Zo simpel blijkt het toch te zijn: hoe meer cellen, des te groter de kans op kanker.
Kanker is een multifactoriële ziekte, een aandoening die in een samenstel van omstandigheden door een samenloop van invloeden ontstaat. De wijsheid dat het vooral een ouderdomsziekte is, is gebaseerd op de harde feiten dat ouderen meer van allerlei soorten kanker krijgen dan jongeren. Ook is er een duidelijk verband tussen lichaamslengte en kanker. Hoewel er niets eenvoudig is aan het fenomeen kanker, blijkt dat verband toch simpel te zijn.
Meer groeihormoon
Een vaak gehoorde verklaring is dat lange mensen meer celdeling hebben (ze groeien immers meer) omdat ze meer van het groeihormoon IGF-1 (insulin-like growth factor, 'op insuline gelijkende groeifactor') tijdens hun groei hadden. IGF-1 is lichaamseigen, maar zit ook in voeding.
Er is wel geopperd dat Nederlanders, die het langste volk ter wereld zijn, zo lang zijn geworden door de vele zuivel en daarmee een groter risico op kanker hebben. Onderzoek toont aan dat er inderdaad een verband tussen IGF-1 en sommige vormen van kanker is, maar het staat niet vast dat dat met lichaamslengte te maken heeft.
Het geobserveerde verband tussen het vaker voorkomen van kanker bij langere mensen, wel 10% meer per 10 centimeter extra lichaamslengte, heeft een eenvoudiger oorzaak, ontdekte Leonard Nunney, een evolutionair bioloog aan de University of California. Zijn bevindingen zijn gebaseerd op het narekenen van uitkomsten van een groot aantal kankeronderzoeken.
Nunney concludeert dat hoe meer cellen een lichaam heeft, hoe groter de kans op het krijgen van kanker is gedurende het leven. Dat staat volgens hem los van factoren die tijdens de groei van invloed zijn geweest, zoals voeding, gezondheid en sociale factoren.
De rol van IGF-1 is niet uitgesloten, in het bijzonder niet in het geval van melanoom, een ernstige vorm van huidkanker. Hier blijkt wel een sterk verband met lichaamslengte.
In Science Daily zegt Nunney: “Een verdubbeling van het aantal cellen verdubbelt het risico op kanker. Een verdubbeling van het aantal celdelingen, vergroot de kans op kanker meer dan het dubbele. Lang leven is het slechtste wat je kan doen om kanker te voorkomen.”
De krant vroeg de Britse oncologe Dorothy Benneth om een reactie op de studie: “De versimpeling lijkt redelijk en daarom lijkt de hoofdconclusie van deze studie de best mogelijke verklaring op dit moment. Het aantal cellen kan goed voorspellen wat de getalsmatige verhouding is tussen lengte en kanker, zonder dat er extra oorzaken spelen.”
Georgina Hill, woordvoerster van het Britse Cancer Research, zegt dat mensen zich geen zorgen moeten maken om hun lengte. “Een aantal recente studies laat zien dat lange mensen meer risico op kanker hebben. (..) Maar het grotere risico is klein en er je kan zelf genoeg doen om je risico op kanker te verminderen, zoals niet roken en een gezond gewicht houden.”
Dit artikel afdrukken
Meer groeihormoon
Een vaak gehoorde verklaring is dat lange mensen meer celdeling hebben (ze groeien immers meer) omdat ze meer van het groeihormoon IGF-1 (insulin-like growth factor, 'op insuline gelijkende groeifactor') tijdens hun groei hadden. IGF-1 is lichaamseigen, maar zit ook in voeding.
Er is wel geopperd dat Nederlanders, die het langste volk ter wereld zijn, zo lang zijn geworden door de vele zuivel en daarmee een groter risico op kanker hebbenOmdat IGF-1 invloed heeft op de celgroei, zou het ook een rol spelen bij het ontstaan van kanker. Onderzoek naar kanker en voeding geeft geen eenduidig beeld, maar er zijn wel aanwijzingen dat voeding met veel IGF-1 uit bijvoorbeeld zuivel niet alleen de lichaamslengte beïnvloedt maar ook de prevalentie van kanker, het promillage van het aantal kankerpatiënten onder een bevolking.
Er is wel geopperd dat Nederlanders, die het langste volk ter wereld zijn, zo lang zijn geworden door de vele zuivel en daarmee een groter risico op kanker hebben. Onderzoek toont aan dat er inderdaad een verband tussen IGF-1 en sommige vormen van kanker is, maar het staat niet vast dat dat met lichaamslengte te maken heeft.
