In zijn eerste column voor Foodlog analyseert bestuurskundige Jeroen Candel, assistant professor aan Wageningen UR, de beleidsstijl van de Nederlandse overheid door de jaren heen. Frans dirigisme slaat misschien door, maar meer kiezen en sturen had de culminerende crisis in de landbouw kunnen beheersen.
Ik heb het voor de zekerheid nog eens opgezocht, de betekenis van regeren. De Dikke van Dale toonde zich behulpzaam: als heerser besturen; het gezag uitoefenen over..; bedwingen, doen gehoorzamen. Welke van deze suggesties uw voorkeur ook geniet, regeren lijkt een uitstervend ambacht in het Nederlandse openbaar bestuur. Polderen, netwerken, faciliteren of stimuleren, dat zijn woorden waar onze gezagsdragers mee uit de voeten kunnen. Maar regeren, dat laat vooral een vieze nasmaak in de mond achter.
Geen domein waarin dit zo duidelijk wordt als de landbouw. Een aantal jaar geleden vroeg het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) me de visies van opeenvolgende landbouwministers op de verduurzaming van de sector eens in kaart te brengen. Wat bleek? Stuk voor stuk benadrukten de ministers dat het niet aan de overheid is om het voortouw te nemen bij het realiseren van maatschappelijk gewenste verandering. Zo stelde minister Veerman in 2005 dat “ondernemers in de sector, nog meer dan in het verleden, zelf het voortouw moeten nemen. De overheid zal een minder geprononceerde en minder leidende rol vervullen. Het zijn de ondernemers die de keuzes maken. De rol van de overheid is vooral een begeleidende”. Staatssecretaris Bleker volgde die lijn in 2011: “Belangrijk is dat de ketenpartijen zelf de regie voeren en verantwoordelijkheid nemen voor de transitie naar een toekomstbestendige en maatschappelijk gewaardeerde veehouderij ... Het kabinet zal vanuit haar rol en verantwoordelijkheden haar aandeel leveren.” Nu vind ik ook dat initiatieven vanuit de keten van groot belang zijn, maar hebben we niet juist een overheid uitgevonden om daar richting aan te geven, bijvoorbeeld door markten zo bij te sturen dat collectieve doelen gerealiseerd worden? De huidige stikstofcrisis toont wat er kan gebeuren als de overheid maatschappelijke problemen jarenlang over de schutting van ‘de markt’ gooit.
Ik kijk wel eens met een jaloers oog naar Frankrijk. Natuurlijk, ook Macrons autoritaire stijl roept veel weerstand op, en ook in Frankrijk protesteren de boeren. Maar een tikkeltje Frans dirigisme kan onze bestuurders wellicht van hun regeerangst afhelpen. Laat onze regering weer gaan regeren. Niet door nu opeens doldwaze besluiten te gaan nemen, maar door een resonerend verhaal voor de toekomst van onze landbouw te schetsen. Door keuzes te durven maken. Door te leren van fouten, om die keuzes vervolgens weer aan te passen. Want regeren is vooral ook experimenteren. Door belanghebbenden te consulteren, maar vervolgens ook een eigen afweging te durven maken. Ja, bestuurlijke durf, doet u daar maar een onsje meer van.
Dit artikel afdrukken
Geen domein waarin dit zo duidelijk wordt als de landbouw. Een aantal jaar geleden vroeg het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) me de visies van opeenvolgende landbouwministers op de verduurzaming van de sector eens in kaart te brengen. Wat bleek? Stuk voor stuk benadrukten de ministers dat het niet aan de overheid is om het voortouw te nemen bij het realiseren van maatschappelijk gewenste verandering. Zo stelde minister Veerman in 2005 dat “ondernemers in de sector, nog meer dan in het verleden, zelf het voortouw moeten nemen. De overheid zal een minder geprononceerde en minder leidende rol vervullen. Het zijn de ondernemers die de keuzes maken. De rol van de overheid is vooral een begeleidende”. Staatssecretaris Bleker volgde die lijn in 2011: “Belangrijk is dat de ketenpartijen zelf de regie voeren en verantwoordelijkheid nemen voor de transitie naar een toekomstbestendige en maatschappelijk gewaardeerde veehouderij ... Het kabinet zal vanuit haar rol en verantwoordelijkheden haar aandeel leveren.” Nu vind ik ook dat initiatieven vanuit de keten van groot belang zijn, maar hebben we niet juist een overheid uitgevonden om daar richting aan te geven, bijvoorbeeld door markten zo bij te sturen dat collectieve doelen gerealiseerd worden? De huidige stikstofcrisis toont wat er kan gebeuren als de overheid maatschappelijke problemen jarenlang over de schutting van ‘de markt’ gooit.
