Een van de medesprekers vertelde me dat de Egyptenaren die vorig jaar rond onze Koninginnedag besloten hun varkens te vermoorden, nu een probleem hebben. Het varken werd daar nog gehouden zoals het hoort. Nu het verdwenen is, hoopt het vuil zich op. Er moeten hoge kosten worden gemaakt om het weg te werken en er komt niks voor terug. In Nederland wordt veel gepraat over duurzaamheid, maar er is niemand die pleit voor het varken. Dat is raar. Sterker nog, als we de duurzaamheidsprofeten mogen geloven, zouden we bereid moeten zijn er de hoofdprijs voor te betalen. Maar zelfs die profeten houden hun kaken stijf op elkaar. In plaats daarvan is er een hetze tegen het varken. Wat is er fout gegaan?
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Je geeft zelf het antwoord Dick, vanaf het moment dat het varken niet meer in het kot gevoerd werd met etensresten en meel, maar met hoogwaardige eiwitten uit soja: dáár is het fout gegaan.
Ik denk zeker dat daar wat fout is gegaan. Van dat varken hielden we en het was ons wat waard. Dat vertelde ik daar ook. Hoe kunnen we Nederland weer van z'n varken gaan laten houden en het weer respecteren in het schitterende duurzame huwelijk dat we als twee soorten al tienduizend jaar met elkaar hebben?
Economisch zijn er twee waarheden als koeien (pardon!):
1. Een kilo voer weegt net als een kilo varkensvlees 1 kilo, terwijl er heel at meer kilo's nodig zijn om de ene kilo vlees te laten groeien.
Daar waar die soja vandaan komt, kan en zal nog veel meer voer vandaan komen. De grond en arbeid kosten er een fractie van wat het hier kost.
2. Varkensboeren moeten voor 2013 de nodige investeringen doen vanwege 'het milieu' en 'de duurzaamheid'. Ze zullen er geen cent voor terugkrijgen en dus moeten ze daar zelf maar voor zorgen. Helaas heeft geld niet de plezierige eigenschap om als regen vanzelf uit de lucht te vallen. Daarom hebben ze een regenmachine, die 'nog meer varkens' heet. Dat gaat zo. Stel je zit nu met 500 euro aan kosten per dier en je hebt er 1000. Moet je een half miljoen investeren, dan zit je dus opeens met 500 euro extra kosten. Als je met dezelfde investering nou meteen het aantal dieren verdubbelt, dan zit je niet op 500 euro extra per dier, maar blijf je op dezelfde kosten per dier. De boerenbank die in de zaal zat, vertelde me dat zij het ook zo uitrekenen. Wie niet groeit, krijgt geen geld.
Dat bedrijfseconomisch trucje is de geldregen die varkenshouders dan maar proberen los te dansen.
En wat moeten ze nou? Varkensvoorman Wyno Zwanenburg zegt gisteren in de krant dat de bedrijven niet meer mogen groeien. Maar ze moeten wel. Vanwege die zelfgemaakte regenmachine.
Ik probeerde de zaal duidelijk te maken dat het varken misschien maar weer betekenis zou moeten krijgen in ons leven. Die zijn we vergeten, maar is zo mooi. Dan zou het misschien wel kunnen lukken. Toen ik vroeg hoeveel mensen na het verlaten van de zaal daar nog eens over na zouden denken, stak minder dan 10% zijn hand in de lucht. Later hoorde ik dat er wel meer het hadden willen doen. Maar hoe moest dat dan? Daarom deden ze dat maar niet. Geschrokken reed ik weer naar huis: de wil is er wel, maar iemand moet het laten regenen. Daarom regent het megastallen.
Nog dit .... er komt heel wat voer uit Nederland. Wij schijnen ons graan niet zelf op te willen eten omdat het te zacht zou zijn. De bakker zou het niet willen. Dat vertelden me Groningse plattelandsvrouwen eerder deze week. Kan daar dan geen sympathiek varken dat ons wat waard is van leven?
Je kunt je afvragen welke machten en of krachten achter deze ontwikkelingen staan en wie welke rol speelt. Marktontwikkelingen die een halve eeuw geleden ontstonden, omdat consumenten koopkrachtiger werden en schaalvergroting nog echt kostenbesparing was, zorgden voor industrialisering van de sector.
