In opdracht van het Openbaar Ministerie is afgelopen maand het rapport Dreigingsbeeld Milieucriminaliteit 2021 verschenen. Het beeld over de mestsector is allerminst positief. Mestfraude – als het dat al is - wordt neergezet als een zeer omvangrijk probleem. Wilfried Nielen was werkzaam in de mestsector en ziet het anders.
Het rapport is opgesteld door 'alle deelnemers die te maken hebben met de strafrechtelijke aanpak van milieucriminaliteit', waaronder ook de NVWA en de politie. Even voor de duidelijkheid: fraude is op geen enkele manier goed te praten. Ook niet als het klein is. Het is niet enkel voorbehouden aan de mestbranche, ook de landsadvocaat fraudeert. Dit gezegd hebbende, is perspectief op zijn plaats.
Veel publiciteit genereren
Maar hoe groot is het probleem nu werkelijk? Die inschatting kan de NVWA niet maken omdat dit geen onderdeel uitmaakt van het onderzoek. Het trekken van conclusies en het bestempelen als een groot probleem is allerminst zorgvuldig. Wat mij wel opvalt, is dat de makers veel publiciteit proberen te genereren, onder meer op social media, waarbij krachttermen worden gebezigd die niet op zijn plaats zijn. Wordt een en ander negatief voor het voetlicht gebracht om de politiek een bepaalde richting op te duwen?
De NVWA bezigt door het rapport heen verschillende gewichtsaanduidingen. De ene keer gaat het over tonnen en als het om de duiding van het probleem gaat, worden kilogrammen gebruikt. Allerminst objectief en consistent en met een vooropgezet doel. Het verkrijgen van meer geld en capaciteit. Een goed methodologisch onderzoek dient op zijn minst aan minimum criteria te voldoen, waarbij zorgvuldigheid er één van is.
In Nederland wordt jaarlijks 75 miljoen ton mest geproduceerd. Ik ga mijn vingers niet branden aan het selectief gebruiken van verschillende gewichtseenheden en gebruik de eenheid tonnen. Alles in perspectief plaatsend, is de omvang als volgt te duiden.
In de periode 2003 tot en met 2018 – jazeker, u leest het goed, het gaat om 15 jaar - heeft de NVWA circa 1.235 ton mest ontdekt waar de mest niet of op een onjuiste manier is verantwoord. Dat is omgerekend 82 ton per jaar. Dat is procentueel, gerekend over alle geproduceerde mest: 0,000001%.
Vermoedelijk in beeld
In de periode van 2003 tot en met 2019 gaat het om 'vermoedelijke' niet of op een onjuiste manier verantwoorde mest. In een periode van 16 jaar hebben de strafrechtelijke specialisten het over 185.000 ton mest die vermoedelijk in beeld is als fraude. Een vermoeden betekent dat het allerminst is bewezen.
Immers, de rechter spreekt recht en niet de NVWA. Deze 185.000 ton, als dit al wordt bewezen, over een periode van 16 jaar is uiteindelijk 11.562 ton per jaar. Dat is procentueel van alle geproduceerde mest 0,00015%. Zelfs als het probleem 100 keer zo groot zou zijn en alles bewezen wordt verklaard, is het procentueel (0,015%) nog steeds een mug.
Vooringenomenheid ademen
De conclusies van het onderzoek mestfraude zijn allerminst zorgvuldig, tendentieus en met een mogelijk doel. Om de sectoren – waaronder de veehouderij - in een kwaad daglicht te zetten. Het ademt vooringenomenheid uit. Persoonlijk vind ik dit een kwalijke zaak. Objectiviteit en gedegen methodologisch onderzoek wordt daarmee onrecht aangedaan. Er zijn andere en effectievere manier om aandacht te vragen voor het probleem.
Een vraag die bij mij opkomt: is het nu fraude of zijn het ook gewoon menselijke fouten? Menselijke fouten die worden bestempeld als mestfraude, om het recht geweld aan te doen. Het zij gezegd.
Dit artikel maakt deel uit van de contentsamenwerking tussen Foodlog en Boerenbusiness
Het verscheen eerder op de LinkedIn-pagina van Wilfried Nielen.
Dit artikel afdrukken
Veel publiciteit genereren
Maar hoe groot is het probleem nu werkelijk? Die inschatting kan de NVWA niet maken omdat dit geen onderdeel uitmaakt van het onderzoek. Het trekken van conclusies en het bestempelen als een groot probleem is allerminst zorgvuldig. Wat mij wel opvalt, is dat de makers veel publiciteit proberen te genereren, onder meer op social media, waarbij krachttermen worden gebezigd die niet op zijn plaats zijn. Wordt een en ander negatief voor het voetlicht gebracht om de politiek een bepaalde richting op te duwen?
