Het Rijk stelt €45 miljoen extra ter beschikking voor boeren die willen omschakelen naar kringlooplandbouw. Het is één van de stappen die het voor boeren en tuinders mogelijk maakt om te investeren in een duurzame toekomst van hun bedrijf. Dat schrijft minister Schouten in een resultatenoverzicht aan de Tweede Kamer over de uitvoering van haar visie op kringlooplandbouw.
Volgens de minister is al sprake van een ‘mooie score’ op weg naar de realisatie van haar visie, maar is de omslag naar kringlooplandbouw een project dat zijn resultaten pas op de lange termijn zal laten zien. Niettemin heeft ze er vertrouwen dat het zal lukken: "Dé succesfactor achter de vorderingen die gemaakt zijn, is de bereidheid bij velen om samen wegen naar een volhoudbare toekomst in te slaan en daarin concrete resultaten te boeken. Ik zie die bereidheid groeien en dat geeft veel vertrouwen voor de komende periode."
De minister vindt dat de realisatie nog wat extra inzet nodig heeft. Dat zou met name het geval zijn voor het economisch perspectief van agrarisch ondernemers. Er moet nog meer zicht komen op wat boeren nodig hebben om de omslag te kunnen maken en de kosten rendabel te kunnen dekken. Met de €45 miljoen die nu beschikbaar zijn gesteld, kunnen boeren gebruik maken van de mogelijkheid om onafhankelijke expertise in te kopen. Mede om de stikstofproblematiek op te lossen wil de minister boeren helpen stoppen door warme saneringen te bieden; tevens wil ze boeren die door willen financieel ondersteunen met een Omschakelfonds naast de beschikbare subsidieregelingen.
Voorts vindt de minister dat er een uitdaging ligt om in Europa een krachtiger samenwerking rondom het in Den Haag bedachte concept kringlooplandbouw te stimuleren. In dat licht presenteerde ze eerder deze week de contouren van de Nationale Eiwittransitie, waaruit bleek dat eiwitrijke gewassen en veevoer niet alleen uit de Nederlandse kringloop hoeven te komen, maar ook betrokken mogen worden uit buurlanden. Niet helemaal duidelijk is of die gewassen daar met kunstmest geteeld mogen worden; het ministerie wil kunstmesttoepassing in Nederland liefst afschaffen.
Beperkte steun
Op het begrip kringlooplandbouw is kritiek omdat landbouw juist een vorm van extractie van nutriënten is, die voortdurend opnieuw moeten worden aangevuld om de vruchtbaarheid van bodems op peil te houden. Het begrip lijkt meer gevoelsmatig te moeten worden geïnterpreteerd als een feel good-concept voor stedelijke consumenten die een natuurlijker uitziende landbouw rond de steden willen zien. Ook zo gezien vergt het een fundamentele aanpassing door boeren van de Nederlandse intensieve landbouwtraditie. In dat opzicht valt de relatief beperkte en versnipperde financiële steun op. Met name akkerbouw- en melkveehouderijbedrijven zijn weliswaar rendabel door hun vermogensaanwas als gevolg van de stijging van de waarde van hun grond, maar hebben slechts beperkte liquide middelen beschikbaar uit de winst op de productie van hun bedrijven.
Dit artikel afdrukken
De minister vindt dat de realisatie nog wat extra inzet nodig heeft. Dat zou met name het geval zijn voor het economisch perspectief van agrarisch ondernemers. Er moet nog meer zicht komen op wat boeren nodig hebben om de omslag te kunnen maken en de kosten rendabel te kunnen dekken. Met de €45 miljoen die nu beschikbaar zijn gesteld, kunnen boeren gebruik maken van de mogelijkheid om onafhankelijke expertise in te kopen. Mede om de stikstofproblematiek op te lossen wil de minister boeren helpen stoppen door warme saneringen te bieden; tevens wil ze boeren die door willen financieel ondersteunen met een Omschakelfonds naast de beschikbare subsidieregelingen.
Voorts vindt de minister dat er een uitdaging ligt om in Europa een krachtiger samenwerking rondom het in Den Haag bedachte concept kringlooplandbouw te stimuleren. In dat licht presenteerde ze eerder deze week de contouren van de Nationale Eiwittransitie, waaruit bleek dat eiwitrijke gewassen en veevoer niet alleen uit de Nederlandse kringloop hoeven te komen, maar ook betrokken mogen worden uit buurlanden. Niet helemaal duidelijk is of die gewassen daar met kunstmest geteeld mogen worden; het ministerie wil kunstmesttoepassing in Nederland liefst afschaffen.
