In heel Vlaanderen vormt de neerslag van stikstof een ernstige bedreiging voor het voortbestaan van essentiële schimmels in graslanden. Daardoor komt de biodiversiteit onder druk te staan. Dat blijkt uit een Europese studie onder leiding van Leuvense biologen.
Foodlog publiceerde onlangs een analyse waaruit zou blijken dat de stikstof-uitstoot juist minder schade zou aanrichten dan op basis van rekenmodellen te verwachten is.
Ons verkeer en vooral de bemesting in de landbouw zorgen voor de uitstoot van verschillende vervuilende stoffen waaronder stikstof. Het komt onder andere als gas in de lucht terecht en daarna via zure regen in de bodem. Door deze vorm van bodemvervuiling – stikstofdepositie – verzuurt de grond langzaamaan en wordt ze uiteindelijk giftig.
Stikstof tast talrijke schimmelsoorten aan. Die vormen een belangrijke schakel in ecosystemen zoals bossen of graslanden. Ze zijn immers onontbeerlijk voor de groei van de planten. Tal van schimmels voorzien de planten namelijk van voedingstoffen en water, de planten leveren deze schimmels dan weer suikers via hun wortels.
Witte schimmeldraden rond de knol van een orchidee. Zonder deze voedende schimmel sterft de orchidee
Britse onderzoekers onderzochten eerder al de schimmels in bossen, vertelt bioloog Tobias Ceulemans. “Dat zijn de schimmelsoorten die bovengronds zichtbaar zijn: de typische bospaddenstoelen zoals de vliegenzwam en de cantharel. Als er per hectare bos meer dan 5 à 6 kilogram stikstof per jaar neerslaat, dan sterven de paddenstoelen en zo kunnen bomen letterlijk sterven van de honger en de dorst.”
Vlaanderen slechte leerling
Bij graslanden daarentegen bevindt de overgrote meerderheid van deze behulpzame schimmels zich helemaal ondergronds. Daardoor was tot voor kort nog maar weinig geweten over hun reactie op stikstof. Onder leiding van de KU Leuven werd een Europese studie1 opgezet. “Op 40 plaatsen in België, Nederland, Frankrijk, Duitsland, Zwitserland, het Verenigd Koninkrijk, Zweden, Estland en IJsland hebben we plantenwortels en bodemstalen verzameld. Het stikstofgehalte in de lucht werd bepaald, en dat over tien jaar. Met DNA-analyse werd onderzocht welke schimmels in de bodem voorkomen, en in welke hoeveelheden.”
De schimmels uit graslanden blijken ietsje bestendiger te zijn tegen stikstof dan bospaddenstoelen, maar de resultaten blijven zorgwekkend. “De meeste graslandschimmels verdwijnen al uit de bodem bij een stikstofdepositie lager dan 7,7 kilogram per hectare per jaar. Dat is slecht nieuws voor Vlaanderen. Wij zijn één van de slechtste leerlingen in de Europese klas, met een gemiddelde van 23,4 kilogram stikstof per hectare per jaar volgens de Vlaamse Milieumaatschappij. Plantensoorten die afhankelijk zijn van schimmels, maar ook de dieren die van deze planten leven, zoals vlinders en bijen, verdwijnen dan.”
De studie toont aan dat de Europese streefdoelen voor stikstofdepositie aangepast zullen moeten worden, vervolgt Ceulemans. “Deze normen variëren nu van 10 kilogram stikstof per hectare per jaar voor de meest kwetsbare ecosystemen, zoals venen en droge loofbossen, tot 25 kilogram voor de minst gevoelige, zoals voedselrijke valleibossen. Die waardes liggen dus nog te hoog. De beleidsverantwoordelijken zullen met de landbouw- en transportsector op een eerlijke manier moeten bekijken welke ondersteunende maatregelen er nodig en mogelijk zijn om de uitstoot van stikstof te beperken. Gelukkig tonen voorbeelden uit de buurlanden zoals het Verenigd Koninkrijk dat dat mogelijk is. Ook de Verenigde Staten hanteren vergelijkbare streefdoelen.”