De NVWA bezigt door het rapport heen verschillende gewichtsaanduidingen. De ene keer gaat het over tonnen en als het om de duiding van het probleem gaat, worden kilogrammen gebruikt. Allerminst objectief en consistent en met een vooropgezet doel. Het verkrijgen van meer geld en capaciteit. Een goed methodologisch onderzoek dient op zijn minst aan minimum criteria te voldoen, waarbij zorgvuldigheid er één van is.
In 15 jaar heeft de NVWA circa 1.235 ton mest ontdekt waar de mest niet of op een onjuiste manier is verantwoord. Dat is procentueel, gerekend over alle geproduceerde mest: 0,000001%Hoe groot is nu het probleem werkelijk?
In Nederland wordt jaarlijks 75 miljoen ton mest geproduceerd. Ik ga mijn vingers niet branden aan het selectief gebruiken van verschillende gewichtseenheden en gebruik de eenheid tonnen. Alles in perspectief plaatsend, is de omvang als volgt te duiden.
In de periode 2003 tot en met 2018 – jazeker, u leest het goed, het gaat om 15 jaar - heeft de NVWA circa 1.235 ton mest ontdekt waar de mest niet of op een onjuiste manier is verantwoord. Dat is omgerekend 82 ton per jaar. Dat is procentueel, gerekend over alle geproduceerde mest: 0,000001%.
Vermoedelijk in beeld
In de periode van 2003 tot en met 2019 gaat het om 'vermoedelijke' niet of op een onjuiste manier verantwoorde mest. In een periode van 16 jaar hebben de strafrechtelijke specialisten het over 185.000 ton mest die vermoedelijk in beeld is als fraude. Een vermoeden betekent dat het allerminst is bewezen.
Immers, de rechter spreekt recht en niet de NVWA. Deze 185.000 ton, als dit al wordt bewezen, over een periode van 16 jaar is uiteindelijk 11.562 ton per jaar. Dat is procentueel van alle geproduceerde mest 0,00015%. Zelfs als het probleem 100 keer zo groot zou zijn en alles bewezen wordt verklaard, is het procentueel (0,015%) nog steeds een mug.
Vooringenomenheid ademen
De conclusies van het onderzoek mestfraude zijn allerminst zorgvuldig, tendentieus en met een mogelijk doel. Om de sectoren – waaronder de veehouderij - in een kwaad daglicht te zetten. Het ademt vooringenomenheid uit. Persoonlijk vind ik dit een kwalijke zaak. Objectiviteit en gedegen methodologisch onderzoek wordt daarmee onrecht aangedaan. Er zijn andere en effectievere manier om aandacht te vragen voor het probleem.
Een vraag die bij mij opkomt: is het nu fraude of zijn het ook gewoon menselijke fouten? Menselijke fouten die worden bestempeld als mestfraude, om het recht geweld aan te doen. Het zij gezegd.
Dit artikel maakt deel uit van de contentsamenwerking tussen Foodlog en Boerenbusiness
Het verscheen eerder op de LinkedIn-pagina van Wilfried Nielen.
UPDATE 9 augustus 10u00.
Eén jaartal in het artikel bleek verkeerd overgenomen uit het originele artikel. Het gaat om het eindjaartal van de periode van 16 jaar waarin de strafrechtelijke specialisten het over 185.000 ton mest hebben waarmee mogelijk is gefraudeerd. Deze periode loopt van 2003 tot 2019, niet tot 2018 zoals aanvankelijk vermeld.
Eén jaartal in het artikel bleek verkeerd overgenomen uit het originele artikel. Het gaat om het eindjaartal van de periode van 16 jaar waarin de strafrechtelijke specialisten het over 185.000 ton mest hebben waarmee mogelijk is gefraudeerd. Deze periode loopt van 2003 tot 2019, niet tot 2018 zoals aanvankelijk vermeld.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
We hadden ooit een enorme I en R fraude. Wel 7500 bedrijven verdacht. Uiteindelijk bleken het enkele 10 tallen te zijn. Wat bleek? Systemen sloten niet goed op elkaar aan, fouten ( die geen fouten waren) werden tot fraude gebombardeerd.
In de mestwereld stikt het van de fouten. Omdat het benaderingen van werkelijkheden zijn.
