In opdracht van het Brabantse biermerk Hertog Jan werd een aantal bekende Nederlanders gevraagd een ode aan de herfst te schrijven, want het is weer bockbiertijd. Bovenstaand feest van enjambementen is van columnist Martin Bril, kennelijk niet te beroerd voor een snelle schnabbel.
De bijdrage van Yvonne Kroonenberg:
De herfst komt aan, de avonden gaan
Ze brengen wind en regen mee
De geur van natte bladeren blijft hangen in mijn jas.
Ik ben op weg naar het cafe
Stap binnen, groet, bestel een glas,
En drink het donker bier,
Waarmee ik ieder najaar vier
Dat alles komt en weer verdwijnt,
En dat ook als de zon niet schijnt
Het leven bloeit, seizoenen komen,
Kom! laat de herfst naar binnen stromen.
Elsschot was hoewel nog directer, veel mooier commercieel over de mosterd van Tierenteyn (Zijn naam is Tierenteyn FERDINAND/Wacht geen dag, wordt direct zijn klant/Moge hij ons hele leven/den mostaardzegen blijven geven.): De armste man en de rijkste vent
zijn zonder MOSTAARD niet kontent.
Het beste eten is zonder smaak,
maar met mostaard is het een andere zaak,
als het er is mijn beste vriend,
die waarlijk de naam van mostaard verdient.
En onder ons gezegd en elders gezwegen,
ga langs grote en kleine wegen,
gij vindt er maar één in heel het land
die echt van mostaard heeft verstand.
Hoe hij het doet is niet geweten
maar men proeft het dadelijk bij het eten.
-Wat zegt gij vriend ? Wie mag dat zijn ?
-Weet gij het niet, gij stom konijn ?
Hij is bekend bij groot en klein
en woont in Gent op ’t Bisschop Seghersplein
’t is daar dat men voor mostaard moet zijn.
Zijn naam is Tierenteyn FERDINAND.
Wacht geen dag, wordt direct zijn klant.
Moge hij ons hele leven
den mostaardzegen blijven geven.
Let wel op het adres :
FERDINAND
TIERENTEYN
Bisschop Seghersplein, 16 GENT
Telefoon 512.63
Lezer, proef hem direct !
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
De geneugten van het bier
Zal ik de glaasjes nog maar eens gaan vullen?
Het wordt de hoogste tijd voor nog een slok
zodat we vrolijk door gaan kunnen lullen
met minachting en hoon slechts voor de klok
Het bulderend gelach rolt door de kroeg,
de damp van ons plezier doordrenkt de bar
Voor biertjes is het altijd vroeg genoeg -
daarbuiten zijn de mensen koud en star
maar hier schijnen de lichtjes door de ramen
en ken ik plots mijn maat tot in zijn ziel
Zelfs als hij onzin uit begint te kramen
weet ik waarom ik altijd van hem hield
Mijn wazig netvlies tracht hem te bevriezen –
schiet op, schenk bij - ik wil hem niet verliezen.
geplukt van gedicht.nl, omdat het toch over bier moest gaan.
Vooruit dan, ik vond deze altijd een leuke:
We all look on with anxious eyes
When father carves the duck.
And mother almost always sighs
When father carves the duck.
Then all of us prepare to rise
And hold our bibs before our eyes
And be prepared for some surprises
When father carves the duck.
He braces up and grabs a fork
Whene’er he carves a duck,
And won’t allow a soul to talk
Until he’s carved the duck.
The fork is jabbed into the sides,
Across the breast the knife he slides,
And every careful person hides
From flying chips of duck.
The platter always seems to slip
When father carves a duck,
And how it makes the dishes skip,
Potato fly amuck-
The squash and cabbage leap in space,
We get some gravy on our face,
And father mutters Hindu grace
Whene’er he carves a duck.
We thus have learnt to walk around
The dining-room, and pluck
From off the window-sills and walls
Our share of father’s duck;
Whilst father growls, and blows and jaws,
And swears the knife was full of flaws,
And mother jaws at him because
He couldn’t carve a duck.
(George H. Ellwanger. The pleasures of the table. London 1903)