Ons lichaam verbruikt het liefst zo min mogelijk energie bij de bewegingen die we maken. We blijken ons steeds aan te passen om zo weinig mogelijk calorieën te verbruiken.
Dat we zuinig met onze energie omgaan wisten we al langer. Mensen passen hun manier van lopen aan als een vorm van evolutie en bijvoorbeeld als reactie op een verandering in de lichaamsbouw. Uit een onderzoek dat in Current Biology verscheen, blijkt dat we zelfs binnen enkele minuten tot een nieuw energie-optimum komen. We passen onze stapfrequentie al aan voor kleine energiebesparingen van minder dan 5%.
Uitwendige robotbenen
De onderzoekers lieten proefpersonen lopen met een uitwendig robotskelet rondom hun benen. Dit robotskelet is vergelijkbaar met een kniebrace. Hiermee maakten ze het voor de deelnemers meer of minder eenvoudig om met hun benen te zwaaien. Deze verandering in weerstand moest de personen naar een lagere of hogere stapfrequentie pushen. De onderzoekers maten de stapfrequentie van de proefpersonen en vergeleken deze met de verwachtte frequentie voor een minimaal energieverbruik.
Status Quo
Uit de resultaten blijkt dat mensen graag aan hun loopgewoontes vasthouden. Na aanpassing van de weerstand bleven de proefpersonen in hun eigen ritme lopen. Een duwtje in de goede richting bleek te helpen. Na een verkennende periode, waarin de deelnemers gedwongen hele hoge of juist hele lage loopsnelheden gebruikten, pasten zij zich gemakkelijk aan. Binnen enkele minuten liepen ze in met een frequentie die precies paste bij het energie-optimum.
De onderzoekers denken dat mensen in een natuurlijke omgeving deze verkennende periode niet nodig hebben. Ze variëren dan namelijk vanzelf hun stapfrequentie, bijvoorbeeld als aanpassing aan het terrein waarop ze lopen.
Hoewel lopen altijd goed voor je is en het helpt met afvallen, zal je lichaam dus altijd tegen je werken als het om energieverbruik gaat. Het probeert efficiënt te zijn.
Fotocredits: ’Santa Monica College’ Parker Knight
Dit artikel afdrukken
Uitwendige robotbenen
De onderzoekers lieten proefpersonen lopen met een uitwendig robotskelet rondom hun benen. Dit robotskelet is vergelijkbaar met een kniebrace. Hiermee maakten ze het voor de deelnemers meer of minder eenvoudig om met hun benen te zwaaien. Deze verandering in weerstand moest de personen naar een lagere of hogere stapfrequentie pushen. De onderzoekers maten de stapfrequentie van de proefpersonen en vergeleken deze met de verwachtte frequentie voor een minimaal energieverbruik.
Status Quo
Uit de resultaten blijkt dat mensen graag aan hun loopgewoontes vasthouden. Na aanpassing van de weerstand bleven de proefpersonen in hun eigen ritme lopen. Een duwtje in de goede richting bleek te helpen. Na een verkennende periode, waarin de deelnemers gedwongen hele hoge of juist hele lage loopsnelheden gebruikten, pasten zij zich gemakkelijk aan. Binnen enkele minuten liepen ze in met een frequentie die precies paste bij het energie-optimum.
De onderzoekers denken dat mensen in een natuurlijke omgeving deze verkennende periode niet nodig hebben. Ze variëren dan namelijk vanzelf hun stapfrequentie, bijvoorbeeld als aanpassing aan het terrein waarop ze lopen.
Hoewel lopen altijd goed voor je is en het helpt met afvallen, zal je lichaam dus altijd tegen je werken als het om energieverbruik gaat. Het probeert efficiënt te zijn.
Fotocredits: ’Santa Monica College’ Parker Knight
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Toch blijkt dat de meeste gewichtsverlies kan worden bereikt met (korte) hoog intensieve belasting. Ondanks het feit dat dan de meeste energie uit koolhydraten (of zelfs anaerobisch) wordt geleverd, zorgt een hoog intensieve belasting voor een urenlange nawerking waarbij ook vet wordt verbrand. Daarnaast zorgt het ook voor verhoogde fitheid, waardoor in de toekomst ook meer vet kan worden verbrand bij een hoger inspanningsniveau.
Maar uiteindelijke is denk is het meest doorslaggevend welke vorm van beweging je het best jarenlang kan blijven beoefenen.
bedankt, Albert!
Ja. Als vuistregel kun je aanhouden dat het energieverbruik hoger is bij een hogere hartslag. Als u geen sporthorloge heeft, dan kunt u even de vinger tegen de halsslagader houden. Dan weet u redelijk hoe het ervoor staat. Ik gok dat het partijtje joggen het wint van de Ardennen-wandeling.
Overigens is het zo dat bij een hogere inspanning de 'energiemix' anders is dan bij lage inspanning. Bij lage inspanning worden onze spieren en hersenen voorzien van energie dat op dat moment door het spijsverteringsstelsel aan het bloed wordt afgegeven. Als dit niet (meer) voldoende is en u bent geen (latente) diabetes-patient, dan wordt de vetreserve aangesproken.
Naarmate de inspanning toeneemt, bijvoorbeeld bij joggen of een stevige klim, zal de vetverbranding niet voldoende energie kunnen leveren en zal de glycogeenvoorraad steeds meer worden aangesproken. De glycogeenvoorraad is echter na een paar uur leeg en dan wordt u licht in uw hoofd (ketose) en zwaar in uw benen.
Als het doel is om vet te verbranden, dan kun je beter een langere tijd een matig-intensieve inspanning doen dan kortere tijd een intensieve inspanning.
Is er hier iemand die weet hoe een stevige Ardennen-wandeling zich dan verhoudt kwa caloriënverbruik tot een partijtje joggen langs het kanaal, bijv.?