De productie van lijnzaad is vanwege de extensieve teelt en lage opbrengst niet rendabel voor Europese landbouwers. De Europese Unie is daarom slechts voor ongeveer 15 procent zelfvoorzienend voor haar totale behoefte aan lijnzaad van ruim 700.000 ton per jaar. Dat stelt Liprobel, de federatie die de belangen van de oliezaad- en vetverwerkende bedrijven behartigt. Dat we vandaag afhankelijk zijn van Russisch lijnzaad is volgens de belangenorganisatie terug te brengen tot een voorval uit 2009 toen Canadees lijnzaad wegens contaminatie niet lager de EU binnen mocht komen.

In het laatste decennium is Rusland wereldwijd uitgegroeid tot de grootste producent van lijnzaad. “In 2023 was meer dan 60 procent van de import van lijnzaad in de EU van Russische origine”, aldus Coen Blomsma van Liprobel. Hij stelt dat er vier bedrijven in België actief zijn in het lijnoliepersen. Deze bedrijven stellen naar schatting zo’n 300 mensen tewerk.

De producten uit lijnzaad worden gebruikt in de voeding, in de veevoeding en in talrijke technische applicaties
Lange geschiedenis
De producten uit lijnzaad worden gebruikt in de voeding (vanwege omega-3 vetzuren), in de veevoeding vanwege vermeende gunstige duurzaamheidseffecten (minder uitstoot van methaan) en in talrijke technische applicaties (droogeigenschappen voor linoleum, verf, drukinkten, houtbeschermingsmiddelen).

De lijnzaadverwerkende industrie in ons land kent een lange geschiedenis en was in het verleden innig verbonden met de vlasindustrie. Aan deze geschiedenis dreigt volgens Blomsma een einde te komen. Hij wijst op de plannen van de Europese Commissie. “De 50 procent importheffing op de invoer van lijnzaad uit Rusland zoals voorgesteld op 22 maart door de Europese Commissie legt een loodzware hypotheek op de competitiviteit van de Europese lijnzaadverwerkende familiebedrijven die voornamelijk in België gevestigd zijn.”

Kostenhandicap
“In de praktijk zal de prijs van lijnzaad, die momenteel 600 euro bedraagt, stijgen naar 900 euro”, vervolgt Blomsma. Hierdoor ontstaat een niet te overbruggen kostenhandicap voor Europese bedrijven waardoor de industrie in Rusland, Kazachstan en China de rol van Europa zal overnemen als grootste lijnzaadolieproducent ter wereld.”

Liprobel-leden persen ook olie uit raapzaad, zonnebloempitten en maïskiemen. Ook hier zullen stijgende importheffingen op Russisch producten gevolgen hebben. Maar deze zijn te overzien. “Voor deze producten is er voldoende alternatief voor Russische product.”

Liprobel pleit ervoor om het voorstel van de Europese Commissie niet over te nemen, of tenminste gradueel in te voeren. “Dat zou landen als Canada de mogelijkheid geven om de productie op te voeren zodat er ten minste een alternatief is voor Russische lijnzaad.” In Canada werd in 2023 slechts 272.000 ton lijnzaad geoogst, een diepterecord in de laatste decennia. Ook zouden de inzaai en oogstverwachtingen van lijnzaad in 2024 gelijkaardig laag zijn in Canada.

Europese plannen behandelen Europese industrie
“De aanvoer uit Canada zal dus niet het kostprijsnadeel met de concurrentie uit het Oosten (Rusland, Kazachstan, China) kunnen opvangen. Zodra het voorstel van de Commissie van kracht wordt, zal als gevolg de activiteit van de Europese lijnzaadverwerkende industrie sterk gereduceerd worden en zal haar businessstrategie vervellen in een overlevingsmodus”, constateert Liprobel.

De belangenorganisatie verwijt de Europese Commissie dat zij heeft nagelaten een impactstudie te doen naar de gevolgen van haar voorstel voor de Europese industrie. “Het is evident dat de EU in de toekomst onafhankelijk moet worden van import uit Rusland. Maar met dit voorstel voor zware importheffingen op lijnzaad die onmiddellijk na goedkeuring van kracht zullen worden, wakkert men enkel versneld de afbouw van de maakindustrie in de EU aan”, concludeert Coen Blomsma.

"Opnieuw een regel van Europa die goed bedoeld is, maar onze maakindustrie pijn doet", zegt Coen Blomsma van Liprobel in De Tijd.

Lijnzaad, het zaad van vlasplant, is een industriële grondstof, goed voor een business van ongeveer €700 miljoen in Europa per jaar. Elk jaar wordt in Europa 700.000 ton lijnzaad verwerkt tot olie en schilfers, gebruikt in margarines en brood (omega 3), inkten, verven, zepen, linoleum en dierenvoeding. De helft van die hoeveelheid wordt verwerkt door 4 Belgische familiebedrijven: Vandeputte in Moeskroen, Scaldis in Ruien, Linagro in Lichtervelde en Braet in Ooigem. De 4 bedrijven zijn samen goed voor een omzet van ongeveer €300 miljoen. De Belgische oververtegenwoordiging vindt zijn oorsprong in de traditie van vlasteelt en -verwerking in West-Vlaanderen, die ook de voorloper was van de tapijt- en textielproductie.

Tot 2009 haalde Europa een groot deel van zijn lijnzaad uit Canada, maar dat werd fors minder toen het Canadese lijnzaad sporen van in Europa verboden genetisch gewijzigde organismen bleek te bevatten. Dit jaar zal nog hooguit 100.000 ton uit Canada komen, en moet 500.000 ton uit Rusland of Kazachstan komen omdat in Europa maar ruim 100.000 ton lijnzaad wordt geteeld.

Gauthier Vindevogel, CEO van lijnolieproducent Vandeputte uit Moeskroen rekent voor wat de voorgestelde heffing betekent voor hem en zijn sectorgenoten: "Door de importheffing van 50 procent gaat de aankoopprijs van lijnzaad van €600 naar €900 per ton. Dat bedrag vertegenwoordigt 80 procent van de kosten van onze olie. Bovendien haal je uit één ton zaad maar 350 kilo olie, de rest zijn schilfers voor veevoeder. Op die laatste kunnen we geen prijsverhogingen doorvoeren, omdat daar genoeg alternatieven voor zijn. Dat betekent dat we de taks volledig via de olie moeten doorrekenen, waardoor de prijs zal verdubbelen van €1.000 naar €2.000 euro per ton, willen we onze huidige al dunne marges behouden."

Het betekent de doodsteek voor de Belgische lijnolieproductie, omdat afnemers zullen kiezen voor andere grondstoffen. Geen lijnolie? Dat betekent geen linoleum meer maar vinyl (fossiele olie) op de vloer. En voor omega 3 zijn genoeg plantaardige alternatieven (denk aan koolzaadolie, walnotenolie, sojaolie, chiazaad en hennepzaad) te vinden, die bovendien veel grotere volumes beschikbaar hebben. De afnemers van lijnzaadproducten zullen daarom veelal daarop overstappen.

Dit artikel maakt deel uit van de contentsamenwerking tussen Foodlog en VILT. Jerom Roozendaal schreef het deel boven het grijze kader.
Dit artikel afdrukken