Lokaal eten betekent minder foodmiles en dat is goed voor het milieu. Mis. De kleinschaligheid van lokale producten zorgt voor ongunstige beladingsgraden in het vervoer. Supers hebben dat beter voor elkaar en stoten in verhouding veel minder CO2 uit.
Drie studenten van de Hogeschool Inholland onderzochten de CO2-uitstoot van de reguliere versketen en van lokaal vers. De Levensmiddelenkrant besteedt aandacht aan hun kleinschalige maar verhelderende onderzoek.
Het onderzoek richtte zich op het supermarktvervoer van tomaten en komkommers, geteeld in de buurt van Bleiswijk en Maasdijk. Deze tomaten en komkommers gaan van de teler naar het verwerkings- of distributiecentrum en daarvandaan naar Coop en Jumbosupermarkten in Utrecht, Hazerswoude-Rijndijk en Delft. Voor de lokale producten werden de tomaten van Willem & Drees-telers uit Berkel en Rodenrijs en Schalkwijk naar dezelfde supermarkten vervoerd.
De reguliere tomaten en komkommers leggen door de logistieke tussenstap meer kilometers af. Maar de CO2-belasting van een lokaal doosje tomaten (389 gram) bleek bijna twee keer zo hoog als die van een regulier doosje (191 gram). Dat komt door de beladingsgraad van het vervoer. Er gaan per keer maar een paar doosjes mee, en geen hele pallets. Zou dat wel het geval zijn, dan daalt de CO2-belasting per doosje lokale tomaten naar slechts 39 gram.
De conclusie ligt voor de hand: "Schaalvergroting van het transport en samenwerking van ondernemers zou de uitstoot omlaag brengen." Dat betekent dus dat lokale voedselvoorziening via supermarkten en andere reguliere ketens alleen gunstig is als het voldoende volume krijgt. Als het een niche is, is het alleen maar duurder en ongunstiger voor het milieu. Wel krijgt de klant er een prettiger gevoel bij.
De vraag is dan ook: hoe groot is de kans dat de Willems, Drezen en Gijzen groter worden dan Kleinduimpje?
Fotocredits: jipol
Dit artikel afdrukken
Het onderzoek richtte zich op het supermarktvervoer van tomaten en komkommers, geteeld in de buurt van Bleiswijk en Maasdijk. Deze tomaten en komkommers gaan van de teler naar het verwerkings- of distributiecentrum en daarvandaan naar Coop en Jumbosupermarkten in Utrecht, Hazerswoude-Rijndijk en Delft. Voor de lokale producten werden de tomaten van Willem & Drees-telers uit Berkel en Rodenrijs en Schalkwijk naar dezelfde supermarkten vervoerd.
De reguliere tomaten en komkommers leggen door de logistieke tussenstap meer kilometers af. Maar de CO2-belasting van een lokaal doosje tomaten (389 gram) bleek bijna twee keer zo hoog als die van een regulier doosje (191 gram). Dat komt door de beladingsgraad van het vervoer. Er gaan per keer maar een paar doosjes mee, en geen hele pallets. Zou dat wel het geval zijn, dan daalt de CO2-belasting per doosje lokale tomaten naar slechts 39 gram.
De conclusie ligt voor de hand: "Schaalvergroting van het transport en samenwerking van ondernemers zou de uitstoot omlaag brengen." Dat betekent dus dat lokale voedselvoorziening via supermarkten en andere reguliere ketens alleen gunstig is als het voldoende volume krijgt. Als het een niche is, is het alleen maar duurder en ongunstiger voor het milieu. Wel krijgt de klant er een prettiger gevoel bij.
De vraag is dan ook: hoe groot is de kans dat de Willems, Drezen en Gijzen groter worden dan Kleinduimpje?
Fotocredits: jipol
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Vandaag komen er 6 transporteurs langs om spullen op te halen op ons bedrijf: twee lokale distributeurs, W&D, UDEA (bio groothandel) en een officiële transporteur. De hele kleintjes die heel lokaal werken zijn erg inefficiënt, omdat er per ritje zo weinig produkt vervoerd wordt. W&D had de wagen helemaal vol, zo zelfs dat niet alles mee kon (foutje logistiek).
