“In de wereld leven 2,5 miljard mensen van de landbouw: boeren, boerinnen en hun kinderen. Zij zijn perfect in staat om de wereld van voldoende voedsel te voorzien. Ze bewijzen dat ze productiever en efficiënter kunnen zijn dan de grote, industriële exportbedrijven.” Dat schrijft Jan Aertsen, directeur van de NGO Vredeseilanden. Vredeseilanden is één van de drie partners in de Vlaamse FairTradeGemeente-campagne. Op 10 mei e.k. viert de fairtradebeweging haar internationale dag van de Fairtrade.
“De wereld moet nu echt kiezen voor een familiale landbouw en tegen een agro-industriële landbouw die geen plaats laat voor boeren: een echte groene revolutie. Er is een globaal landbouwbeleid nodig waarbij landen en regio’s het recht hebben om zulke landbouw op poten te zetten en erin te investeren,” meent Aertsen verder.
“Essentieel is dat de boeren, die helemaal vooraan in de keten het voedsel voortbrengen, hun rechtmatige plaats krijgen. Landbouwers moeten dan wel loon naar werken krijgen en in goede omstandigheden kunnen boeren.Terwijl de grootschalige agro-industrie de boeren laat verkommeren, doet een performante familiale landbouw onvergelijkbaar beter. Waar vooral familiale bedrijven bloeien, floreren ook de omliggende steden.”
Koplopers tonen de weg. Bedrijven en boerengemeenschappen slaan de handen in mekaar.
Je kan de volledige tekst lezen op regiofair.wordpress.com. Een agro-ecologische landbouw minimaliseert daarenboven de inputs van buitenaf aan geïmporteerd veevoer, chemische meststoffen of pesticiden. Zijn energiebalans is veel positiever, hij springt zuiniger om met de schaarse watervoorraden en verhoogt de vruchtbaarheid van gronden… en brengt toch meer op dan de moderne high tech landbouw die volledig steunt op externe inbreng.
Dit vormt zeker geen rem is op economische ontwikkeling, integendeel. Zuid-Korea en Taiwan hebben gekozen voor een vooral familiale en productieve landbouw gericht op de eigen noden. Dat heeft hen geen windeieren gelegd. Want hun landbouw heeft hen de kans verschaft om hun industrie op te bouwen. Zelfs met nog amper zes procent van de werkende mensen die boer of boerin zijn, trekt industrieland Zuid-Korea nog altijd 13 procent van het overheidsgeld uit voor landbouw. Een beproefd recept, dat ook Europa ooit toepaste.
Koplopers tonen de weg. Onderstaande voorbeelden lijken aan te geven dat de kruisbestuiving tussen de fairtrade-idee en het bedrijflsleven tot vruchtbare, duurzame samenwerkingsverbanden kan leiden, zonder dat het fairtrade hoeft te heten:
Dit artikel afdrukken
“De wereld moet nu echt kiezen voor een familiale landbouw en tegen een agro-industriële landbouw die geen plaats laat voor boeren: een echte groene revolutie. Er is een globaal landbouwbeleid nodig waarbij landen en regio’s het recht hebben om zulke landbouw op poten te zetten en erin te investeren,” meent Aertsen verder.
“Essentieel is dat de boeren, die helemaal vooraan in de keten het voedsel voortbrengen, hun rechtmatige plaats krijgen. Landbouwers moeten dan wel loon naar werken krijgen en in goede omstandigheden kunnen boeren.Terwijl de grootschalige agro-industrie de boeren laat verkommeren, doet een performante familiale landbouw onvergelijkbaar beter. Waar vooral familiale bedrijven bloeien, floreren ook de omliggende steden.”
Koplopers tonen de weg. Bedrijven en boerengemeenschappen slaan de handen in mekaar.
