Het was vorig jaar een moment van grote verwarring. Op gezag van een onderzoeksbureau stak de NOS de vlag uit: de markt voor nepvlees was zo booming dat vlees nu toch echt op zijn retour leek. Foodlog ontzenuwde dat nieuws: de vleesconsumptie daalt niet. Later was die versie van de waarheid ook te horen vanuit Wageningen.
Maar hoe is het nu toch mogelijk dat de nepvleesmarkt zo hard groeit terwijl de vleesconsumptie in ieder geval niet krimpt en zelfs eerder licht groeit?
De NRC dook er dit weekend nog eens in en tekende een uitspraak op van Hans Dagevos, consumptiesocioloog van Wageningen Economic Research: ""Mensen hebben waarschijnlijk de neiging hun dagje zonder vlees te compenseren." De ene dag braaf aan de bietenburger, de volgende dag weer los op de barbecue. Wie ervoor kiest om vegetarisch te eten, beperkt zichzelf – je kunt hooguit discussiëren over de vraag of je wel of geen vis mag eten. Flexitarisme geeft alle ruimte, doe ermee wat je wil. Dat leek in het begin een mooie middenweg om grote groepen te bereiken. Dat is het nog steeds, maar je kunt je afvragen wat er in Nederland mee bereikt is."
De verklaring vanachter het bureau is dus simpel: wie een aflaat koopt mag flink zondigen en doet dat waarschijnlijk ook. Omdat het een pyschologisch mechanisme betreft dat al eeuwen bekend is, is het niet onwaarschijnlijk dat mensen met zuinige kranen, LED-verlichting en elektrisch auto's zich op het gebied van douchen, reizen, verlichten en andere terreinen ook belonen voor hun goede gedrag. Tijd voor gedegen feitelijk gedragsonderzoek.
NRC - Nederland telt steeds meer flexitariërs, en toch eten we meer vlees. Hoe komt dat?
Maar hoe is het nu toch mogelijk dat de nepvleesmarkt zo hard groeit terwijl de vleesconsumptie in ieder geval niet krimpt en zelfs eerder licht groeit?
De NRC dook er dit weekend nog eens in en tekende een uitspraak op van Hans Dagevos, consumptiesocioloog van Wageningen Economic Research: ""Mensen hebben waarschijnlijk de neiging hun dagje zonder vlees te compenseren." De ene dag braaf aan de bietenburger, de volgende dag weer los op de barbecue. Wie ervoor kiest om vegetarisch te eten, beperkt zichzelf – je kunt hooguit discussiëren over de vraag of je wel of geen vis mag eten. Flexitarisme geeft alle ruimte, doe ermee wat je wil. Dat leek in het begin een mooie middenweg om grote groepen te bereiken. Dat is het nog steeds, maar je kunt je afvragen wat er in Nederland mee bereikt is."
De verklaring vanachter het bureau is dus simpel: wie een aflaat koopt mag flink zondigen en doet dat waarschijnlijk ook. Omdat het een pyschologisch mechanisme betreft dat al eeuwen bekend is, is het niet onwaarschijnlijk dat mensen met zuinige kranen, LED-verlichting en elektrisch auto's zich op het gebied van douchen, reizen, verlichten en andere terreinen ook belonen voor hun goede gedrag. Tijd voor gedegen feitelijk gedragsonderzoek.
Een effect wat niet benoemd is, is het effect van de vleesprijs. Mensen met een laag inkomen kopen voor een bepaald bedrag aan vlees, is de vleesprijs laag (zoals in 2018) kopen ze iets meer product. Nu zijn de vleesprijzen hoog en wordt er minder product gekocht.
#14 "..maar vleesconsumptie blijft (vrijwel) gelijk', zegt je.
Nee, Carolien, het neemt toe volgens de NRC vorige week.
Kop: “Nederland telt steeds meer flexitariërs, en toch eten we meer vlees. Hoe komt dat?”
Als je in kunt loggen kom je op een nog verwarrender discussie dan hier.
Vleeseters worden er voor kannibaal uitgemaakt.
Het is voor mij ook een typisch vorm van Hollandse onverdraagzaamheid, analoog aan de spanningen in de zomer van 1617: de bekende strijd tussen Rekkelijken en Preciezen.
De 'Preciezen' stelden toen al dat de Here vleeseters uit de hemel zou weren, en alleen veganisten toegang zouden krijgen, terwijl de 'Rekkelijken' vonden dat ook vleeseters er welkom waren..
Het is me wat...
#14 Carolien,
De term flexitariër is niet zozeer nieuw, maar werd vroeger gebruikt voor/door vegetariërs die af en toe vlees/vis aten. Tegenwoordig wordt het vooral gebruikt voor/door de mensen die af en toe vlees/vis een dagje laten staan.
Vraagje er wordt enkel gesproken over het vlees eiwit dat vervangen kan worden door planten eiwit maar hoe zit het met de andere voedingsstoffen?
Volgens mij is het vrij simpel: 'flexitariër' is een tijdje geleden als nieuw, hip woord geïntroduceerd. Mensen die zichzelf eerder gewoon vleeseter (oftewel: niet-vegetariër, niet-veganist) noemden kunnen zich nu profileren als flexitariër, als ze b.v. 1x per week geen vlees eten bij de avondmaaltijd. Het assortiment aan vleesvervangers is inmiddels fors gegroeid, dus de 'flexitariër' heeft nu meer keus (naast eieren, kaas, bonen en noten) uit alternatieve eiwitbronnen bij de maaltijd. Dus: aandeel vleesvervangers in het supermarktschap en aandeel zelfbenoemde 'flexitariërs' in de bevolking neemt toe, maar vleesconsumptie blijft (vrijwel) gelijk.