Ook in het Europese parlement willen ze weten wie de centen pakt. Luister naar de videoboodschap die Europarlementarier Esther de Lange (CDA) ons Foodlog Café Live van gisteravond meegaf. Zij maakt zich zorgen over boeren en steunde daarom het rapport Bové. Boeren verdienen geen geld meer, terwijl de supermarkt producten die ze voor een kwartje inkopen hooguit in een bakje doen en dan voor het tienvoudige verkopen. Wurgcontracten noemt ze dat en daar moet wat aan gebeuren.
patient overlijdt in stilstaande ziekenwagen
De toon is gezet. De rotte tomaten liggen klaar. Daarom organiseerden Urgenda, YFM en foodlog.nl gisteravond dat Foodlog Café Live in de Utrechtse Winkel van Sinkel. We weten hier allang wat er gaat gebeuren. Er komen wéér onderzoeken. Er gaat wéér geruzied worden over 7 of 10 cent die wéér ergens zoek zullen blijken. Er zal geroepen worden om een nieuw en beter onderzoek naar zulke belangrijke, maar onnozele details. Onnozel? Ja, want de boerenpatiënt is ernstig ziek. Vorige week maakte Rabobank bekend dat de Nederlandse boer met goed fatsoen niet meer te financieren is. ‘Zo kan het niet langer’, zei Rabobankier Dirk Duijzer. Onderwijl overlijdt de boerenpatient op weg naar het ziekenhuis omdat de ziekenwagen te lang stil blijft staan. De bestuurders zijn als een echtpaar dat in een vreemde stad zonder straatnamen en bewegwijzering is verdwaald en daarover ruzie maakt maar vergeet dat ze op zoek moeten naar een kaart.
dom, zielig & triest
In een knap door ombudsman Pieter Hilhorst geleide conversatie tussen 113 mensen, werd dat weer bevestigd.
Boeren zijn dom, want ze produceren gewoon door als er al teveel is. Logisch dat ze niks verdienen. Da’s makkelijk te begrijpen. Supers zijn zielig. Dat vergt wat uitleg. Ze moeten veel verdienen op verse boerenproducten om niet failliet te gaan omdat het geld met bakken de deur uitgaat aan onderlinge concurrentie, verlies op hun houdbare assortiment en prijspromoties op merkartikelen. Hun toeleveranciers – van boer, tuinder, handel, tot groentensnijders, broodbakkers vleeswarenmakers, soepkokers, bierbrouwers, ijsjesmakers en pizzabakkers - zitten daarom klem, want geen super kan zich een duurder of echt vernieuwend product permitteren. Dat vliegt namelijk niet meteen de winkel uit en kan de cijfers in no time in het rood duwen. En daarom blijft alles bij hetzelfde en schiet het niet op met verduurzaming. De Nederlandse overheid doet niks, want dat kan alleen een Europese en zelfs die aarzelt. Nederland maakt in vele sectoren producten waarvan de afzet in het buitenland zit. En de consument? Die lult links (‘ik wil wel duurzame kip en biologische groenten, ….’), maar koopt over rechts (… maar neem toch maar het plofkipfiletje uit de aanbieding’): het goeiekoopste. Waarom? Het mobieltje en de studie van de kinderen moeten ook betaald worden. Bloedeerlijk waren ze, de 2 consumenten uit de zaal die dat bekenden.
Niemand kan er wat aan doen en toch heeft iedereen schuld. Daarom ging Hilhorst rond met een pot met knikkers waaruit iedereen naar eigen inzicht zijn deel aan de collectieve schuld kon pakken.
En dan nog wat. Kipverpakker Interchicken en C1000 toonden zich teleurgesteld dat de Dierenbescherming - een zogenaamde 'NGO', een organisatie die de wereld juist beter wil maken - niet had willen meewerken aan hun duurzame kip. Opmerkelijk, want het beest is rationeel gezien beter dan een een sterrenkip, zowel in dierwelzijn als op het gebied van volksgezondheid en milieuvriendelijkheid. Kennelijk staan zelfs NGO’s in de weg en moeten ook zij een deel van de domme (is dat zo?) schuld nemen. Tis om triest van te worden.
alle bekende antwoorden
Hoe kom je uit zo’n situatie? Alle – hier in ieder geval - bekende antwoorden passeerden in hoog tempo, soms in nieuwe modulaties:
- de overheid moet ingrijpen want we verliezen zo de boerenstand, maar …
- …. dat werkt niet, want marktbescherming maakt geen sterke sector daarom moet eten weer waarde krijgen en dat kan alleen door een promotie inspanning van de makers, verwerkers en verkopers ervan; onderstersteuning door overheid, media en NGO’s is welkom en gewenst.