1De volledige tekst van de studie "Arbuscular mycorrhizal fungi in European grasslands under nutrient pollution” door Tobias Ceulemans, Maarten Van Geel, Hans Jacquemyn, Margaux Boeraeve, Jan Plue, Liina Saar, Liis Kasari, Gerrit Peeters, Kasper van Acker, Sam Crauwels, Bart Lievens en Olivier Honnay verschijnt op 23 augustus 2019 in het wetenschappelijk tijdschrift 'Global Ecology and Biogeography'.
Deze studie werd gefinancierd door het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek – Vlaanderen en de 'European Research Council' (ERC starting grant 260601 – MYCASOR).
Dit artikel, geschreven door Ilse Frederickx van de Nieuwsdienst van de KU Leuven, verscheen eerder deze week op de site van KU Leuven.
Stikstof tast talrijke schimmelsoorten aan. Die vormen een belangrijke schakel in ecosystemen zoals bossen of graslanden. Ze zijn immers onontbeerlijk voor de groei van de planten. Tal van schimmels voorzien de planten namelijk van voedingstoffen en water, de planten leveren deze schimmels dan weer suikers via hun wortels.
Witte schimmeldraden rond de knol van een orchidee. Zonder deze voedende schimmel sterft de orchidee
Britse onderzoekers onderzochten eerder al de schimmels in bossen, vertelt bioloog Tobias Ceulemans. “Dat zijn de schimmelsoorten die bovengronds zichtbaar zijn: de typische bospaddenstoelen zoals de vliegenzwam en de cantharel. Als er per hectare bos meer dan 5 à 6 kilogram stikstof per jaar neerslaat, dan sterven de paddenstoelen en zo kunnen bomen letterlijk sterven van de honger en de dorst.”
Vlaanderen slechte leerling
Bij graslanden daarentegen bevindt de overgrote meerderheid van deze behulpzame schimmels zich helemaal ondergronds. Daardoor was tot voor kort nog maar weinig geweten over hun reactie op stikstof. Onder leiding van de KU Leuven werd een Europese studie1 opgezet. “Op 40 plaatsen in België, Nederland, Frankrijk, Duitsland, Zwitserland, het Verenigd Koninkrijk, Zweden, Estland en IJsland hebben we plantenwortels en bodemstalen verzameld. Het stikstofgehalte in de lucht werd bepaald, en dat over tien jaar. Met DNA-analyse werd onderzocht welke schimmels in de bodem voorkomen, en in welke hoeveelheden.”
De schimmels uit graslanden blijken ietsje bestendiger te zijn tegen stikstof dan bospaddenstoelen, maar de resultaten blijven zorgwekkend. “De meeste graslandschimmels verdwijnen al uit de bodem bij een stikstofdepositie lager dan 7,7 kilogram per hectare per jaar. Dat is slecht nieuws voor Vlaanderen. Wij zijn één van de slechtste leerlingen in de Europese klas, met een gemiddelde van 23,4 kilogram stikstof per hectare per jaar volgens de Vlaamse Milieumaatschappij. Plantensoorten die afhankelijk zijn van schimmels, maar ook de dieren die van deze planten leven, zoals vlinders en bijen, verdwijnen dan.”
De studie toont aan dat de Europese streefdoelen voor stikstofdepositie aangepast zullen moeten worden, vervolgt Ceulemans. “Deze normen variëren nu van 10 kilogram stikstof per hectare per jaar voor de meest kwetsbare ecosystemen, zoals venen en droge loofbossen, tot 25 kilogram voor de minst gevoelige, zoals voedselrijke valleibossen. Die waardes liggen dus nog te hoog. De beleidsverantwoordelijken zullen met de landbouw- en transportsector op een eerlijke manier moeten bekijken welke ondersteunende maatregelen er nodig en mogelijk zijn om de uitstoot van stikstof te beperken. Gelukkig tonen voorbeelden uit de buurlanden zoals het Verenigd Koninkrijk dat dat mogelijk is. Ook de Verenigde Staten hanteren vergelijkbare streefdoelen.”
1De volledige tekst van de studie "Arbuscular mycorrhizal fungi in European grasslands under nutrient pollution” door Tobias Ceulemans, Maarten Van Geel, Hans Jacquemyn, Margaux Boeraeve, Jan Plue, Liina Saar, Liis Kasari, Gerrit Peeters, Kasper van Acker, Sam Crauwels, Bart Lievens en Olivier Honnay verschijnt op 23 augustus 2019 in het wetenschappelijk tijdschrift 'Global Ecology and Biogeography'.
