Vrijwel maandelijks lezen, horen en zien we dat de wereld vergaat omdat landen in plaats van minder, juist meer CO2 gaan uitstoten. Het belangwekkende klimaatakkoord van Parijs lijkt alleen papieren waarde te hebben.

In het kader van de klimaattop - de Conference of the Parties, COP - die vandaag in Madrid begint, sprak Trouw met de klimaatactivisten Marjan Minnesma en Jan Paul van Soest, hoogleraar klimaatwetenschappen Heleen de Coninck (Raboud Universiteit), Europarlementariër Bas Eickhout en de Nederlandse klimaatgezant Marcel Beukeboom.

Minnesma en Van Soest maken duidelijk dat ze de top niet van belang vinden. Minnesma blijkt zelfs niet aanwezig te zijn geweest op de COP21-top die leidde tot het klimaatakkoord van Parijs. Het werk moet wat haar betreft in de praktijk gebeuren; die top was alleen van belang om druk te kunnen zetten op de politieke context die mede bepalend is voor de wil van ondernemers en burgers om het klimaat te sparen.

Van Soest is zijn vertrouwen in de klimaattops kwijt. Woorden, maar geen daden. Die manier van doen zal het vertrouwen in de regeringsleiders schaden, verwacht hij. “Ronkende politieke speeches moeten plek maken voor harde systeemkeuzes”, zegt Van Soest, omdat het roer nu volledig om moet.

De andere gesprekspartners van de krant zijn milder. Eickhout en Beukeboom adviseren de onderhandelingsronde - de Madrileense top is een technische over het verhandelen van klimaatwinst tussen koplopers en achterblijvers - wat meer uit elkaar te trekken. De ronkende speeches kunnen dan beter worden gehouden rond bijzondere klimaatplannen die landen of marktpartijen hebben. De Coninck blijft hechten aan het concept van een jaarlijkse mondiale klimaattop omdat ze het van belang vindt dat iedereen daar op één lijn kan komen en bij elkaar kan bijtanken om samen van de laatste kennis uit te gaan.
Dit artikel afdrukken