De Nederlandse MSC-certificaten zijn goed voor ongeveer 2% van de totale wereldwijd gecertificeerde vangsten'Steeds beter'
De internationale NGO Marine Stewardship Council (MSC) zag in 1997 het levenslicht en werkt aan gezonde oceanen vol leven, via verduurzaming van de visserijketen en tegengaan van overbevissing. Voor het jaar 2020 had MSC zich ten doel gesteld dat 20% van de wilde mariene visvangst gecertificeerd zou moeten zijn (in 2030 moet dat 30% zijn). Dat doel is 'min of meer gehaald', schrijft MSC in 'Stand in het water'. Per 1 oktober 2020 was 17,4% van de wereldwijde visserijen betrokken in het MSC-programma en zat nog eens 8% in het overgangsprogramma. Het gaat over zo'n 400 visserijen wereldwijd, waarvan er 11 uitgevoerd worden door Nederlandse vissers. De Nederlandse MSC-certificaten zijn goed voor ongeveer 2% van de totale wereldwijd gecertificeerde vangsten.
Eenmaal gecertificeerd kan een visserij niet op zijn lauweren rusten en de vis blijven binnenhalen. Er zijn jaarlijkse controles en iedere 5 jaar vindt een uitgebreide herbeoordeling plaats. Daarbij worden voortdurend verbeteropgaven of voorwaarden gesteld. In de 15 jaar van de Nederlandse certificeringen zijn 109 voorwaarden gesteld; 56 daarvan zijn ingelost en aan de rest wordt nog gewerkt. Uitgebreid legt MSC de condities langs de lat van zijn 3 hoofdprincipes: geen overbevissing (Principe 1), minimaliseren van de impact op het mariene ecosysteem (P2) en goed visserijmanagement/voldoen aan wet- en regelgeving (P3).
Voldoet een visserij niet aan een verbeteropgave, dan kan het certificaat geschorst of beëindigd worden. Bij de beoordelingen en audits zijn wetenschappers en/of natuurbeschermingsorganisaties betrokken, constateert MSC heel tevreden. Zo weet de keurmerk-uitgever zeker dat de laatste wetenschappelijke inzichten meegenomen worden bij de beoordeling van visserijen.
“Het is goed nieuws dat de Nederlandse visserij steeds duurzamer wordt," aldus minister Carola Schouten van Landbouw, Natuur en Visserij (LNV). "De MSC-organisatie heeft – samen met vissers en belangenbehartigers – hieraan een belangrijke bijdrage geleverd. Verdere verduurzaming van de visserij blijft belangrijk, ook voor de toekomst. Dat vraagt niet alleen inzet van beleid, maar ook inzet van initiatieven zoals het MSC-keurmerk.”
Waar is het geld?
Hoewel Stand in het Water een breed beeld schetst van de verduurzaming van de Nederlandse visserij, blijft één aspect opvallend onderbelicht. Nergens in het rapport gaat het ook maar één keer over geld. Niet over de kosten van de labelpromotie, de standaardontwikkeling en -bewaking, de audits, niet over de investeringen die de opgelegde verbeteropgaven met zich mee brengen. Of over het geld dat MSC in rekening brengt voor een certificaat of licentie om het keurmerk te mogen gebruiken. En al evenmin over de meeropbrengsten die het schouderklopje van het logo vissers al dan niet oplevert.
Schorsingen
De visserij en certificeerders hebben overigens niet alles zelf in de hand. Zo blijken visbestanden - onder invloed van het warmer wordende zeewater - naar het noorden op te schuiven. Dat doen ze zonder rekening te houden met landsgrenzen, economische zones of bestaande quota-afspraken. Voor een duurzaam beheer van visbestanden is de visserij afhankelijk van die internationale afspraken over vangstquota. En die wankelen op dit moment: met nog een extra duwtje door de brexit willen kuststaten "opnieuw onderhandelen over het aandeel in de vangsten waar ze recht op menen te hebben," aldus het rapport.
De EU, het Verenigd Koninkrijk, Faeröer, Noorwegen, IJsland, Rusland en Groenland slagen er vooralsnog niet in onderlinge overeenstemming te bereiken over de quota van makreel, Atlantisch-Scandinavische haring en blauwe wijting. Met als gevolg dat de MSC-certificaten voor deze visserijen momenteel zijn geschorst. Concreet betekent dat dat de vangsten van deze soorten in 2021 niet als MSC-gecertificeerd verkocht mogen worden, totdat de betrokken landen tot wetenschappelijk geborgde afspraken komen.
