Eerder dit jaar verscheen in het tijdschrift Science een onderzoek dat concludeerde dat twee derde van de gevallen van kanker te wijten was aan een speling van de natuur als gevolg van mutaties die ontstaan bij het repliceren van DNA. Dit zou meer invloed hebben dan andere factoren als roken. Volgens een nieuw onderzoek in het tijdschrift Nature zou nu het tegenovergestelde blijken; in 70-90% van de gevallen zou het ontwikkelen van kanker toe te schrijven zijn aan omgevingsfactoren en speelt pech maar een kleine rol.

In bijna alle gevallen van de veelvoorkomende vormen van kanker is blootstelling aan carcinogenen of andere omgevingsfactoren nodig om kanker te veroorzaken, aldus de auteurs
Deze uitspraak suggereert dat je het risico op kanker deels in eigen hand hebt door een gezondere leefstijl te adopteren.

Relatieve bijdrage
Zowel intrinsieke factoren (aangeboren risico's die onbeïnvloedbaar zijn) als extrinsieke factoren (die wel beïnvloedbaar zijn, zoals roken, blootstelling aan UV, eetpatroon, alcoholgebruik en luchtvervuiling) kunnen ervoor zorgen dat er iets mis gaat met de celdeling. De discussie gaat over de relatieve bijdrage van elk van deze twee groepen factoren bij de vorming van kanker.

Volgens de onderzoekers van Stony Brook Cancer Centre in New York in dit nieuwe onderzoek is de incidentie van kanker veel te hoog om verklaard te kunnen worden door mutaties in celdelingen. Aan de hand van computermodellen, genetisch onderzoek en data van eerdere onderzoeken, concludeerden ze dat omgevingsfactoren veel meer invloed hebben dan biologische of genetische. Volgens de auteurs is 75% van het risico op darmkanker toe te schrijven aan het eetpatroon, 86% van het risico op huidkanker aan blootstelling aan de zon en 75% van het risico op hoofd- en halskanker aan het gebruik van tabak en alcohol. “In bijna alle gevallen van de veelvoorkomende vormen van kanker is blootstelling aan carcinogenen of andere omgevingsfactoren nodig om kanker te veroorzaken,” aldus de auteurs. De meer zeldzame vormen van kanker zouden wel toe te schrijven kunnen zijn aan intrinsieke factoren.
De meer zeldzame vormen van kanker zouden wel toe te schrijven kunnen zijn aan intrinsieke factoren

Niet nieuw
Hoewel wetenschappers nog debatteren of de conclusies niet te kort door de bocht zijn, komen de reacties in de media van experts eigenlijk op hetzelfde neer. Hoe groot of klein de rol van extrinsieke factoren ook is, het nieuws dat leefstijl- en omgevingsfactoren bijdragen aan een verhoogde kans op kanker is niet nieuw. Emma Smith van Cancer Research UK zegt: “Gezonde eet- en leefgewoonten zijn geen garantie tegen kanker, maar verlagen het risico erop wel dramatisch”. De cijfers zeggen niets over de absolute kans op kanker, zegt Smith. Geluk of pech spelen altijd een rol.

Het vermijdbare en het onvermijdbare liggen dicht bij elkaar in de context van ons dagelijks leven
1 op 100 of 1 op 5?
Wat dit allemaal betekent, is wellicht het eenvoudigst uit te leggen aan de hand van de uitspraken die onlangs de WHO deed over de relatie tussen kanker en bewerkt vlees. Gecommuniceerd werd dat de kans met 20% toenam, terwijl slechts 1 extra persoon op iedere 100 kanker ontwikkelt, waarbij het natuurlijke 'pech'-risico is vastgesteld op 5 personen.

Wie rekent vanuit die 5 ziet uiteraard dat de kans flink - 1 op 5 en dus met 20% - toeneemt. Dat is een fors getal dat te maken kan hebben met intrinsieke factoren die worden aangezet door een veranderende eetcontext waarin we meer bewerkt vlees zijn gaan eten. Wie zegt dat het maar om 1 persoon op iedere 100 gaat, heeft ook gelijk.

Toch kijken beide waarnemers van de cijfers naar dezelfde stijging van het risico en is het lastig om de eet- en leefomgeving zomaar 'even' aan te passen. Het vermijdbare en het onvermijdbare liggen in een aantal gevallen dan ook dicht bij elkaar in de context van ons dagelijks leven. Denk bijvoorbeeld aan de moeilijkheid om in een moderne grootstad te ontsnappen aan fijnstofvervuiling.

Fotocredits: Breast cancer cell, Wikimedia
Dit artikel afdrukken