaar en een divers systeem geeft grootste voedselzekerheid. Ik sluit me bij Fresco, Bodelier en Dijkhuizen aan voor wat betreft het betrekken van armoede bij de voedselvisie en een mondiale kijk op de zaak.
Denk - en zeg - ook dat er vooral ruimte zou moeten zijn voor beide (en meer) richtingen. Toch begin ik Hendrik steeds beter te begrijpen: ruimte voor beide is goed voor differentiatie, marktsegmenten, economie; marktdenken pur sang. Maar de vraag is dan of dat ook het beste is voor natuurlijke ecosystemen: het scheiden van natuur en intensieve landbouw, tegenover biologische landbouw die natuur en landbouw meer integreert.
In theorie is het best mogelijk om natuur op te geven en kunstmatig te vervangen, maar tot nu toe heeft de mens niet bewezen de complexiteit van het systeem te overzien en loopt de temperatuur gestaag op. Vanuit die invalshoek zou ik graag eens horen hoe 'men' erover denkt. Want op de achtergrond speelt de vraag of we nog economie kunnen hebben zonder ecologie.
ps verder vind ik dit redactionele stuk niet erg goed, klein of groot is een andere benadering dan biologisch of intensief. Er zijn bv verschrikkelijk veel kleine rijstboeren die hun rijst uitsluitend op hoge (kunst)mest niveaus telen, 2x per jaar, jaar in jaar uit.
ps 2 Ah, Josien, dank!