Regeren is vooral ook experimenteren. Door belanghebbenden te consulteren, maar vervolgens ook een eigen afweging te durven makenIn de bestuurskunde duiden we dit soort dominante sturingsmodellen aan met de term ‘beleidsstijlen’. Onderzoek naar beleidsstijlen laat zien dat er aanzienlijke verschillen tussen landen zijn in bijvoorbeeld de manier waarop maatschappelijke belangen worden geconsulteerd, of op de toekomst wordt geanticipeerd in de formulering van beleid. De Nederlandse beleidsstijl wordt consistent aangeduid als sterk reactief en consensus-georiënteerd. Het Nederlandse landbouwbeleid is daar inmiddels tot een karikatuur van verworden. Van BSE tot fipronil, van fosfaat tot stikstof, het beleid van de afgelopen dertig jaar laat zich uittekenen als een stapel op elkaar geplakte pleisters en noodverbanden, zonder bijpassende diagnose en herstelplan. Geen wonder dat de boer het verband tussen alle regelingen en systemen niet meer ziet.
Ik kijk wel eens met een jaloers oog naar Frankrijk. Natuurlijk, ook Macrons autoritaire stijl roept veel weerstand op, en ook in Frankrijk protesteren de boeren. Maar een tikkeltje Frans dirigisme kan onze bestuurders wellicht van hun regeerangst afhelpen. Laat onze regering weer gaan regeren. Niet door nu opeens doldwaze besluiten te gaan nemen, maar door een resonerend verhaal voor de toekomst van onze landbouw te schetsen. Door keuzes te durven maken. Door te leren van fouten, om die keuzes vervolgens weer aan te passen. Want regeren is vooral ook experimenteren. Door belanghebbenden te consulteren, maar vervolgens ook een eigen afweging te durven maken. Ja, bestuurlijke durf, doet u daar maar een onsje meer van.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Regeren is natuurlijk helemaal niet experimenteren. Experimenteren moeten de burger, het bedrijfsleven, de kerken en de instituties maar doen. Regeren is zorgen dat misstanden op tijd, maar meestel is het te laat (een kenmerk van een misstand) aangepakt wordt: ongelijkheid, klimaat, woningen, ongezond aanbod, democratie.
Soms gaat dat in een keer goed, maar meestal gaat dat stap voor stap. Voor velen te snel voor anderen te langzaam. Voor velen teveel vrije markt, voor anderen te weinig.
Maar uiteindelijk vindt regeren zijn bedding in de kamerverhouding. Die democratisch is vastgesteld. En die helaas volgens Wouter de Hey geen "sterke, kleine, eerlijke en inhoudelijke goede overheid" is. Nee de overheid is geen start up. Met alle risico's van dien.
En gelukkig ook geen Macron, want dan ga je ervan uit dat hij de wijsheid in pacht heeft. Hij is behoorlijk eendimensionaal: focus op de economie met wat sociale doekjes voor het bloeden.
Liever een beetje angst voor het regeren, dan regeringsovermoed.
Wat een wonderlijk verhaal deze column. Het is maar wat je wilt zien in het overheidsbeleid van de afgelopen decennia. Ik zie juist heel veel doelen en beleid (noem mij een andere sector die zo is dichtgetimmerd met wet- en regelgeving) - met inderdaad soms ruimte voor ondernemers om daar een eigen invulling aan te geven. Dat heette 'van zorgen voor naar zorgen dat'. En was een reactie op de wel erg dirigistische maatregen op met name milieugebied in de jaren tachtig. Een deel van dat beleid is overigens menigmaal juist in de Tweede kamer verwaterd, zie #1 en kwam dan bijvoorbeeld via de Brusselse band weer terug.
