De Nederlandse Gezondheidsraad adviseert elke dag een handje noten voor iedereen. Onder voedingsdeskundigen leeft de gedachte dat noten eten de hersengezondheid van ouderen verbetert. Vanuit die gedachte is het een klein stapje naar de hypothese dat het eten van noten ook een effect op het embryo zou kunnen hebben. Het is nieuw onderzoeksterrein en biedt onderzoekers nieuw werk.

De onderzoekers bekeken testuitslagen van 2.208 moeder-en-baby-paren. De moeders noteerden hoeveel noten ze hadden gegeten tijdens de zwangerschap. Hun kinderen werden getest op cognitieve vaardigheden, zoals intelligentie en geheugen, toen ze 1,5, 5 en 8 jaar waren.

De onderzoekers beoordelen het verschil in verstandelijke vermogens tussen niet-noten-baby’s en baby's van de moeders die meeste noten aten (gemiddeld ruim 70 gram) als ‘significant’. De invloed van het rook-, drink- en overige voedingsgedrag van de moeders woog niet mee in het eindoordeel. In vaktaal heet dat 'corrigeren voor bekende ruisfactoren' ('confounders'). Dat wordt gedaan om alternatieve oorzaken uit te sluiten. Een moeder die rookt en drinkt en geen noten eet, zou een minder slim kind kunnen krijgen als gevolg van haar rook- en drinkgedrag (bekende risicofactoren). De correctie sluit uit dat bijvoorbeeld roken en drinken in de statistische analyse op de achtergrond het effect van geen noten eten stiekem sterk kunnen bepalen. Niettemin biedt correctie geen enkele zekerheid dat er geen andere, nog onbekende of niet uit te filteren factoren op de achtergrond spelen die de analyse beïnvloeden.

Waarheden met een eigen leven
De onderzoekers zeggen daarom dat hun studie geen reden is om het voedingsadvies te wijzigen. Toch raden ze aan minstens drie keer per week noten te eten. Ze gaan zelfs alvast zover om een specifiek advies te geven: amandelen, walnoten en hazelnoten hebben de voorkeur.

Volgens het Voedingscentrum mogen die soorten noten tijdens de zwangerschap gegeten worden. Baat het niet, dan schaadt niet. Maar of er ook maar enige relatie is, blijft voorlopig de vraag.

Voor de Volkskrant schreef Maarten Keulemans afgelopen vrijdag een spannend artikel over het effect van blauw licht op een slechte nachtrust. Hoewel wetenschap en makers van smartphones en tablets zijn gaan denken dat blauw licht de boosdoener is, lijken de oorzaken van een slechte nachtrust niet in het licht te zitten, maar eerder in het gebrek aan 'langzaam dimmen' op tal van factoren.

Wie maatregelen nam en toch in zacht licht nog net voor het slapen bleef lezen, blijkt jarenlang te zijn 'bedrogen' door een waarheid die een eigen leven was gaan leiden.
Vooral in de voedingsleer barst het van die eigen levens in een steeds diffusere context waarin oorzaak en effect steeds moeilijker zijn vast te stellen.
Dit artikel afdrukken