Hollandse garnalen eet je niet met saus. Je neemt er gewoon een stuk of 10 in de hand, misschien met een beetje zout en peper erbij, maar verder geen gedoe. Maar wel eerst zelf pellen, natuurlijk. En niet die beestjes met een omweg.

Dat is de échte smaakbeleving, laat ik mij vertellen door een aantal gornetsnokkers, oftewel Stellendammers.

Vliegensvlug gaan de vingers van Miena. Binnen no time is haar hoopje garnalen gepeld en pakt ze wat garnalen bij Annie vandaan. “Je ziet het, ik kom niet uit het dorp. Miena is een echte Stellendamse. Die konden eerder pellen dan lopen”, grapt Annie. Vroeger gebeurde het pellen van garnalen gewoon in de Stellendamse huiskamers, soms met het hele gezin. “In het begin voor 7,5 eurocent, o nee guldencent, voor een ons. Daarna een dubbeltje. Als ze goed pellen, juist gekookt, dan pelde ik wel 10 ons in het uur”, rakelt Miena op. Tel de winst maar op.

Deze belangrijke Stellendamse traditie leek verloren te zijn gegaan. Maar sinds een maand pelt Annie weer twee keer in de week garnalen op de visafslag. Ze zijn te vinden op een broodje bij Schmidt Zeevis in Rotterdam. Een stuk duurder dan ruim 90% van de gepelde garnalen in Nederland die een retourtje Marokko hebben gedaan, maar dan heb je wel de echte Stellendamse garnaal.

Je kunt ze ook zelf pellen, al ben je misschien niet zo vingervlug als Miena:

Dit artikel afdrukken