Wat ik mis in het verhaal is dat nu juist de overheid vaak achterloopt op wat er gebeurt in ketens. En daar niet altijd adequaat op kan reageren omdat bestuurlijke processen tijd kosten (denk aan de achterblijvende wetgeving op gebied van technologie).
#2, Petra, en wat vind je dan van het volgende verhaal: ‘De problemen zag je van mijlenver aankomen’ van Boersma en Lanjouw?
Gaat over interactie het 'groene front' (dwz de agro, boeren) en de politiek. Candel komt er ook in voor.
#3 Wat uit het verhaal in de Groene Amsterdammer in meer detail naar voren komt is dat er heel veel regelgeving is voor de landbouwsector. En de 'zwaarte' van de regelgeving is gefrusteerd door het politieke proces, waarbij je zeker vraagtekens kunt zetten bij de rol van CDA en VVD. Het gaat mij te ver dat enkel de overheid voor de voeten te werpen, zoals in de column gebeurt. Het artikel in de GA is wat dat betreft genuanceerder omdat het ook laat zien welke rol de Tweede Kamer en de landbouwlobby hebben gespeeld. Door het frustreren van de regelgeving, bijvoorbeeld op mestgebied, is er telkens nieuw beleid bij gekomen. En daar is het niet beter - lees effectiever - van geworden.
Ik betwijfel ook of een aantal van de genoemde problemen (BSE, fipronil) van mijlenver konden worden gezien.
Wat m.i. van groot belang is bij de huidige frustraties in de sector is niet het gebrek aan een 'resonerend verhaal voor de toekomst', maar het gebrek aan kennis over processen in de landbouw (glyfosaat als mooi voorbeeld, er is weinig besef welke nadelen er zijn verbonden aan niet gebruik ervan) en de economische wetmatigheden. Dat er iedere vier jaar weer een nieuwe visie verschijnt werkt mijns inziens ook tegendraads.
Al te makkelijk worden er dingen geroepen die de sector zou moeten doen, zonder dat er kennis is van de economische wetmatigheden waarbinnen de sector moet opereren. Nederland is geen eiland bijvoorbeeld, en met handelsverdragen kun je geen milieubeleid voeren. Daar zijn andere instrumenten voor, die ook beter geschikt zijn.
Kortom, ik vind het iets te makkelijk gesteld in de column.
Maar laten we bij de landbouw blijven. In de Groene zegt Candel: "Landbouw heeft natuurlijk nog steeds een eigen minister, en de landbouwlobby in Brussel blijft een van de sterkste".
Daar zit natuurlijk de sleutel. Waarom zou je lobbyen? Om regels te versoepelen, om regels te voorkomen. Om machtspelletjes te spelen (en nu die niet meer werken "Een kapotte provinciehuisvoordeur, doorbroken dranghekken, een opgestopt wegennet, een paar doodsbedreigingen voor progressieve politici " zoals de Groene het verwoord). Kortom om je eigen belang te laten voordringen.
De sector gaat ten onder aan zijn eigen lobby succes. En hun politieke 'vertegenwoordigers' CDA en VVD maken zich inmiddels als de bliksem uit de voeten. En kiezen voor het politiek correcte woningen bouwen.
Ja en een paar problemen zag je al mijlenver aankomen. En daar werd ook regelgeving voor bedacht, die maar ternauwernood tussen de lobby kon worden geloodst. En ja, rommelregelgeving.
Die ook nog in grote mate werd overtreden.
"Je moet geen regels maken als je ze niet kan handhaven" hoor je weleens. Lees die zin nog eens een keer. Hoe gek wil je het hebben?
Alle drie de experts zijn het erover eens dat de overheid de regie weer meer moet overnemen, lees ik in de Groene. Open je ogen zou ik zeggen, kijk om je heen. Voel de tijdgeest. De overheid is er volgens mij hard mee bezig. Zet de trekkers maar weer klaar. Na het sussen komt het snijden.