Dat begint al met het niet goed kunnen bepalen van de hoeveelheid mest die een dier produceert, omdat daar veel variatie in zit. Dus pakken we daar een gemiddelde voor, een zgn forfait. N van Rooij klaagt dat hij teveel moet afvoeren, het omgekeerde komt ook voor. Boeren die op papier een bepaalde hoeveelheid mest moeten afvoeren, dat ook doen, maar vervolgens nog mest 'over' houden. Dan hebben we nog het zgn ' stikstofgat' in de varkenshouderij waarbij stikstofverliezen tot een bepaald niveau niet verantwoord hoeven te worden. ( correct me if i'm wrong van Vonderen). In de melkveehouderij hebben we een bedrijfsspecifieke methodiek om de mestproductie te bepalen, maar ook die valt tot op zekere hoogte te manipuleren, bewust of onbewust. Daarom pleit de sector zelf ook voor het invoeren van de Kringloopwijzer, die werkt integraler en voorkomt daarmee de eenzijdige benadering vanuit de input van de koe.
Intermediairs ( mesthandelaren) die mest aan- en weer afvoeren kunnen met een stikstofcorrectiefactor stikstofverliezen verrekenen.....
Al met al geen fraude, maar wel mogelijkheden waardoor mest op papier verdwijnt, maar in de praktijk nog steeds bestaat. Het is namelijk geen exacte wetenschap en geen gesloten systeem.
De hoeveelheid plaatsingsruimte is voor ieder bedrijf simpel te berekenen. Als je minder mineralen afvoert dan op papier benadeel je partij die mest de mest aanvoert. Dit zuivert zichzelf wel dus geen enkele partij die mest aanvoert zal dat (blijven) accepteren. Ondertussen is het kanaal van verwerking en export streng gecontroleerd. Fraude wordt daarmee zinloos en onmogelijk.
@Frans aarts #2 ''Gemeld wordt dat aanzienlijke fraude met mest aannemelijk is omdat 1) er veel mest is, 2) er met fraude met mest veel geld te verdienen valt en 3) de pakkans dan zeer gering is. Die is gering omdat er vrijwel geen fysieke controles van meststomen zijn, alleen de boekhouding wordt gecontroleerd en die kan zonder fysieke controles zonder gevolgen vrij gemakkelijk fictief gemaakt worden.''
Als we het volgens jou regels spelen klinkt het aannemelijk dat WUR ook fraudeert want als mest en stikstof niet als problematisch zou er veel minder vraag zijn naar onderzoek en advies rondom mest en stikstof van de WUR. Daarnaast zijn in het verleden meerdere schandalen waaruit bleek dat wetenschappers of experts waren omgekocht of dingen verzonnen om een bepaalde uitkomst te krijgen.
#18 Frans
De risicoanalyse bevat veel open deuren.
Deze risicoanalyse kun je op alle economische activiteiten plakken. Ik ben benieuwd of de politiek en de media daar ook zo veel aandacht aan zou besteden. Ik denk het niet.
Met dit soort analyses beschuldig je de agrarische sector wel. Ik ben overigens nadrukkelijk tegen fraude.
Maar ik vind wel dat we bij het praten en schrijven over fraude uit moeten gaan van bewezen feiten en niet op basis van aannames en een algemene ongenuanceerde risico analyse.
Het punt is volgens mij dat als je alle grond van de geldende bemestingsnorm voorziet en je weet de landelijke mestproductie en je weet de geexporteerde en/of verwerkte hoeveelheid dan kun je enkel inschatten of er landelijk een mestoverschot is.
Het probleem is vervolgens dat niet alle opgegeven grond daadwerkelijk bij boeren in gebruik is, ook word niet alle grond bemest met dierlijke mest. Een probleem ontstaat dan bij de opsporing omdat er pas minimaal een paar jaar later "controle" kan plaats vinden, een heterdaad is feitelijk onmogelijk omdat er in een lopend jaar nog met de eindvoorraad en in gebruik zijnde percelen geschoven kan worden.
Bekend is fraude met gehaltes en gewichten, daar zijn ook veroordelingen van, het is natuurlijk moeilijk om te bepalen wat de huidige omvang daarvan is.
Een ander belangrijk handhavingspunt is de vrije bewijsleer, een boer mag voor de rechtbank alle middelen aanvoeren om zich vrij te pleiten (bijv. in zijn mest zijn de gehalte lager dan de forfaitaire normen), de bewijslast is dan aan de overheid.
Fraude zal er zijn maar de bewijslast is een complexe en ook dure zaak voor de maatschappij.