De grootste vrachtwagen kwam 50 kg zaaizaad ophalen en was verder helemaal leeg.
Mijn ervaring is dat de hele kleintjes vaak inefficiënt werken, maar grote transporteurs staan vrijwel zonder uitzondering met vrijwel lege drie-assige vrachtwagens op ons erf.
De enige transporteurs die in mijn ogen erg goed bezig zijn: DistrEko, een kleintje en UDEA, die de vrachtauto's altijd vol hebben omdat ze beide lossen en in dezelfde route produkt laden. En ik denk dat UDEA aardig wat lokaler werkt dan bijv. GIJS.
Jos, zeker. Het gaat om de balans van innovatie, kennis, kunde, wil en verbeeldingskracht. Die balans is zoek en de uitwisseling tussen die factoren zit op slot. Kip is voor mij in Nederland het mooiste - en meest dramatische - voorbeeld van een falen van alle kanten.
@Dick, met even zoveel gemak waarmee je de NGO's in de hoek zet kun je dat doen met de uitvoerders. Zou er ooit iets gebeurd zijn als de aangevers niet hadden gesignaleerd? Misschien uiteindelijk onder druk van kostprijs en rentabiliteit, maar zeker niet eerder. De sector put zich uit in elkaar te vertellen hoe slecht het allemaal gaat, maar is weinig bereid om daadwerkelijk te bewegen, aansluiting te zoeken bij maatschappelijke ontwikkelingen en te investeren in vernieuwing. Het resultaat is dat het nog slechter gaat.
"Ask yourself, 'Are you better off now than you were four years ago? Riep Ronald Reagan al. Mensen zoals we gisterenmiddag zagen bij de varkenscompetitie of Willem&Drees; zijn eerder uitzondering dan regel. Klagen over stijgende prijzen en dalende marges en de Zwarte Piet neerleggen bij distributie is de norm.
Een discussie op gang brengen tussen aangevers en uitvoerders is een goed plan. Als we naar elkaar luisteren in plaats van elkaar als bedreiging te ervaren kan er wellicht eindelijk wat beweging komen. Maar ik denk dan ook meteen aan wat Wouter vaak zegt; het gaat om het DOEN en niet om het praten.
Melchert, we zijn het alweer eens. 'Working back from the future' noemde ik dit 20 jaar geleden toen ik nog werkte in strategieconsulting. Het lukt alleen als je verbeelders, 'gekken' (in de positieve zin van het woord) en mensen die doodgewoon echt weten hoe het zit samen weet te brengen.
Dick, toekomstbeelden werken inderdaad mobiliserend en geven richting. Maar dat zegt nog weinig over het HOE: de weg er naar toe. Wie enige ervaring heeft met backcasting exercities weet hoe lastig het is om concrete stappen tussen heden en toekomstbeeld te formuleren.
Daarnaast liggen aan toekomstbeelden altijd impliciet systeemafbakeningen en randvoorwaarden ten grondslag en gaan ze gepaard met trade-offs, waarmee tevens een verdelingsvraagstuk wordt geïntroduceerd. Als je voor het één kiest, kun je immers het ander niet hebben. Deze aspecten worden vaak overstraald door de aantrekkingskracht toekomstbeelden, maar moeten wel degelijk ook in beschouwing worden genomen.
Dus laten we de mobiliserende kracht van toekomstbeelden benutten om actoren in beweging te krijgen, en vervolgens die energie benutten om in een iteratief proces te ontdekken welke systeemafbakeningen, randvoorwaarden, trade-offs en verdeling we wenselijk vinden. Als we het antwoord op die vragen kunnen formuleren, dan zijn we al heel dicht bij het HOE.
Zoals ik het op het eerste gezicht kan inschatten lijken die Circles mij inderdaad een uitgelezen setting voor dergelijke iteratieve exercities. De rolverdeling van aangevers en uitvoerders daarbinnen vind ik een hele mooie (duimpje voor Jos!).