Nederland importeerde in 2022 77% van zijn energie uit het buitenland, een record sinds het openen van de Staatsmijnen in Limburg in 1906 volgens de publicatie Ruim 200 jaar energieverbruik in Nederland in de reeks Statistische Trends van het CBS.

Het energieverbruik per inwoner was het hoogst tussen 1995 en 2010, en daalt sinds 2013. Deze daling hangt samen met het energiezuiniger worden van woningen en auto’s. Ook de mildere winters spelen een rol. In 2022, het jaar van de Russische inval in Oekraïne, viel het verbruik per inwoner (154 GJ per inwoner) zelfs terug tot het niveau van 1970, vooral vanwege dalend aardgasverbruik. Ons huidige verbruik ligt nog wel 11 keer hoger dan in 1800, toen het ongeveer 14 GJ was. Daar komt nog eens bij dat ons land rond 1800 2 miljoen mensen telde en nu 17,4 miljoen, bijna 9 keer zoveel. Dat komt erop neer dat het totale aantal inwoners van Nederland inmiddels bijna 100 keer zoveel energie gebruikt als de bevolking van 1800.


1960-1973: van 900PJ naar 2600PJ
Tussen 1960 en 1973 steeg het energieverbruik in alle sectoren van de economie explosief door het gebruik van de fossiele brandstoffen aardolie en aardgas. In 1960
was het totale verbruik in Nederland ruim 900 petajoule (PJ), in 1973 was dit opgelopen tot 2600 PJ. Na 1973 stokte de groei van het energieverbruik vanwege de eerste oliecrisis.

2010: 3470 PJ
Dat leidde tot een economische recessie en inspireerde tot aandacht voor energiebesparing, zoals het isoleren van woningen, autoloze zondagen en maatregelen in de industrie. Na tientallen jaren van gestage groei bereikte het energieverbruik in 2010 een historisch hoogtepunt van 3470 PJ. Vanaf 2013 daalde het energieverbruik, ondanks de bevolkingsgroei.
Tot 2018 was meer dan 90% van de verbruikte energie in Nederland afkomstig van fossiele brandstoffen. In 2022 was dit 83%. In de 17% niet-fossiel opgewekte energie zit een belangrijk deel biomassa.


Doordat er minder aardgas werd gewonnen in Groningen wordt al vanaf 2015 meer aardgas ingevoerd uit het buitenland. Uiteindelijk leidde tot de situatie waarin Nederland voor meer dan driekwart van zijn energiebehoefte moest importeren in 2022. Het CBS definieert de afhankelijkheid van een geïmporteerde energiesoort als percentage invoer in de totale som van eigen winning plus invoer. De berekening van de totale energieafhankelijkheid van Nederland is gebaseerd op het gewogen gemiddelde van alle energiedragers.

Nederland was al sterk afhankelijk van de invoer van steenkool en aardolie, en ook biomassa (zoals huisvuil) komt voor een deel uit het buitenland. Dankzij het eigen aardgas was Nederland lang relatief onafhankelijk van het buitenland. Dat tijdperk is nu voorbij. Inmiddels importeert Nederland grote hoeveelheden gas dat gewonnen wordt via fracking, een milieu-onvriendelijk proces, in de VS.
Dit artikel afdrukken