Je kan de volledige tekst lezen op regiofair.wordpress.com. Een agro-ecologische landbouw minimaliseert daarenboven de inputs van buitenaf aan geïmporteerd veevoer, chemische meststoffen of pesticiden. Zijn energiebalans is veel positiever, hij springt zuiniger om met de schaarse watervoorraden en verhoogt de vruchtbaarheid van gronden… en brengt toch meer op dan de moderne high tech landbouw die volledig steunt op externe inbreng.
Dit vormt zeker geen rem is op economische ontwikkeling, integendeel. Zuid-Korea en Taiwan hebben gekozen voor een vooral familiale en productieve landbouw gericht op de eigen noden. Dat heeft hen geen windeieren gelegd. Want hun landbouw heeft hen de kans verschaft om hun industrie op te bouwen. Zelfs met nog amper zes procent van de werkende mensen die boer of boerin zijn, trekt industrieland Zuid-Korea nog altijd 13 procent van het overheidsgeld uit voor landbouw. Een beproefd recept, dat ook Europa ooit toepaste.
Koplopers tonen de weg. Onderstaande voorbeelden lijken aan te geven dat de kruisbestuiving tussen de fairtrade-idee en het bedrijflsleven tot vruchtbare, duurzame samenwerkingsverbanden kan leiden, zonder dat het fairtrade hoeft te heten:
- Zo sluit Alpro lange termijnovereenkomsten met zijn sojaboeren. Alpro staat hen verder bij in hun productieproces en zorgt voor een vergoeding wanneer de oogst mislukt.
- Zo krijgen een aantal kleine boeren van Unilever in Indonesië een hogere prijs dan de marktprijs. Het bedrijf zit dringend verlegen om meer en betere zwarte sojabonen, een ingrediënt van de succesvolle zoete saus Kecap Bango. Daarom koopt Unilever rechtstreeks in bij de boeren om de kwaliteit te verbeteren, de productie te verhogen en de aanvoer te verzekeren. Doordat de tussenhandelaars wegvallen krijgen de boeren een prijs die tien à vijftien procent hoger ligt. En zo verwerven ze een betere plaats in de productieketen.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Steven, de zwaar gesubsidieerde, geplande Europese landbouw leidde tot een aantal negatieve gevolgen. De nieuwe koers is niet om dit door een nieuw even kolossaal systeem te vervangen, maar iets wat een beetje meer stuurbaar is. Tenminste, dat begrijp ik ervan.
Wat doen die Koreanen dan precies?
Wouter: Hoezo 'vruchtbaar', dan? Met deskundigen bedoel ik vooral zij die standpunten innemen.
Er zijn veel te veel onweersproken feiten, stelde Dick ooit.
Steven, welk soort deskundige zoek je? Bij mijn weten is er gee enkele econoom met een 100% solide theorie over een wereldwijde landbouweconomie. Zowel de Russen als de Amerikanen en de Europeanen hebben hier een niet-optimale oplossing voor bedacht en uitgeprobeerd. De nieuwe EU-oplossing is om te gaan schipperen. Dat lijkt vruchtbaar te zijn.
Zoals in het vaak in het leven, zal de 'de waarheid' wel weer egens in het midden liggen. Grootschaligheid hoeft duurzaamheid niet uit te schakelen. Maar vraag is wel wat je met die 100en en 100en miljoenen boerenfamilies aanmoet, wanneer hun voortbestaan hierdoor wordt weggedrukt. Iets wat in China toch steeds meer het geval is.
Verder blijft het jammer, dat zo weinig deskundigen/rechtstreeks betrokkene zich over dit soort thema's hier op foodlog durven komen aanmelden om in discussie te treden.
Diversiteit. Eenheid in verscheidenheid. Daar geloof ik in. Industriele landbouw, familiebedrijven, cooperaties, biologische landbouw, agronomische vernieuwing, Klassieke veredeling, Gen technologie. Geen enkele is DE oplossing, en elk is te kwetsbaar om de toekomst op te bouwen. Een gezonde mix geeft een veerkrachtig systeem.