Via twee onderzoeken, in Engeland en Nederland, werd gepeild wat wijndrinkers vinden van wijnkaarten. De resultaten tonen aan dat de traditionele opzet van die kaarten – een droge opsomming van namen, jaren en prijzen – weinig wordt gewaardeerd. Het Britse rapport, geïnitieerd door het kaasmerk Castello, schrijft dat ‘miljoenen mensen lijden aan het op-een-na-goedkoopste wijnsyndroom’ om enerzijds hun gebrek aan wijnkennis te verhullen en anderzijds niet vrekkig te willen lijken. Een op de vier restaurantbezoekers zegt van deze tactiek gebruik te maken. Voorts stelt een meederheid van de Engelse ondervraagden dat ze het kiezen de kaart als ‘stressful’ ervaren. Een op drie meent meer van wijn te weten dan de bediening. Ruim de helft daarentegen durft de ober niet om raad te vragen, uit angst een te dure wijn opgedrongen te krijgen – die dan toch besteld moet worden om gezichtsverlies te voorkomen.

Het Nederlandse onderzoek, uitgevoerd in opdracht van het Productschap Wijn, geeft juist aan dat de aanbeveling van de kelner als belangrijkste leidraad wordt beschouwd. Van degenen die tijdens een restaurantmaaltijd wijn drinken (negen van de tien ondervraagden uit een bestand van volwassenen die minstens eens per twee weken wijn gebruiken) volgt 44 procent het advies van de bediening. De twee andere belangrijkste keuzecriteria, met elk zo’n 15 procent, zijn het druivenras en de prijs.

Mede gezien deze feiten is het geen wonder dat veel Nederlandse restaurantgasten nogal wat kritiek hebben op Nederlandse wijnkaarten. Een meerderheid, 60 procent, geeft aan de kaartprijzen te hoog te vinden. De meeste gasten, 55 procent, zouden ook graag wijnsuggesties op de menukaart zien. En 41 procent wil meer wijnen per glas kunnen bestellen. Sowieso laat bijna 80 procent vrijwel altijd een huiswijn komen – reden waarom twee derde van de gasten de wijnkaart niet eens wil bekijken.


Bron: Hubrecht Duijker met dank aan bijzondererestaurants
Dit artikel afdrukken