De minister en de politiek focussen op de agrarische sector om de nu al 1,5 jaar durende stikstofcrisis op te lossen. Er is een tunnelvisie ontstaan. Ambtelijk Den Haag meent het parlement bij wet te moeten laten vastleggen hoe goed de staat van instandhouding van habitattypen in de Nederlandse beschermde natuur over 10 jaar moet zijn. Uitkoop van boerenbedrijven die dicht bij Natura2000 gebieden zijn gevestigd, is het middel.

De honderden miljoenen euro´s die de afgelopen 15 jaar zijn besteed aan beheer, uitbreiding en “herinrichting” van Natura2000 gebieden hebben nauwelijks effect gehad
Kostbare politieke agenda
In mijn stikstoftestament (je kunt het hier openen en downloaden), laat ik zien waarom dat het middel het doel niet zal realiseren. Uitkoop van boerderijen heeft hooguit een marginaal effect op de atmosferische concentratie boven Nederland van NH3, stikstof in de vorm van ammoniak.Het heeft wel een ander effect, dat echter een andere doel dient. Het speelt grond vrij voor een politieke agenda die toekomstige uitbreidingen van woningen, wegen en luchtverkeer en de “ontwikkeling van nieuwe natuur” mogelijk maakt. De vraag is vooral waarom aan het mogelijk maken van die doelen zoveel geld aan besteed moet worden. Als de natuur er niet op vooruitgaat, is het immers 'verbrand' geld.

Dat het een kostbare zaak wordt, valt af te leiden uit de honderden miljoenen euro's die de afgelopen 15 jaar zijn besteed aan beheer, uitbreiding en “herinrichting” van Natura2000 gebieden. Ze hebben nauwelijks effect gehad. Daar zijn zowel voorstanders van meer als van minder maatregelen het over eens. Dat maakt de vraag alleen maar pijnlijker: waarom zou nog veel meer geld - de minister wil zelfs €6 miljard besteden - nu opeens wonderen verrichten?

Bestuurlijke crisis
Het bestaande kader van toetsingen en vergunningen met zijn focus op NH3 en NOx depositie, heeft niet geleid tot een belangrijke kwaliteitsverbetering in Natura2000 gebieden. Verwonderlijk is dat niet want het is niet gebaseerd op feiten, maar op sterk interpreterende rekenmodellen. De ontstane crisis is dan ook vooral bestuurlijk.

De maatregelen die nu op tafel liggen bieden zowel de natuur als het bestuur van Nederland geen echte oplossingen. Die zijn er wel, maar worden vertroebeld door drie factoren
Dat laatste blijkt ook uit het beleid om de crisis op te lossen door middel van extern salderen, het laten opkopen van boerenemissies door energieproducenten en (wegen)bouwers. Zo'n oplossingsrichting is juridisch onhoudbaar omdat de Habitatrichtlijn dit niet toestaat. Willekeurig ergens stikstof opkopen verandert namelijk chemisch niets aan het schadelijke effect van een plan of project. Het is slechts een administratieve oplossing waar de natuur helaas haar schouders over zal ophalen.

De maatregelen die nu op tafel liggen bieden zowel de natuur als het bestuur van Nederland geen echte oplossingen. Die zijn er wel, maar worden vertroebeld door drie factoren. Ten eerste hebben in Nederland rekenmodellen voor de depositie van stikstof de werkelijkheid vervangen door een voornamelijk imaginair beeld (zie de punten 10-12 van mijn stikstoftestament). Ten tweede hanteert Nederland een ondeugdelijk wettelijk kader als gevolg van een verkeerde interpretatie artikel 6, derde lid, van de Habitatrichtlijen (zie punt 13 van het testament. Ten derde hanteert Nederland doelstellingen die niets met de richtlijnverplichtingen kunnen hebben omdat ze onzinnige eisen stellen (zie de punten 14 en 15 van het testament).

In zo'n kader ontstaan alleen politieke schijnoplossingen. Ik loop de drie vertroebelingen langs.

