De groentehandel is zo ondoorzichtig geworden, dat zelfs de knappe rekenaars van ons onvolprezen LEI (Landbouw Economisch Instituut) erin verdwalen. Vandaag staat in Telegraaf een mooie berekening van de prijsopbouw van een paprika. De teler krijgt 0,286 voor iedere paprika die hij verkoopt. Voordat diezelfde paprika in het supermarktkarretje rolt is die prijs gestegen naar 0,89. Iedere schakel in de keten pikt een graantje mee. De tuinder ontvangt 32% van dat bedrag voor zijn kweekprestatie, de handel en retail strijkt 68% op. Dat de buit scheef wordt verdeeld, is geen nieuws meer.

Wat me verbaast in het bericht is dat het LEI maar liefst een dubbeltje van die kosten niet in kaart kan brengen. Dat is meer dan 10% en maar liefst een derde van wat de teler krijgt. Het zou z'n boterham kunnen wezen. Aan uitval kan het niet liggen, want de teler heeft zijn gloeiende best gedaan om geen slechte vruchten naar de super en de groentenboer te sturen. Wat gebeurt er dan onderweg? Rollen er paprika’s van de vrachtwagens?Of zouden er echt zoveel paprika’s niet verkocht worden?
Ze verdwijnen op mysterieuze wijze naar de paprikahemel. Of houdt iedereen ons voor de gek? Is het onmogelijk geworden in die duistere groentehandel de werkelijke marges boven water te halen?

image
Dit artikel afdrukken