Het geobserveerde verband tussen het vaker voorkomen van kanker bij langere mensen, wel 10% meer per 10 centimeter extra lichaamslengte, heeft een eenvoudiger oorzaak, ontdekte Leonard Nunney, een evolutionair bioloog aan de University of California. Zijn bevindingen zijn gebaseerd op het narekenen van uitkomsten van een groot aantal kankeronderzoeken.
De versimpeling lijkt redelijk en daarom lijkt de hoofdconclusie van deze studie de best mogelijke verklaring op dit moment'Meer cellen'
Nunney concludeert dat hoe meer cellen een lichaam heeft, hoe groter de kans op het krijgen van kanker is gedurende het leven. Dat staat volgens hem los van factoren die tijdens de groei van invloed zijn geweest, zoals voeding, gezondheid en sociale factoren.
De rol van IGF-1 is niet uitgesloten, in het bijzonder niet in het geval van melanoom, een ernstige vorm van huidkanker. Hier blijkt wel een sterk verband met lichaamslengte.
In Science Daily zegt Nunney: “Een verdubbeling van het aantal cellen verdubbelt het risico op kanker. Een verdubbeling van het aantal celdelingen, vergroot de kans op kanker meer dan het dubbele. Lang leven is het slechtste wat je kan doen om kanker te voorkomen.”
De krant vroeg de Britse oncologe Dorothy Benneth om een reactie op de studie: “De versimpeling lijkt redelijk en daarom lijkt de hoofdconclusie van deze studie de best mogelijke verklaring op dit moment. Het aantal cellen kan goed voorspellen wat de getalsmatige verhouding is tussen lengte en kanker, zonder dat er extra oorzaken spelen.”
Georgina Hill, woordvoerster van het Britse Cancer Research, zegt dat mensen zich geen zorgen moeten maken om hun lengte. “Een aantal recente studies laat zien dat lange mensen meer risico op kanker hebben. (..) Maar het grotere risico is klein en er je kan zelf genoeg doen om je risico op kanker te verminderen, zoals niet roken en een gezond gewicht houden.”
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Tien procent klinkt veel. Om te snappen wat zo’n percentage in het echt betekent, legt oncoloog Jacques De Greve in Knack het aan de hand van praktijkvoorbeelden uit: “Is de reële kans op borstkanker bij 60- tot 69-jarige vrouwen 4 op 100, dan stijgt de kans in dit voorbeeld theoretisch tot 4,4 op 100 voor de 'langere' vrouwen. Dezelfde grootteorde dus. Een groot verschil met bijvoorbeeld genetische voorbeschikking, die het risico met wel 20 keer verhoogt (2000%). Of neem roken ter vergelijking: dat vervijftienvoudigt de kans op longkanker (1500%).”
Carolien Makkink In aansluiting op wat Theo zegt over 'stofjes' zou mijn tegen stelling zijn: weinig jodium => veel meer kans op borstkanker. Naast die andere stofjes die Theo Jonkhart als voorbeeld geeft... niet meer dan een greep uit velen.... (en wiens belang nog steeds door velen gebagatelliseerd wordt)
De explosie van kankerziekten in onze maatschappij de laatste 50 jaar kan niet toegeschreven worden aan de toegenomen gemiddelde lengte de laatste duizend jaar. Al zit er een zekere logica in deze hypothese... is het vooral de toename van (bruin) vetcelweefsel (met haar afscheiding van schadelijke stoffen) die een schadelijke rol lijkt te spelen. Naast alle verkeerde voeding/ leefpatroon en schadelijke stoffen (ook virussen die minder weerstand ontmoeten) in het milieu en huishouden.
De hypothese 'hoe meer cellen, des te groter de kans op kanker' lijkt mij het gemakkelijkst te toetsen in het geval van borstkanker, omdat hierbij in de bevolking een vrij grote spreiding zit in de afmetingen van het 'doelorgaan'. Grotere borsten -> meer kans op borstkanker? Hiervoor lijken tot nu toe geen aanwijzingen te zijn.
Ook hier is de balans in voedingstoffen essentieel, te veel van enkele voedingstoffen en te weinig van andere voedingstoffen en onze organen kunnen de processen niet goed uitvoeren. Kanker is een gevolg van het niet goed functioneren van onze organen en verkeerde leefgewoonten, bij ons allen bekend.
Niet te benauwd zijn met vitamine C,D, E, zink, selenium, magnesium kurkuma, oregano, lentinan, lycopeen, chlorofyl, glucosinolaten, sulforafanen, etc. Stofjes denken dus.
Voldoende beweging en dito nachtrust.
Suiker en alcohol afbouwen en stoelen en banken het huis uit. Zitten is het nieuwe roken.