Beperkte steun
Op het begrip kringlooplandbouw is kritiek omdat landbouw juist een vorm van extractie van nutriënten is, die voortdurend opnieuw moeten worden aangevuld om de vruchtbaarheid van bodems op peil te houden. Het begrip lijkt meer gevoelsmatig te moeten worden geïnterpreteerd als een feel good-concept voor stedelijke consumenten die een natuurlijker uitziende landbouw rond de steden willen zien. Ook zo gezien vergt het een fundamentele aanpassing door boeren van de Nederlandse intensieve landbouwtraditie. In dat opzicht valt de relatief beperkte en versnipperde financiële steun op. Met name akkerbouw- en melkveehouderijbedrijven zijn weliswaar rendabel door hun vermogensaanwas als gevolg van de stijging van de waarde van hun grond, maar hebben slechts beperkte liquide middelen beschikbaar uit de winst op de productie van hun bedrijven.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Het huidige landbouwbeleid is te veel gebaseerd op economische wetten en te weinig op natuurwetten. Die economische wetten en natuurwetten zijn tegenwoordig teveel uit evenwicht geraakt, of liever met elkaar in botsing gekomen. Net zoiets als de grote steden paardenmestcrisis eind 19de eeuw. Er werden zelfs internationale conferenties gehouden om die paardenmestcrisis te beteugelen. Een voorbeeld waar natuurwetten aantonen wanneer economische wetten ondoordacht worden nageleefd. Van mij mag er wel wat meer evenwicht zijn tussen economische wetten en natuurwetten.
#57 Altijd lastig, cijfers en landen vergelijken. Zuid Korea is ook een dichtbevolkt land met een hoogproductieve landbouw. Ook interessante verschillen: Nederland heeft dubbel zoveel agrarische oppervlakte per inwoner. Zuid Korea heeft in totaal wel meer beschikbaar areaal (+ 80%). Toegevoegde waarde landbouw Nederland $ 13,5 miljard, Zuid Korea het dubbele.
De hogere toegevoegde waarde in Zuid Korea vloeit mogelijk gedeeltelijk voort uit het punt dat Dick aanstipt: In Nederland meer dierlijke productie op basis van meer import. In Zuid Korea vooral plantaardige productie (rijst).
LINK
#55 Dat is dan waarschijnlijk ook gelegen in het feit dat de landen met eeen hoge productiviteit vaak ook de dichtbevolkte landen zijn.
Correct Gert, we zijn van oudsher (echt al 8 eeuwen) een draaischijf. En dat is dan ook de bijzondere positie waarin we iets te verliezen hebben.
Enfin, we hebben het er hier al heel vaak over gehad: we willen gewoon wat minder vee, want dat gebruikt nogal veel N-ruimte en qua import ook een aantal andere milieuparameters. En die discussie is heel ingewikkeld gemaakt omdat het politiek 'not done' was om te zeggen: 'stop, zoveel vee'. De markt moest dat regelen aan de hand van milieuregels en subsidies voor techniek die milieu impacts reduceren. Dat zorgt al 3 decennia voor heel wat disconnects.
NB: Onze plantaardige teelt gebruikt per eenheid grond maar weinig - allemaal hier direct toegepaste - gewasbeschermingsmiddelen met een milieu impact, maar per hectare weer relatief veel (omdat we zo intensief zijn). Dat onderwerp staat nog altijd wat zijdelings op de agenda, maar komt er ook steeds meer op. In plantaardig voegen we de waarde toe, maar we exporteren er nog meer van dan van dierlijk.
Een begrip als "kringlooplandbouw" in één adem combineren met Nederland: moet je daar nu heel hard om lachen of heel hard om huilen? Allebei denk ik.
Hier zeggen ze dat treffend (even een citaat door Google translate gehaald):
"Een belangrijk resultaat van onze analyse is het inzicht dat landen die een hoge landbouwproductiviteit lijken te vertonen, niet echt in staat zijn zichzelf te voeden.
Dit kan op gespannen voet staan met populaire verhalen, zoals in het geval van Nederland. In een hoofdartikel uit 2017 beweerde National Geographic: "This Tiny Country Feeds the World." Ze beweerden zelfs: "Nederland is een landbouwreus geworden door te laten zien hoe de toekomst van de landbouw eruit zou kunnen zien."
Onze MRIO-gegevens laten echter het tegenovergestelde zien.
Hoewel Nederland beschikt over high-tech kassen en miljarden dollars aan export, blijft Nederland sterk afhankelijk van buitenlandse import wanneer het geheel van het nationale voedselconsumptiepatroon in aanmerking wordt genomen. De voedselconsumptie van Nederlandse ingezetenen overschrijdt hun voedselbiocapaciteit netto met 70 procent. Een betere kijk op landen of regio's zoals Nederland is die van een 'landbouw assembler'.
Het land importeert voer, energie en hulpbronnen om gespecialiseerde, hoogwaardige goederen zoals vee en groenten te 'assembleren', in plaats van voedsel te produceren met materialen afkomstig van binnen de landsgrenzen. Dit staat in contrast met de basisvoedingsmiddelen die het belangrijkst zijn voor wereldwijde voedselvoorziening, zoals granen. De Nederlandse export van landbouwproducten ziet er misschien indrukwekkend uit in de financiële boeken, maar het vertegenwoordigt biocapaciteit die van ver buiten hun eigen grenzen is geleend".