Dat ontdekten onderzoekers van de universiteiten van Cambridge en Plymouth. Britten eten veelal de 'grote vijf' uit zee: kabeljauw, schelvis, zalm, tonijn en garnalen. Omdat de wilde visserij aan zijn grenzen zit, zijn we vis gaan kweken. Maar ook die kweekvis voeren we vis.

Stom en doodzonde, zegt onderzoeker David Willer in de Financial Times. Niet alleen heeft kweekvis lagere gehaltes aan nutriënten dan wildgevangen vis, ook kun je beter onderbenutte vissoorten vangen en eten. Dan verlaag je ook nog eens de druk op overbeviste visbestanden. Sinds eind vorig jaar ijvert Willer in de media voor consumptie van de paalworm.

En daar maakt de paalworm zijn entree. Het 'naakte schelpdier' (Teredo navalis) is 's werelds snelst groeiende tweekleppige schelpdier (zoals oesters, mosselen en scheermessen), alleen is zijn schelp niet meer dan een 'helmpje'. De gangen die de paalworm boort, vormen zijn externe bescherming.

De Britse onderzoekers zetten een paalwormenkwekerij op. De paalwormen eten afvalhoutsnippers uit de bosbouw en produceren smakelijk vlees dat tot nuggets en viskoekjes verwerkt kan worden. De symbiotische micro-organismen in hun darmkanaal verteren niet alleen hout, maar synthetiseren ook micronutriënten, waaronder B12. De paalworm heeft daardoor zelfs in kweekversie een hoge voedingswaarde.

Dat het slijmerige beest er niet uitziet, merk je natuurlijk niet meer als het vlees eenmaal onder een smakelijk frituurlaagje zit. Binnenkort in de Britse supermarkten? vraagt de Independent.

Ons lijkt het juist een prima idee voor een Nederlandse supermarkt. Gewoon een weekje laten proeven als kabeljauwnuggets (want we houden niet van wormen) en kijken wat het publiek ervan vindt.

David Willer vertelde op SkyNews over zijn droom om paalwormen tot een massavisproduct te maken:

Dit artikel afdrukken