De FAO publiceerde gisteren zijn State of Food and Nutrition, hét grote rapport van de organisatie van de wereldvoedselorganisatie. Directeur-generaal José Graziano deed een ferme oproep om ondervoeding en honger de wereld uit te krijgen. De economische en sociale kosten daarvan zijn 'onacceptabel hoog'.
Volgens Graziano is er wat vooruitgang geboekt ten aanzien van hongerbestrijding, maar niet genoeg. "We moeten er naar streven honger en ondervoeding volledig uit te roeien."
In het rapport wordt melding gemaakt van 870 miljoen mensen die in de periode 2010-2012 honger leden. Zij vormen slechts een fractie van de miljarden mensen van wie de gezondheid, welzijn en levens te lijden hebben van ondervoeding. Twee miljard mensen hebben tekorten aan micronutriënten. 26 procent van alle kinderen onder de vijf jaar hebben groeiachterstanden. 31 procent ontbeert voldoende vitamine A. Daar staat tegenover dat 1,4 miljard mensen te zwaar is; 500 miljoen daarvan zijn obees. Met name in niet-Westerse rijker wordende landen groeit hun aantal als kool.
In het rapport worden de kosten van ondervoeding (in productieverlies en ziektekosten) berekend op zo'n 5 procent van het wereldwijde bruto 'nationaal' inkomen. Omgerekend is dat zo'n 500 dollar per wereldburger. Op sociaal gebied heeft ondervoeding gevolgen voor de kwaliteit van leven van moeders en kinderen en de levensverwachting van miljoenen. Obesitas brengt weer andere gezondheidsproblemen met zich mee, zoals hartziekten en diabetes, en ook die treffen miljoenen.
Het rapport pleit voor gezonde voedingspatronen en goede voeding - die beginnen bij voedsel en landbouw. "De manier waarop we voedsel telen, fokken, verwerken, vervoeren en distribueren beïnvloedt wat we eten", stelt het rapport. En: betere voedselsystemen kunnen er voor zorgen dat voedsel betaalbaarder, gevarieerder en voedzamer wordt. De volgende maatregelen komen aan de orde:
- vergroot de productiviteit, niet alleen van stapelgranen als mais, rijst en tarwe, maar ook van nutriëntenrijke peulvruchten, vlees, melk, groenten en fruit
- dring voedselverlies en verspilling terug: één derde van al het voedsel dat voor menselijke consumptie wordt geproduceerd gaat momenteel verloren
- verbeter de 'nutritional performance' van de keten, zodat beschikbaarheid en toegankelijkheid van een breed scala aan voedingsmiddelen toeneemt
- help consumenten goede en gezonde keuzes maken door ze op te leiden en te informeren
- verbeter de voedingswaarde van voedsel (door 'fortification and reformulation')
- zorg dat voedselsystemen beter aansluiten op de specifieke behoeften van moeders en jonge kinderen - ondervoeding tijdens de 'eerste duizend dagen' kan levenslange gevolgen hebben voor zowel moeders als kinderen.
Het rapport onderkent dat het een enorme uitdaging is om voedselsystemen aan te pakken zodat ze betere voeding opleveren. Daar is politiek leiderschap en draagvlak voor nodig, net als allerlei brede samenwerkingsverbanden en gecoördineerde aanpakken met gezondheidszorg en educatie.
"Vele actoren en instituties moeten samenwerken over sectoren heen om op een efficiëntere manier ondervoeding, micronutriëntentekorten en overgewicht en obesitas te verminderen. [...] Eerste prioriteit is 'governance' van voedselsystemen, waarmee voorzien wordt in leiderschap, effectieve coördinatie en aanmoediging van collaboratie tussen de vele stakeholders", aldus The State of Food and Agriculture 2013.
Het is mooi leesvoer waar niemand het mee oneens zal zijn. De vraag is: hoe realiseer je het in de wereld buiten het papier en de vergader- en congreszalen? Neem nou de voorwaarde van 'politiek leiderschap' en draagvlak. Wie heeft of neemt dat leiderschap en hoe maak je draagvlak? Dat zijn twee formidabele vragen. Ze worden slechts bij implicatie gesteld en al helemaal niet beantwoord.