- de eetketen is een ‘complex adaptatief systeem’ en kan niet via ingrijpen verandert worden, dat gebeurt vanzelf
- er moet ingezet worden op ‘lokale voedselsystemen’ maar …
- … het is bestens een 'nicheje' en dat lost niks fundamenteels op als we het meeste van wat we in onze mond stoppen zich kapot laten concurreren. Dat voorkomen vergt een vorm van centrale (lees: bestuurlijke) planning óf vreselijk goede vrijwillige afstemming tussen boeren, handel, verwerkers, supermarkten en andere wederverkopers wereldwijd
resultaat?
Ik sprak na met verschillende mensen en vroeg hen of de avond iets had opgeleverd.
Ja, de supers waren blij dat het wijzen naar hen geen wijzen van schuld werd. Ze zien het lijk namelijk al drijven. Zij moeten straks wéér uitleggen dat ze maar 44% verkopen van maar één vijfde van de Nederlandse boeren- en tuindersproductie die in Nederland wordt gemaakt. En dat ze weliswaar bruto heel veel maken op een ui (tientallen malen wat de boer ervoor kreeg), een tomaat (een keer of 10 wat de boer ervoor kreeg), een zakje gesneden sla (vijftien keer en meer wat de boer voor de groenten kreeg) of worst (een keer of tien à vijftien wat de boer voor het vlees kreeg), maar netto op hun hele omzet niet meer dan een procent of 1,5 à 2 over houden. Dat komt omdat ze bijvoorbeeld op bier, waspoeder en heel wat merkartikelen fors moeten inleveren omdat ze via die spullen met lagere dan de laagste prijzen elkaars klanten weglokken. Steeds grotere nieuwe en luxe ingerichte winkels doen de rest. Toch moeten ze er allemaal aan geloven, anders blijven de klanten weg.
Boer Huib Rijk was aanvankelijk boos. De zaal zocht het in nicheproducten, van die bijzondere en cadeau-artikelen in Brabantsche Cadeau verpakking waar een boer of tuinder wél wat mee kan verdienen. Maar daar moest het volgens hem niet over gaan. Met zulke producten voed je zelfs een rijk land als Nederland niet. Blij werd Huib weer toen de zaal het ging hebben over de vraag hoe je én voldoende voedsel overal op de wereld kunt maken zónder arme boeren te krijgen. Dat is een doordenkertje. Wij zijn rijk, maar hebben arme boeren. Wat gebeurt er als ze zo arm worden dat de bank hen niet meer wil financieren? Tot voor kort was die vraag ondenkbeeldig. Inmiddels niet meer. Dat is een perspectief met diepte, dat de discussie onder de Nederlandse kaasstolp vandaan trok en via Europa zelfs een mondiale dimensie gaf.
wijlen SuperdeBoer
Zulke zaken werden toch maar even gezegd gisteravond. Vertegenwoordigers van supers en verwerkers – ex-Plusbaas Sjaak de Kort, versinkoper Edwin van de Maa en woordvoeder Jacolien van Wezep van C1000, eigenaar Edward Winthorst van Interchicken – durfden er openlijk voor publiek over te spreken. Wat ze zeiden zou nieuws moeten zijn voor de politiek: de huidige markt zit vast en de spelers weten best dat niet één van hen het allemaal heeft gedaan. Ze willen er best samen uitkomen, maar – zo hoorden we ook - het wantrouwen onderling is te groot. Ze vrezen dat de een onderweg de ander toch weer de dolk in de rug steekt omdat ze vanuit onvoldoende begrip voor elkaars situatie opereren. Geld wordt alleen verdiend door jongens die enorme volumes met kleine winstpercentages maken. Bij het minste onraad denken ze liever aan dat percentage, dan aan hun vrienden met wie ze het best samen zouden willen rooien. Waarom? Omdat je uit de markt bent als je zelfs maar 3% in omzet verliest als je zoals een super maar 1,5 of 2% verdient. Binnen een paar maanden kun je out of business zijn. Dat was bijv. – zoals ik gisteravond uitlegde – het probleem van wijlen SuperdeBoer. Bij Jumbo zijn de marges nu nog kleiner en de volumes nog groter. Het risico van Jumbo om bij een foutje nog harder uit de bocht te vliegen nam alleen maar toe. Zo jofel gaat het dus in superland. Het zijn reuzen op lemen voeten die smelten bij het minste buitje zodra ze even niet op hun eigen belang letten.