- Noordzeeharing: een gezamenlijk certificaat verleend aan PFA, SPSG, SPFPO, DFPO en DPPO North Sea Herring, dat zijn de namen van de visserijorganisaties. De 6 Nederlandse schepen vallen onder PFA, de Pelagic Freezer-trawler Association (een samenwerking met Duitse, Franse, Britse en Litouwse vissers). In het certificaat zitten 54 schepen, naast de 6 Nederlandse Schotse, Zweedse en Deense schepen.
- Makreelvisserij: ook een gezamenlijk certificaat waar de PFA, Pelagic Freezer-trawler Association aan deelneemt. De 6 PFA-schepen maken deel uit van ongeveer 700 schepen in dit certificaat, de rest bestaat uit Schotse, Deense, Ierse, Noorse en Zweedse vissers. Geschorst
- Atlantisch-Scandinavische haring: gezamenlijk certificaat van de visserijorganisaties SPSG, DPPO, PFA, SPFPO & KFO Atlanto-Scandian purse seine and pelagic trawl herring. In dit geval zijn het 7 Nederlandse schepen (PFA) en 80 in het certificaat: Schotten, Denen, Zweden en Ieren. Geschorst
- Blauwe wijting: ook een gezamenlijk certificaat van PFA, DPPO, KFO, SPSG & Compagnie des Pêches St Malo Northeast Atlantic blue whiting Pelagic Trawl. De Nederlandse schepen vallen onder PFA en maken 7 van de 71 schepen in dit certificaat uit. De rest bestaat uit Deense, Ierse, Schotse en Franse vissers. Geschorst
- Schol (Twin Rig-gevangen) (momenteel in herbeoordeling)
- Een gezamenlijke certificering voor gemengde bodemsoorten (schol, tong, leng, schartong, schelvis, heek, torsk, Noorse kreeftjes, Noordse garnaal, kabeljauw, wijting, zeebaars), waar 175 Nederlandse schepen via CVO/VisNed aan meedoen (van de 961 schepen in dit certificaat)
- Noordzeegarnalen: 198 van de 481 schepen in dit certificaat zijn Nederlands, via CVO. Er wordt samengewerkt met Duitse en Deense vissers.
- Certificeringen voor mosselen, kokkels, mesheften en oesters.
Op 6 december krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Wouter, ik zie er al evenmin exorbitant hoge kosten in. Maar er is een maar. Keurmerken als deze hebben - in vergelijking met 'stille' standaards - een gemakkelijk monopolie als merk bovenop industriestandaards. Kennelijk zit er in de keten iets niet lekker omdat er iets extra's gevraagd wordt dat niet terug kan komen uit de omzet.
Zie de volgende discussie over standaards: wanneer pas je welke toe en als ze een merk zijn, doen ze dan ook genoeg om je product merkwaarde te geven?
Ik heb in de tabel van #3 gekeken en vind deze kosten zeer redelijk (fair). Verder denk ik dat dit soort kosten vergeleken moeten worden met HACCP, BRC, IFS of ISO. Voedselproducenten geven veel geld uit aan systemen. Het is niet anders, laten we er blij om zijn. Ik zou niet weten waarom MSC (of Organic, of Fairtrade) een overheidssysteem zou moeten zijn. Prima dat er NoBo’s zijn en dat de markt om steeds hogere standaarden vraagt.
Om eea in perspectief te plaatsen, een artikel uit de Groene: Visserij Nederlands trots? Een nationale schandvlek!
Dank Hidde voor je reactie! Je verwijst naar de gestaffelde tarieven voor vissers die het logo willen voeren en de berekeningsgrondslag.
Niet om vervelend te doen, maar het op te merken: in het rapport 'Stand in het water' spelen kosten, noch baten een rol.
Mijn opmerking gaat vooral over de jullie winst- en verliesrekening: wat kosten jullie diensten als standards setter en hoe verhouden die zich tot jullie inkomsten? Ik zou bijvoorbeeld graag willen zien welke uitgaven jullie doen op het gebied van merkbekendheid en hoeveel rendement jullie maken. Die vragen zijn relevant omdat logo's zoals die van jullie in feite een monopolie-positie in de markt hebben en daar - noblesse oblige - wel ethisch mee om moeten gaan. Transparantie is wat mij betreft dan ook een hygiënefactor op dit punt.
Omdat jullie een dienst leveren, zou ik behalve de tonnages vis die onder MSC-logo worden verkocht bovendien ook graag rekenvoorbeelden willen horen van de extra revenuen en kosten van de visserij om eraan te voldoen.
Voor de duidelijkheid van de lezer: de kosten die je voor jullie afnemers aangeeft, zijn nog niet hun kosten voor certificering. Jullie certificeren immers niet zelf, maar bepalen de standaards. Naast de kosten die je linkt, moet de visser een geaccrediteerd bureau inschakelen dat komt controleren en tellen. Dat werkt niet voor niets.
Cecile, al je vragen over de kosten van certificering worden hier beantwoord.