Het nieuwe rapport zet zware druk op het intern verdeelde kabinet. De VVD liet dit weekend weten dat veehouders net zoveel dieren mogen houden als ze willen, als ze maar aan de uitstootnormen voldoen en daar technische maatregelen voor nemen. D66 houdt vast aan inkrimping van de veehouderij.
.@D66 is voor warme investeringen in #kringlooplandbouw in aanvulling op warme sanering van de veehouderij rond kwetsbare natuurgebieden. Van belang zijn heldere doelen op het gebied van voer, mest en bodem. https://t.co/lXsvde2euQ via @volkskrant
— Tjeerd de Groot (@TjeerdD66) October 14, 2019
Geen juridisch sluitende vergunningen mogelijk
Afgelopen week brachten de provincies beleid naar buiten om de zogeheten stikstofbrief van minister Schouten praktisch bruikbaar te maken voor het uitgeven van vergunningen aan bouwactiviteiten en boerenbedrijven. We vroegen Wim van Opbergen van de Werkgroep Behoud de Peel (de NGO wier procedure het Programma Aanpak Stikstof liet vallen bij de Raad van State) daarover zijn oordeel te geven. Hij liet ons in een uitgebreide reactie weten dat vergunningverlening nog niet mogelijk is omdat er eerst integrale plannen zullen moeten worden gemaakt. Dat betekent dat Nederland formeel nog steeds muurvast zit omdat er geen juridisch sluitende vergunningen kunnen worden verleend voor stikstofgevoelige activiteiten.
Van Opbergen formuleert dat als volgt:
De provincies wiilen vergunningverlening mogelijk maken voor projecten waarbij de depositie op Natura2000-gebieden niet toeneemt, of afneemt.
Strikt juridisch bezien, is dat nog niet mogelijk. Zolang niet gegarandeerd is dat met de maatregelen een goede staat van instandhouding van de habitats (de Europees beschermde natuur) bereikt wordt, zijn de stikstofmaatregelen so wie so al verplicht in het kader van art. 6, lid 1 en 2 van de Habitatrichtlijn. De maatregelen zijn dan vereist om er voor te zorgen dat de habitats niet verslechteren (lid 2) en indien nodig om de habitats te verbeteren (lid 1).
Dezelfde maatregelen mogen dan niet ook nog eens (dus dubbel) ingezet worden als middel om verslechteringen te mitigeren.
Eigenlijk is vergunningverlening dus nog niet mogelijkHet maatregelenpakket dat minister Schouten heeft aangekondigd (voornamelijk: op basis van vrijwilligheid enkele veehouderijen saneren in de nabijheid van Natura2000-gebieden) zal volstrekt onvoldoende zijn om de N-depositie zo ver te laten dalen dat voor de habitats een goede staat van instandhouding bereikt kan worden. Eigenlijk is vergunningverlening dus nog niet mogelijk.
Op voorwaarde dat de aangekondigde maatregelen slechts tijdelijk zijn (laten we zeggen voor maximaal 1 jaar) en dat er nog veel meer maatregelen zullen volgen, is WBdP desondanks bereid om bepaalde vergunningen toch te accepteren: vergunningen waarbij de depositie duidelijk afneemt. Vergunningen waarbij de depositie gelijk blijft en waarbij tegelijkertijd het aantal dieren toeneemt, zijn volgens WBdP zeer twijfelachtig voor wat betreft de kans van slagen bij de rechter. Vergunning voor toenames van depositie kan al helemaal nog niet.
Een kanttekening daarbij: in midden en oost-Brabant is het niet erg dat op een individueel bedrijf de emissie-arme stalsystemen niet (volledig) voor emissiereductie worden ingezet, maar om meer varkens of kippen te gaan houden. Brabant heeft voor midden- en oost-Brabant geregeld dat er per regio geen varkens of kippen bij kunnen komen. Een bedrijf mag meer dieren gaan houden, maar dan dienen die extra dieren uit de eigen regio afkomstig te zijn. Per saldo wordt met de technieken dan toch emissiereductie bereikt. Deze maatregel is getroffen omdat ondanks de dierrechten in bepaalde regio's, zoals de Peel, het aantal dieren al jarenlang bleef toenemen. In west-Brabant en in andere provincies geldt zo'n stand-still per regio in het aantal dieren echter nog niet. Ook voor rundvee is nog geen stand-still per regio geregeld (wel landelijk via de fosfaatrechten). Het risico bestaat dan dat het resultaat van de stikstofmaatregelen die het Kabinet treft, weer (deels) teniet gedaan wordt door een regionale toename van het aantal dieren.
P.S.: tegen woningbouw heeft WBdP nog nooit geprocedeerd. De uitstoot van NOx (industrie, verkeer, woningbouw, e.d.) levert volgens het RIVM slechts een klein aandeel van de stikstofneerslag op de natuur. Van dat toch al kleine aandeel is de bijdrage vanuit de wonigbouw verwaarloosbaar. Verreweg het grootste aandeel van de stikstofneerslag (46% landelijk gemiddeld) wordt geleverd door de landbouw. Het betreft dan voornamelijk ammoniak (dus geen NOx) uit de dierenhouderij. Wanneer het aandeel buitenland (32%; ook voor de helft afkomstig uit de landbouw trouwens) buiten beschouwing gelaten wordt (want daar kan Nederland zelf niets aan doen en Nederland exporteert trouwens veel meer N dan dat het binnen krijgt), dan is het aandeel landbouw bijna 70%. Regionaal, zoals in de Peelregio, is dat aandeel waarschijnlijk nog groter.
