Kinderen hebben interesse in voeding

Opgepast, vrij rondlopende kinderen. Kunnen ze hun eetwereld en -opvoeding aan?

Het rapport zelf is al uit april, maar komt nu in het nieuws. Vraag: zijn smaaklessen nuttig en zijn kinderen echt los van eten? Ja en nee. Dat antwoord geldt voor beide vragen.

Kinderen zijn best geïnteresseerd in voeding en de herkomst of gezondheidswaarde ervan. Dat blijkt uit de studie `Biefstuk komt niet van de kip`, gehouden door het Landbouw-Economisch Instituut (LEI) van Wageningen UR. Voor het onderzoek werden kinderen in de leeftijdscategorie 8 tot 12 jaar benaderd. Volgens het LEI-rapport heeft een gemiddeld kind een goede basiskennis van de herkomst en de gezondheidseffecten van voeding. Vrijwel alle kinderen weten dat melk van een koe komt, maar sommige kinderen weten niet dat chocolademelk niet van een bruine koe komt of biefstuk niet van de kip. Overigens blijkt uit het LEI-rapport ook dat kinderen die Smaaklessen of Schoolgruiten hebben gevolgd meer (willen) weten over voeding. De Smaaklessen zijn een paar jaar geleden geïntroduceerd door het ministerie van LNV om kinderen bewustere voedselkeuzes te laten maken. Schoolgruiten was een initiatief van het ministerie van VWS.

De kinderen die Smaaklessen volgden willen meer weten over de herkomst van voedsel, terwijl Schoolgruiten-volgers meer over de gezondheidsaspecten willen weten. Overigens laten kinderen zich bij de voedingskeuze vooral leiden door zintuiglijke reacties. Verder geeft bijna 80% van de kinderen aan zich te laten leiden door de ouders in de voedingskeuze.

Bron: Zuivelzicht - p. 27 met dank aan MKB

Elders valt er nét iets anders over te lezen:

Het LEI onderzocht bij ruim vijfhonderd schoolkinderen tussen de acht en twaalf jaar hun kennis over de herkomst en gezondheid van voedsel. Ze blijken redelijk goed te weten waar hun eten vandaan komt en of het gezond is. Bijna alle kinderen weten dat chocolademelk niet van een bruine koe komt en dat een banaan gezonder is dan een softijsje. Minder weten ze over hoe je met eten moet omgaan – hoe lang yoghurt in de ijskast houdbaar blijft bijvoorbeeld – en over dierenwelzijn.
Een relatie tussen al die kennis en eetgedrag ontbreekt echter. Kinderen kiezen niet voor eten omdat het gezond is, maar omdat het lekker ruikt en er lekker uitziet. Ook blijken kinderen van die leeftijd minder te zeggen te hebben over wat ze eten dan verwacht. Ouders bepalen nog in grote mate wat basisschoolkinderen eten.
Het ministerie van LNV hoopt kinderen met zogenoemde Smaaklessen interesse en kennis over voedsel bij te brengen, en ze aan te zetten tot bewuster kiezen. Dat werkt ook wel, want kinderen die Smaaklessen kregen hebben meer interesse in en kennis van voedsel, bleek uit het onderzoek. Dat ze bewuster kiezen werd echter niet aangetoond. ‘Het kan zijn dat kinderen dit pas gaan doen als ze volwassen worden’, zegt onderzoeker drs. Gemma Tacken.