In de 6 weken sinds half maart, toen de coronauitbraak toesloeg, zijn er 360.000 minder mensen dan vorig jaar naar een specialist verwezen en zijn 290.000 staande afspraken afgezegd, maakt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) bekend in een rapport. Eerder becijferde onderzoeksbureau Gupta al dat de coronacrisis een streep haalde door 3,5 miljoen patiëntencontacten per week.

Logisch, zegt Dianda Veldman, directeur van de Patiëntenfederatie, in de Volkskrant, dat in het begin van de crisis "bijna in paniek alle afspraken zijn afgezegd".

Maar zelfs de spoedgevallen 'verdwenen', constateerden de artsen van het Tilburgse Elisabeth-Tweesteden Ziekenhuis tot hun verbazing. "Patiënten met hersenletsel, patiënten bij wie meerdere organen zijn uitgevallen, zelfs brandslachtoffers: ze zijn weer terug. ‘Allemaal patiënten met acute problemen van wie we niet snappen waar ze de afgelopen weken gebleven waren’," aldus Bart Berden, bestuursvoorzitter van het ziekenhuis.

Al die mensen vormen een 'stuwmeer aan zorg' dat zorginstellingen moeten zien weg te werken nu de reguliere zorg weer op gang kan komen. Want voor sommige aandoeningen betekent uitstel of wachten niet meer of minder dan een doodvonnis. Maar het opstarten van de reguliere zorg gaat niet zo maar. Het is een logistieke operatie die een nieuwe manier van werken afdwingt. Om dat in goede banen te leiden, heeft de NZa een plan opgesteld.

Wachtlijsten
Zo heeft het Landelijk Centrum Patiënt Spreiding (LCPS) een lijst met diagnoses opgesteld. Per diagnose is bepaald hoe snel een patiënt behandeld moet worden. Omdat specialismen en aantallen patiënten per regio kunnen verschillen, heeft het LCPS ook een 'verdeelmodel' gemaakt, zodat de ruimte om reguliere zorg te verstrekken in alle regio's ongeveer even groot is. Dat houdt in dat er regelmatig nog coronapatiënten verplaatst moeten worden naar andere ziekenhuizen om letterlijk ruimte te geven aan de reguliere zorgverlening.

Schrappen van onnodige zorg
Een belangrijke stap is dat de ziekenhuizen gaan beoordelen welke zorg niet nodig is. Dat is minder raar dan het klinkt: al jaren is bekend dat er 'door financiële belangen of de macht der gewoonte' behandelingen uitgevoerd worden die niet nodig zijn. De herstart van de reguliere zorg is een prachtige gelegenheid om hier eindelijk een streep door te zetten. Ten tweede is tijdens de crisis gebleken dat veel patiëntencontacten ook digitaal kunnen plaatsvinden. "We kunnen meer met digitale hulpmiddelen dan we dachten," zegt bijvoorbeeld Emile Voest, medisch directeur van het Antoni van Leeuwenhoek in Amsterdam.

Marktwerking inruilen voor samenwerking
Is eenmaal duidelijk hoeveel ruimte er is en welke patiënten op de wachtlijsten staan, dan komt een volgend proces op gang: ziekenhuizen zullen elkaar gaan helpen. Dat verwacht internist Fenna Heyning, directeur van de vereniging van Samenwerkende Topklinische opleidingsZiekenhuizen (STZ). Als raden van bestuur zien dat hun oncologiewachtlijsten verschrikkelijk lang zijn, hoe schaars de middelen zijn en hoe uitgeput hun verpleegkundigen, zullen ze inzien dat dit het ideale moment is om regionale samenwerkingsverbanden te versnellen. "Als jullie nou de neurologie doen, dan pompen wij het oncologie-stuwmeer leeg." Heyning krijgt steun van Berden: "Ziekenhuizen zijn in de afgelopen vijftien jaar gedrild met de boodschap dat ze elkaars concurrent zijn. Dat marktdiscours zit ons in de weg. Deze crisis zullen we samen moeten oplossen. We zullen de last tussen alles en iedereen moeten verdelen."

Duitsland
In Duitsland wordt inmiddels duidelijk wat er dreigt als de reguliere zorg niet opnieuw op gang komt. Daar staat bijvoorbeeld in Berlijn de helft van de ziekenhuisbedden leeg. Als voorzorg op coronapatiënten. Maar een leeg bed kost geld. En ondanks steunmaatregelen vanuit de regering, dreigen de Duitse ziekenhuizen door de coronacrisis eenvoudigweg failliet te gaan, schrijft Tagesschau.
Dit artikel afdrukken