Fotocredits: 'Niger: reinforcing nutrition care in Tahoua district', uitsnede, European Commission DG ECHO
Dit artikel afdrukken
In het rapport wordt melding gemaakt van 870 miljoen mensen die in de periode 2010-2012 honger leden. Zij vormen slechts een fractie van de miljarden mensen van wie de gezondheid, welzijn en levens te lijden hebben van ondervoeding. Twee miljard mensen hebben tekorten aan micronutriënten. 26 procent van alle kinderen onder de vijf jaar hebben groeiachterstanden. 31 procent ontbeert voldoende vitamine A. Daar staat tegenover dat 1,4 miljard mensen te zwaar is; 500 miljoen daarvan zijn obees. Met name in niet-Westerse rijker wordende landen groeit hun aantal als kool.
In het rapport worden de kosten van ondervoeding (in productieverlies en ziektekosten) berekend op zo'n 5 procent van het wereldwijde bruto 'nationaal' inkomen. Omgerekend is dat zo'n 500 dollar per wereldburger. Op sociaal gebied heeft ondervoeding gevolgen voor de kwaliteit van leven van moeders en kinderen en de levensverwachting van miljoenen. Obesitas brengt weer andere gezondheidsproblemen met zich mee, zoals hartziekten en diabetes, en ook die treffen miljoenen.
Het rapport pleit voor gezonde voedingspatronen en goede voeding - die beginnen bij voedsel en landbouw. "De manier waarop we voedsel telen, fokken, verwerken, vervoeren en distribueren beïnvloedt wat we eten", stelt het rapport. En: betere voedselsystemen kunnen er voor zorgen dat voedsel betaalbaarder, gevarieerder en voedzamer wordt. De volgende maatregelen komen aan de orde:
- vergroot de productiviteit, niet alleen van stapelgranen als mais, rijst en tarwe, maar ook van nutriëntenrijke peulvruchten, vlees, melk, groenten en fruit
- dring voedselverlies en verspilling terug: één derde van al het voedsel dat voor menselijke consumptie wordt geproduceerd gaat momenteel verloren
- verbeter de 'nutritional performance' van de keten, zodat beschikbaarheid en toegankelijkheid van een breed scala aan voedingsmiddelen toeneemt
- help consumenten goede en gezonde keuzes maken door ze op te leiden en te informeren
- verbeter de voedingswaarde van voedsel (door 'fortification and reformulation')
- zorg dat voedselsystemen beter aansluiten op de specifieke behoeften van moeders en jonge kinderen - ondervoeding tijdens de 'eerste duizend dagen' kan levenslange gevolgen hebben voor zowel moeders als kinderen.
Het rapport onderkent dat het een enorme uitdaging is om voedselsystemen aan te pakken zodat ze betere voeding opleveren. Daar is politiek leiderschap en draagvlak voor nodig, net als allerlei brede samenwerkingsverbanden en gecoördineerde aanpakken met gezondheidszorg en educatie.
"Vele actoren en instituties moeten samenwerken over sectoren heen om op een efficiëntere manier ondervoeding, micronutriëntentekorten en overgewicht en obesitas te verminderen. [...] Eerste prioriteit is 'governance' van voedselsystemen, waarmee voorzien wordt in leiderschap, effectieve coördinatie en aanmoediging van collaboratie tussen de vele stakeholders", aldus The State of Food and Agriculture 2013.
Het is mooi leesvoer waar niemand het mee oneens zal zijn. De vraag is: hoe realiseer je het in de wereld buiten het papier en de vergader- en congreszalen? Neem nou de voorwaarde van 'politiek leiderschap' en draagvlak. Wie heeft of neemt dat leiderschap en hoe maak je draagvlak? Dat zijn twee formidabele vragen. Ze worden slechts bij implicatie gesteld en al helemaal niet beantwoord.
Fotocredits: 'Niger: reinforcing nutrition care in Tahoua district', uitsnede, European Commission DG ECHO
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Het valt me op dat hier geen reacties op komen. Voedselzekerheid, boring? Te complex? Teveel actoren? Nog geen sense of urgence? Volgens mij beginnen bij de basis. Politiek/samenleving geven boeren een charge to produce ipv een license to produce. Mooi voorbeeld is de provincie Limburg met haar recent uitgebrachte ambitienota Landbouw: boeren die duurzaam innoveren met draagvlak in hun omgeving krijgen alle ruimte. Mijn stelling (of was het toen nog een droom) van een paar jaar geleden dat Nederland haar boeren nog leert koesteren begint beetje voor beetje haar lachwekkende trekjes te verliezen. Hier de link naar de ambitienota. http://bit.ly/RG0QBm
Je reactie doet een beetje glimlachen Herman. Op dit FAO/OESO rapport dat draait om wereldleiderschap, structurele ondervoeding, obesitas in opkomende economieën en vergroting van de voedingswaarde, kom jij met een 'trotse Limburgse boer' voorbeeld? Is wel erg onderop in dit perspectief.