Vertrouwen en iets samen met anderen doen om er samen uit te komen zit domweg niet in de cijfers. Hoe verder?
het echte probleem
De Kamer onderzoekt wie de centen heeft om de verduurzaming te betalen. Het antwoord daarop werd gisteravond gegeven voor wie het wilde horen: niemand. Degenen die wél iets verdienen – de supers en grote verwerkers - moeten dat wel om niet om te vallen. Ze pompen en ze pompen steeds meer van hetzelfde, dat kent de klant immers en houdt de omzet op peil. Eén misstap met een productje dat klanten toch niet willen en ze gaan al snel voor tientallen niet makkelijk in te halen miljoenen het schip in. De niet-verdieners – boer en tuinder – kunnen geen kant op. Ze zitten op zwart zaad en de boerenbank wil zelfs hun verlies niet meer financieren op basis van onderpand zoals dat al veel te lang is gebeurd.
Het onderzoek zal stranden in details en ruzies over tienden van centen, terwijl het hele probleem zojuist geschetst is. Dat wordt olie op het vuur van de al ruziënde verdwaalde echtparen die de ziekenwagen van de Nederlandse boer wijs om de vluchtheuvel heen moeten zien te manoevreren.
de echte oplossing
Stop met wijzen naar elkaar en bouw iets. ‘Ga zaaien en hou op met al die monocultuur’, besloot Hilhorst de discussie.
Inderdaad, vanuit vertrouwen zal samen beweging moeten worden gemaakt, want er zijn wat dingen flink scheef gegroeid. Zonder dat vertrouwen en de wil om samen te bewegen zal het de Nederlandse super een begrijpelijke biet zijn waar de groenten, de kip of het varken vandaan komen. De Nederlandse super kan de Nederlandse boer niet redden. Supers verkopen maar 44% van 15-25% productie in bijv. tomaten, paprika’s en varkensvlees. Da’s nog geen 10%. Zo er al iets te redden valt, dan zal de oplossing in ieder geval geen Nederlandse maar minstens een Europese moeten zijn.
We kunnen er nog lang in heel abstracte termen over praten. Da’s leuk voor het café. Er zijn wat meters makende voorbeelden nodig waarin iedereen laat zien - boeren, hun toeleveranciers en verwerkers, supers, publiek, pers, NGO’s en zelfs de Nederlandse Mededingingsautoriteit die mede zorgt voor lekker doorswingende volumeconcurrentie – dat hij samen wil bewegen. In kip zit een oplossing. Nederland eet jaarlijks 300.000.000 van de nog astronomischer 500.000.000 die we ins ons land produceren. Da’s 60%. Daar valt wat mee te doen. Stel je voor dat we iets kunnen doen om zoveel levens stukken leuker en 'duurzamer' te maken en boeren een kans te geven om een pootje bij te trekken.
Dáár bleken retailmannen Sjaak de Kort (ex-Plus en thans retailadviseur), Edwin de Maa (C1000) en Edward Winthorst van kipverwerker Interchicken graag over door te willen praten. Daar gaan we – Urgenda, YFM en Foodlog.nl - iets aan doen. Zo’n Café heeft dus toch zin.