Deze studie werd gefinancierd door het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek – Vlaanderen en de 'European Research Council' (ERC starting grant 260601 – MYCASOR).
Dit artikel, geschreven door Ilse Frederickx van de Nieuwsdienst van de KU Leuven, verscheen eerder deze week op de site van KU Leuven.
Fotocredits: Tobias Ceulemans, Nieuwsdienst KU Leuven
Dit artikel afdrukken
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Dus grasland tussen België en Ijsland is vergelijkbaar? Had dan minimaal een perceel vergeleken op dezelfde lengtemaat met eveneens een zeeklimaat. De depositie wordt ook in de dit onderzoek niet gemeten maar is vooral natte vingerwerk. Je mag toch wel beter verwachten van KU Leuven.
Ik had van John van Kessel beter verwacht dan deze reactie #1...
Ik vind vooral de laatste zinnen erg interessant van dit artikel*:
Die waardes liggen dus nog te hoog. De beleidsverantwoordelijken zullen met de landbouw- en transportsector op een eerlijke manier moeten bekijken welke ondersteunende maatregelen er nodig en mogelijk zijn om de uitstoot van stikstof te beperken. Gelukkig tonen voorbeelden uit de buurlanden zoals het Verenigd Koninkrijk dat dat mogelijk is. Ook de Verenigde Staten hanteren vergelijkbare streefdoelen.”
De VS hanteren vergelijkbaar streefdoel:
- eh, streefdoel hoef je vooral niet te halen
- of, ja maar niet in deze gebieden, nee is voor andere delen van VS.
Want ik kan het niet rijmen met dit: deadzone uit mississippi river (seconde 8 t/m 20) . ( Ja, het gaat hier over water en niet over depositie, maar hoeveelheid kg stikstof op bodemleven is toch soort wel van toepassing).
Kan het dan toch zijn dat ruimte buiten je verstedelijkt en "geïndustrieerd", inclusief highways, gebied de sleutel is in deze hele discussies over hoeveel stikstof er mag / kan landen op de omgeving in relatie tot kijken naar andere landen / delen van de wereld?
* Het eerste kan je ecologisch aan je water voelen aankomen, daar zit geen verrassing in voor mij. Enkel moet je het vandaag de dag onderzocht hebben want zonder cijfers / wetenschap heb je geen 'recht' van spreken.
Bij #1. Het onderzoek vergelijkt niet alleen tussen graslanden in IJsland en België, maar tussen 9 andere Europese landen, waarvan er ook verschillende met zeeklimaat. Bovendien werd ook vergeleken binnen hetzelfde grasland (zoals de heer John Van Kessel voorstelt), maar ook binnen dezelfde regio en binnen dezelfde en verschillende geologische ondergronden en klimaatomstandigheden. Dit is duidelijk te lezen in de methodologie van het onderzoek. Indien we dit alleen zouden uitvoeren binnen 1 enkel perceel dan zou het onderzoek niet te veralgemenen zijn, zoals nu wel het geval is. Bovendien is er wereldwijd een beperkte variatie aan arbusculaire mycorrhizale schimmels waardoor je gelijkaardige gemeenschappen in zowel België als IJsland en de andere landen kan vinden. Daarnaast zijn de gebruikte modellen om stikstofdepositie te bepalen meerdere malen verfijnd en gecontroleerd in het veld op accuraatheid. Er is natuurlijk altijd een foutenmarge. Het klopt dat we dit niet zelf hebben gemeten en hiervoor hebben gerekend op onze collega-wetenschappers. Dit is naar mijn mening geen ‘natte vingerwerk’ tenzij samenwerking en foutenmarges (inherent aan elk onderzoek) vanaf nu zo genoemd worden.
Excuses Dick, het gecijfer van Nico Gerrits heeft evenveel met analyse te maken als alchemie met moderne scheikunde. Gooi wat cijfers in een koker, plak er wat vreemde uitgangspunten aan en schud net zo lang tot de uitkomst je aanstaat. Kom dan met een pakkende kop: "Het gaat beter met de kwaliteit van de natuur in Nederland dan je zou mogen verwachten" en de heldere verklaring dat stikstofdepositie geen negatief effect heeft op natuur.