Welk effect ondergaan de Natura2000 gebieden als de modellen die depositie én de KDW berekenen (inclusief de drempelwaarde) buiten werking worden gesteld? Afgezien van een orkaan van verontwaardiging, helemaal niets negatiefs. Die heilige modellen en de zogeheten Kritische Depositie Waarde hebben geen enkele invloed op de atmosferische concentratie van NH3, NOx en fijnstof waaruit de droge depositie afkomstig is, evenmin op de natte depositie van NH4+ en NO3-.

Het op orde brengen van de wetgeving heeft geen enkel negatief effect op de kwaliteit van habitattypen of de habitats van soorten, of op de mogelijkheid die kwaliteit te verbeteren. Na wijziging van de wetstekst (zie het testament) om de Nederlandse situatie te conformeren aan de Habitat Richtlijn van de EU en gehoor te geven aan het Arrest van het Europese Hof van Justitie, kunnen de vergunningprocedures weer fair en vereenvoudigd worden aangepakt.

Een belangrijk deel van de doelstellingen van de Nederlandse regelgeving gaat veel verder dan de richtlijnen vereisen en heeft een bovenmatige impact op de situatie in en rond de Natura2000 gebieden. Omdat veel doelstellingen voortvloeien uit de ambities van Terrein Beherende Organisaties (TBO's) op het gebied van de Nederlandse Ecologische Hoofdstructuur, is in meerdere gebieden sprake van conflicten met richtlijnverplichtingen. Tevens vigeert de verkeerde voorstelling van zaken dat “alles” in een gunstige staat van instandhouding gebracht “moet worden”.
Het behoeft niettemin geen enkele discussie dat het gewenst is om de emissies van ammoniak en stikstofoxiden terug te dringen. De reactie tussen deze gassen tot ammoniumnitraat kan aanzienlijk bijdragen aan de vorming van fijnstof
Artikel 2 van de Habitat Richtlijn zegt immers dat er grenzen zijn aan wat redelijkerwijs gedaan kan worden. Dat verwoordt de richtlijn als volgt: "In de op grond van deze richtlijn genomen maatregelen wordt rekening gehouden met de vereisten op economisch, sociaal en cultureel gebied, en met de regionale en lokale bijzonderheden. Wanneer de negatieve economische gevolgen te groot zijn, staat de richtlijn toe dat doelstellingen om een habitat in een gunstige staat te brengen niet worden doorgevoerd."

Ontwikkel een aanpak voor emissies
Het behoeft niettemin geen enkele discussie dat het gewenst is om de emissies van ammoniak (NH3) en stikstofoxiden (NOx) terug te dringen. De reactie tussen deze gassen tot ammoniumnitraat (NH4NO3) kan aanzienlijk bijdragen aan de vorming van fijnstof (PM10). Te hoge concentraties daarvan leiden tot gezondheidsschade. De overheid zou de opinie van de Advocaat-Generaal in het zo verfoeide PAS Arrest ter harte kunnen nemen door een Programmatische Aanpak te ontwikkelen om stapsgewijs emissies terug te dringen en daar nadrukkelijk op te sturen.

Emissie van NH3 naar de atmosfeer kan worden beperkt door technische en strategische maatregelen die de omzetting van ureum in NH3 beperken, of door het verlagen van de productie van ureum door de veestapel te verkleinen. Dat laatste is een belangrijke politieke wens in het dichtbevolkte Nederland die heel begrijpelijk is vanuit de risico's van fijnstof voor de volksgezondheid en de - door Covid-19 nog verder groeiende - behoefte aan recreatieve natuur in eigen land houden. Wel moet goed bedacht worden dat het onmogelijk is om te bepalen in hoeverre de atmosferische concentratie van NH3 verlaagd zou moet worden om droge depositie op een aanvaardbaar niveau te brengen. Geconcludeerd moet worden dat er behalve politieke wensen, geen feitelijke grondslag is om beleidsmaatregelen te kunnen verantwoorden ten aanzien van de reductie van de veestapel. Als de Nederlandse politiek minder vee wil, dan kan ze dat domweg besluiten. Tegen zo'n beslissing is feitelijk verweer zinloos omdat het gaat om een keuze. De onenigheid met boeren over de reductie van de veestapel berust op een andere kijk van de politiek op de gewenste samenleving in Nederland; een kijk die met onsamenhangende argumenten - en vervolgens regelgeving - is gerationaliseerd.
Dit artikel afdrukken