U hoort nog van ons.
foto: daria mnych
foto: pieternel van velden
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
MIjn twitter berichtje van zonet: "Deze Muppet gaf aan dat grote oplossingen niet bestaan. Of toch wel? http://bit.ly/dTMhDp (Achtergrond: http://bit.ly/jFvEgI) #foodlogcafe"
(PS 373kEuro? ?!#(*#@)
Positief vond ik gisteren dat er bereidheid was tot overleg.
Wat ik hier uit begrijp is dat ik als bewuste consument die graag verse produkten koopt de supermarktconcurrentie op bewerkte merkartikelen moet subsidieren.
Dat vermoedde ik al wel, maar de constatering stemt me toch treurig...
Andale, tijdens het debat merkte een econoom op dat producenten en kopers volgens de klassieke economische theorie de markt moeten kunnen overzien. Zoniet, dan gaat hij slecht functioneren en is - zelfs volgens de klassieke liberale theorie dus - ingrijpen nodig.
Je constatering geldt niet alleen voor de directe relatie tussen het verse product en de prijs, maar ook van die tussen bier en waspoeder. Die zouden aanmerkelijk duurder moeten zijn. Nu is niemand blij: boer en tuinder niet, Heineken, Procter & Gamble en Unilever niet en zelfs de supers niet want die krijgen steeds meer last van Aldi en Lidl die zonder dit kruissubsidieringsmechanisme veel goedkoper zijn en oprukken.
De opmerking van de econoom was heel raak. Hij ging misschien wat verloren in de vele opmerkingen, maar zowel meelezende overheden als mensen die wat willen veranderen mogen zich de boodschap ervan aantrekken: als er geen relatie meer is tussen de waarde van een product en de prijs ervan (zoals dus aan beide zijden van de munt het geval is), dan gaan consumenten zich raar gedragen en zorgen ze voor gekkere consequenties aan de productiekant.
We hebben een naam voor dit verschijnsel: consumentisme, oftewel onduurzaam gedrag, terwijl mensen van nature economisch proberen om te gaan met hun schaarse middelen.
Er is nog een naam voor: system failures of capitalism. Die sleep ik er een beetje met de haren bij, omdat het gaat over teveel maken om de kostprijs te drukken, maar hoort er wel bij. Een van de marktfalens van ons systeem is het maken van steeds meer eenheden product om de kostprijs te drukken maar de productie 'beyond need' op te jagen. Dan krijg je vreemde vraagverschijnselen ('demand'). Dat is het gevolg van consumentisme: mensen iets bieden voor zo weinig mogelijk. Het zorgt ervoor dat een product letterlijk waardeloos wordt en ook als zodanig gevoeld wordt. Het ernstige in dit geval is dat waspoeder als veel te waardeloos wordt gezien, terwijl tomaten als veel te waardevol worden gezien. De inkoper van een verkooporganisatie kijkt er echter precies andersom tegenaan. Dat heeft tot gevolg dat zowel boer als grote Unilever ieder op hun eigen manier in de problemen komen. Dit zinnetje is in de kern gezien het antwoord op de vraag van onze Tweede Kamer. Die 375k kunnen dus alvast weer terug in de pot.
Nog een NOTA BENE: vlees! Met vers vlees wordt geknald, zo wordt u verteld door actievoerende antivleeseters. Vlees is net als waspoeder een 'trekker' in de margemix van de super. Maar als u nou dacht dat u het varken bij de super slecht betaalt, dan vergist u zich. De helft van het varken gaat in de worst en andere vleeswarenproducten. Daar wordt het verlies goed gemaakt. Het varken boft dus. Zijn leven wordt uitstekend betaald. Alleen verdient niemand er echt wat aan.
Er is, zoals de econoom heel correct opmerkte, een uiterst vreemd systeem ontstaan waarin we thans een spel spelen waar we ook een naam voor hebben: wil de laatste het licht uitdoen.
Het is inderdaad voornamelijk dat het, kennelijk, onvermijdelijk is waar ik verdrietig van wordt. De keten is lang (en in het geval van de supermarkt ook nog eens breed) en iedere schakel beweegt op de voor hem logische manier. Die logische manier is over het algemeen economisch gedreven. Alleen als je naar de hele keten kijkt ziet hij er vreemd uit, elke schakel heeft maar een beperkte bewegingsruimte.