Meer dieren moeten meer voer hebben en werd dus van elders aangesleept. Dat daar gewassen bij kwamen die niet als afval bestempeld worden is een logisch gevolg.
Een bank zou tegen haar klanten kunnen zeggen om andere stalsystemen of houderijvormen te gaan hanteren om zo onrendabele investeringen te omzeilen.
Een bank heeft echter meer belangen dan alleen de boer, ze heeft de verwerkende industrie en retail ook als klant. Door verder te gaan op de manier van schaalvergroting om kosten op te vangen maken boeren zich volledig afhankelijk van bank en afnemer. Productie wordt er zeker niet minder door. Is dit een toevallige bijkomstigheid of een gestuurde ontwikkeling om op termijn grote toeleverende boerenbedrijven te verkrijgen die kneedbaar zijn als deeg en eventueel eenvoudig over te nemen worden door de verwerkers. Dit geldt voor alle sectoren.
Van alle markten die er zijn is de voedselmarkt er een die altijd zal blijven bestaan en derhalve zeer interessant is voor heerschappij.
Nu wereldwijd het besef begint te groeien dat industrialisering in dierlijke productie het respect voor dieren ondermijnt is er de mogelijkheid om samen met consumenten een kentering te bewerkstellen om productiewijze en dierenwelzijn in waarde te herstellen. Het feit dat boerenkoepels zich afwenden van regulatie, quota e.d., stelt mij de vraag in hoeverre zij willen bouwen aan kleinschaliger boerenlandbouw. De menselijke maat.
Zoals in eerdere comments van mij in andere topics is het een en ander een gevolg van een systeemfout. Het denken dat groei en kostenverlaging oneindig zijn.
De beschrijving van het varken als onze symbiotische afvalbak is een mooie, maar van lang geleden. Één van de redenen waarom 'we' dat nu niet willen, is de overregulering op hygiënegebied van onze overheid. Als er maar een minimale dreiging van ziekte is, wordt het algemeen verboden en gecentraliseerd op beheersbare controleerbare plekken en maak je de afstand tussen consument en zijn voedsel groot. Ooit had het varken een divers en omnivoor dieet van schillen, rot fruit en ander menselijk afval, maar vanwege de oncontroleerbaarheid, traceerbaarheid en andere drogredenen is dat nu in de ban. Waarom? Die paar voedselvergiftigingsdoden per jaar?
We moeten ook niet terug willen naar de middeleeuwen, maar de menselijke maat die Paul beschrijft is mijns inziens de juiste.
Het spreekt tot de verbeelding, want dat is het inmiddels.
Verbeelding van wat nog niet erg lang geleden gewoon was en slim.
Het varken als vuilnisvat.
Hierboven wordt niet goed duidelijk gemaakt dat in Nederland veel meer varkens zijn dan er van het afval van mens en levensmiddelenindustrie en bierbrouwers bij elkaar in leven zouden kunnen blijven.
Vervelend is ook (voor de varkens) dat de industrie niet alleen minder afval heeft maar wat eertijds afval was, te gelde weet te maken als voedsel voor mensen (Rivella is de varkens ontnomen wei).
Maar toch kan het.
De Nederlandse intensieve veehouderij die bulk produceert voor de export en daar maar nauwelijks een cent of helemaal geen cent aan verdient maar jaar op jaar moet toeleggen, die zou er mee op kunnen houden.
Vlees zou je kunnen produceren voor eigen omgeving. En eigen omgeving moet gaan beseffen dat je beter wat minder, maar lekker vlees kunt eten. Twee keer in de week?
Eigen omgeving heeft afval genoeg voor twee keer in de week speklapjes en als je er fatsoenlijk voor betaalt is de veehouder goed af. Dat is in ieders belang, dat boeren goed af zijn.
Eigen omgeving, waar vind je die?
Tussen Charleroi en Den Helder, tussen Keulen en Hoek van Holland, tussen Lille en Hamburg. Tussen Parijs en Purmerend. De enorme stad waarin we wonen. De grootste tuinstad te wereld. Je hoeft maar een knop in je hersens om te zetten en het dringt tot je door dat je in het paradijs woont. Het beste drinkwater, de beste landbouwgrond, hoogopgeleide burgers, de modernste veegmachines en maar tien minuten na je telefoontje staat de ambulance voor. Maar dat tobben nog steeds..