Het bovenstaande neemt volgens WBdP niet weg dat alle sectoren hun bijdrage aan de reductie zullen moeten leveren, zeker ook vanwege bijv. de uitstoot van CO2, dat van belang is vanwege het klimaatprobleem.
Condities voor ontgrendelen
In een eerder vraaggesprek op Foodlog met Johan Vollenbroek (voorzitter van MOB), Wim van Opbergen en advocaat Paul Bodden werd al duidelijk dat zonder (tijdrovende) gebiedsgerichte aanpak of de welwillende medewerking van NGO's en burgergroeperingen Nederland vooralsnog op slot zit. Vollenbroek en Van Opbergen lieten in dat gesprek weten onder welke condities wat hen betreft het slot van de vergunningendeur kan.
Het Algemeen Dagblad zette vanmorgen nog eens keurig op een rij waarom boeren niet de schuld maar wel de belangrijkste oorzaak zijn van de atmosferische stikstofconcentratie boven Nederland.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
#4 Wiebren: waarom zegt het niks dat een ander land dit anders kan oplossen?
#4 Wiebren
Nederland had de tekst van de Habitatrichtlijn al in 1994 in nationale wetgeving moeten omzetten, maar was daarmee een beetje traag. De laatste veroordeling door het Europese Hof van Justitie ter zake dateert uit 2005. De Nb-wet met daarin het hele circus van vergunningverlening rond artikel 6:2 en de andere handelingen uit 6:3 is daarna aan Brussel voorgelegd ter goedkeuring. Dat ontlokte daar opmerkingen uit in de trant van: tja, had niemand aan gedacht, maar dat is ook een manier van implementatie. De goedkeuring kwam er omdat het geheel niet noemenswaardig in strijd leek met de richtlijnverplichtingen. Brussel bleef echter wel in gebreke door niet op te merken dat het rekening houden met economische vereisten uit de boot was gevallen. Er is onderhand voldoende jurisprudentie van het Hof om de tekst van de Habitatrichtlijn eenduidig te kunnen interpreteren.
Belangrijk te realiseren is dat het Brussel een zorg zal zijn als een Lidstaat meer wil doen dan de richtlijnen voorschrijven, zolang de doelen daarvan maar worden gehaald. Dat meer is in Nederland veel meer geworden. Er zijn daarbij twee zaken die ik verwijtbaar vind. Ten eerste dat onze overheid, i.c. de Minister van LNV, nooit duidelijk is geweest over het vele meer (alle relevante aanmeldingsgegevens werden onder pet gehouden) en daarvan blijft volhouden dat het allemaal Europese verplichtingen zijn, in plaats van ambities van een aantal ambtenaren en terreinbeherende organisaties. Ten tweede dat Brussel niet begrepen heeft dat de Nederlandse handelwijze het draagvlak voor Natura2000 behoorlijk, zo niet ernstig, heeft aangetast.
Ik pleit er in mijn open brief aan de Minister er om het onderscheid tussen verplichtingen en ambities expliciet te maken. Dat onderscheid is nooit aan de politiek voorgelegd. Politieke besluitvorming met inzicht in de consequenties heeft daarover dus nooit plaatsgevonden.
Twee onjuistheden bij de Stentor. Fraude bij kalveren en mest wordt op 1 hoop gegooid. Er wordt niet bij gezegd dat men 25% van de mest "kwijt"is. En over het percentage aandeel stikstof van de boeren. Het cijfer 42% over wat er neerdaalt in NL klopt. Er komt ook een flink deel uit het buitenland, waar wij overigens 4x zoveel naar toe blazen als omgekeerd. Van de NL productie stikstof komt 67% uit de landbouw.
Terecht punt van Lambert Polinder in de openingsreactie onder dit artikel. Met KDW als uitgangspunt blijf je plaatselijk saneren tot er niks anders meer over is als de beoogde habitattypes. En zelfs dan ben je er niet. Op andere plekken kan weer meer. Dat WEnR dat concludeert is dus niet opmerkelijk. Wat de studie iov WNF wel laat zien is dat er met pleisters plakken ook niks opgelost wordt.
De tweede helft van de reactie en daarmee ook die van Nico Gerrits gaat echter niet volledig op. Immers, het interpreteren van de richtlijntekst is nog niet hetzelfde als het juist uitvoeren van diezelfde richtlijn. Alhoewel ik respect heb voor de tekstexegese van Nico, is het wat mij betreft geen sluitende redenering. Het is waar dat een lidstaat zelf een voorstel mag doen voor implementatie, daarvoor is echter wel overeenstemming met Brussel nodig. Het is mij te simpel om te zeggen: dat kan heel anders want ik lees de tekst anders. De vraag is of Nederland het heel anders mág als dat onze overheid nu doet.
Die vraag moet je beantwoord krijgen. Ik weet uit ervaring dat dat niet zo simpel is als dat het lijkt. Kijk alleen al even naar de pleidooien voor een drempelwaarde waar Paul Bodden al duidelijk over was. Dat iets in een ander land wel kan en in NL niet zegt niks.
Alles op slot houden is voorlopig de beste optie... Geen verbetering en geen verslechtering.. geen winnaars geen verliezers alles ligt er over 5 jaar nog net zo bij als dat het nu ligt;.