Denk wel dat je gelijk hebt mbt 'te complex'. Zoals de redactie in de laatste alinea al aangeeft, wordt er iets genoemd waarvan de oplossing zo ver weg is, dat discussie welhaast onmogelijk wordt.
We leven in een tijd waarin heel veel systemen die decennialang goed hebben gefunctioneerd, zijn veranderd in een zombie. Een dode die nog rondloopt. De (parlementaire) politiek is er daar één van. Het leidt nu tot een leiderschapsvacuüm dat ons nog lelijk gaat opbreken als er niet (relatief) snel een nieuw systeem (breder gedragen verantwoordelijkheid, menselijke maat op wereldschaal) voor in de plaats komt.
Haha, ja, was ook wel meer een hartekreet, maar ik denk wel een met relevantie. Vorige week stond in de NRC een mooi artikel over systeemveranderingen. Ben ff de scribent vergeten. Kern van het verhaal was, dat die nog nooit zijn gelukt (afgezien van oorlogen...) en dat we het moeten hebben van slimme aanpasssingsmechanismen. Dus bestaande modellen en systemen verbeteren.
We moeten kijken waar we het vernuft en het innovatievermogen van de ondernemers richting verduurzaming en nieuwe verdienmodellen kunnen stimuleren en ondersteunen. Leiderschap begint dan heel dicht bij huis. Voorbeeld: veehouders met innovatieve ideeën stuiten op bestaande regels in de vergunningcriteria van gemeenten. Ambtenaren kunnen de waslijst van uiterst gedetailleerde criteria niet afvinken en het plan (waarvan iedereen vindt het het integraal duurzaam is) verdwijnt in een la. Deceptie, demotivatie. Veehouders (en hun adviseurs!) reageren met plannen die binnen de lijntjes blijven en proberen er het maximale uit te halen om toekomstige rechten niet te verliezen. Wrevel bij de gemeente. Zo houden overheden en ondernemers elkaar gevangen. Een van de projecten 'Niet vinken maar vonken' van www.ZoZietLimburgDieren.nl pakt dit rigoreus aan. In samenwerking met gemeenten, min.EZ, Milieufederatie, Dierenbescherming, LLTB en provincie wordt deze verstikkende regeltjescultuur rigoureus aangepakt. Je kunt het dan over mondiaal leiderschap hebben, maar hier tonen provincie- en gemeentebestuurders de politieke moed om het anders te doen, namelijk vanuit een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor milieu, gezondheid, dierwelzijn, landschap én de noodzakelijke ontwikkelingsruimte van de ondernemer (economie). Dat is best revolutionair! Lees de blogs op ZoZietLimburgDieren maar eens. Les: Mondiaal/landelijk leiderschap is nodig, maar de grootste winst is 'op de werkvloer' te halen. Je onderschat denk ik ook het rijke palet aan (ook kleinschalige) initiatieven in de landbouw. De NL-agrarische sector is nog nooit zo gevarieerd is geweest als anno 2013! Kortom: ik heb niet zo'n behoefte aan holistische modeladviezen en gedachten over fundamentele systeemveranderingen. Blijf dicht bij de goede ondernemer en faciliteer langs die weg duurzame ontwikkelingen.
@Herman.
Ik lees nergens iets over betere prijzen voor de producent/boer. Als de prijzen echt goed zijn dan ga ik zelfs mijn 14 hectare grasland ploegen voor een rendabele oogst zonder grote risico's.
Dit onderwerp gaat echt veel verder dan Limburg Herman. En als we het daar dan toch over moeten hebben: Noch de LLTB, noch LTO hebben hier een gefundeerde visie over. LTO heeft nog steeds het idee dat vanuit West-Europa de hele wereld gevoed moet worden.
En juist dat aspect mis ik ook in deze samenvatting van het rapport. Neem Tittonell . Hij heeft het over een intensivering van de ecologische landbouw, maar ook over het produceren van voedsel op de plek waar dat nodig is. Op veel plaatsen in Afrika, waar de nood het hoogst is, zijn het de boeren die het eerst honger krijgen. Zij zien zich genoodzaakt naar de stad te trekken, waar ze hopen op wat restjes uit de gesubsidieerde import. Waarom niet investeren in een duurzaam platteland waar boeren ook iets kunnen verdienen aan hun producten? Met een beetje extra kennis kunnen ze produceren voor de markt in plaats alleen voor hun eigen kostje.