De Nederlandse wetenschapper Bert Tolkamp en zijn collega's hebben de Ig Nobelprijs in de categorie 'Waarschijnlijkheid' toegekend gekregen. De Ig Nobelprijzen, voor onderzoeken die je ‘eerst laten lachen en daarna aan het denken zetten. Tolkamp kreeg de prijs voor twee gerelateerde ontdekkingen: (1) hoe langer een koe heeft gelegen, des te groter is de kans dat die koe spoedig zal opstaan, en (2) als een koe eenmaal opstaat, is het niet gemakkelijk om te voorspellen hoe snel die koe weer zal gaan liggen.
Tolkamp neemt zijn prijs met gemengde gevoelens in ontvangst, 'Aan de ene kant vreest hij dat de Ig Nobel een aanleiding is 'om de draak te steken met die domme onderzoekers'. Maar aan de andere kant: zo krijgt hij wel een podium om aan een groot publiek uit te leggen wat hij doet en waarom dat de moeite waard is', schrijft De Volkskrant.
Dit artikel afdrukken
Tolkamp neemt zijn prijs met gemengde gevoelens in ontvangst, 'Aan de ene kant vreest hij dat de Ig Nobel een aanleiding is 'om de draak te steken met die domme onderzoekers'. Maar aan de andere kant: zo krijgt hij wel een podium om aan een groot publiek uit te leggen wat hij doet en waarom dat de moeite waard is', schrijft De Volkskrant.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
“Hoe langer een koe heeft gelegen, des te groter is de kans dat die koe spoedig zal opstaan..”. Wat een onzin !
Stelling 1) gaat volledig voorbij aan de waarschijnlijkheid dat hoe langer een koe blijft liggen, de kans stijgt wordt dat hij nooit meer op staat, waarbij stelling 2) niet meer relevant is.
De kansberekening op ‘opstaan’ loopt volgens een curve, met een keerpunt van no return, maar niet lineair met blijvend stijgende kans. Dus ‘langer’ is irrelevant.
De prijs vind ik ook onzinnig. Maar Hans, stelling 1 is vermoedelijk wel waar vanwege 'geregression to the mean': http://en.wikipedia.org/wiki/Regression_toward_the_mean Toch?
Onterecht gegiechel. Iedereen in Amsterdam, hoger opgeleid en goed van inkomen heeft het over dierwelzijn. Iedereen in Den Haag, iedereen die nog nooit een koe of een kip van dichtbij zag.
En niemand in de stad weet vervolgens waar hem dat welzijn in zit.
Je kan in hersenen van dieren kijken (even dood maken en de stofjes in de kop analyseren en interpreteren). Je kan ook gedrag observeren en vergelijken.
Dat laatste deed Tolkamp. Doel: inzicht verwerven in wat dat welzijn zou kunnen zijn.
Een koe die ligt rust, of is niet lekker. Als ze ziek schijnt, dan krijgt ze een schop. Ook al ze net gekalfd heeft. Dat is geen gemene schop, maar een prikkel om te staan . Staat ze dan niet, dan gaat het niet goed. Een lokale dierenarts bij een ooi ( we hebben een paar schapen in de boomgaard) van ons geroepen. De man gaat op z’n hukken zitten en vraagt aan het schaap: “Hoe heet jij ?”. Toen ik zei dat hij die flauwekul niet moest verkopen zei hij. “Sorry, maar ik moet er tegenwoordig rekening mee houden dat mensen heel anders met dieren omgaan.” En toen gaf hij ons ooi een schop… en ging ze staan. Een injectie en met € 40 taaide hij fluitend weer af. De term dierenarts klopt. Er zijn geen veeartsen meer.
Liesbeth. Dan blijft mijn vraag toch: wanneer keert zich de kans in een absolute zekerheid dat een koe niet meer opstaat omdat ze te lang gelegen heeft ? Ik begrijp wel wat Tolkamp bedoelt, maar zijn stelling rammelt. Je kunt toch ook niet stellen, dat hoe langer Tolhoek onzin verkoopt, de kans stijgt, dat hij met een wetenschappelijke ontdekking komt ? ;-)