Tal van gunstige ontwikkelingen in de ‘reguliere’ landbouw kennen hun oorsprong in de biologische landbouw: minder gebruik van chemie, minder kunstmest, meer dierenwelzijn, meer verbinding met de directe omgeving. Kennelijk waren die pionierende bio-boeren niet op hun achterhoofd gevallen. Ze gaven een impuls tot vernieuwing van de landbouw.
De uitdaging: circulaire systemen
Biologische boeren gebruiken ook volop techniek, maar weloverwogen en passend in het systeemdenken. Geen gentech, zeker niet zolang de ‘beloften’ zoals hogere opbrengsten, droogteresistente en zouttolerante gewassen er maar niet komen, maar er behalve gemak en tijdelijk hogere inkomens voor grote boeren, vooral monoculturen, superonkruiden en -na enkele jaren- juist een hoger gebruik van bestrijdingsmiddelen ontstaat. Misschien is biologisch niet eens het belangrijkste en gaat het veeleer om een veel groter inzet: denken in circulaire systemen, in samenhang en aansluiten op de lokale omstandigheden, gebruik makend van lokale kennis. En leren en experimenteren.
Het gaat om innovatie
Productieverhoging in Europa is helemaal het vraagstuk niet. Een robuuste, weerbare landbouw, met hoge bodemvruchtbaarheid en veel biodiversiteit is dat wel. Een landbouw waar de rest van de wereld weer van kan leren. Dat is niet alleen ecologisch, maar ook economisch gunstig.
De bio-landbouw produceert ondanks dat daar in vergelijking met gangbaar nauwelijks in onderzoek is geïnvesteerd, zeer behoorlijk. Bovendien wordt altijd het gunstigste beeld van intensieve landbouw afgezet tegen de mindere kanten van bio-landbouw. Wat te denken van de massaal maïs in plaats van gras etende koeien in de VS met negatieve gevolgen voor gezondheid, milieu en onmogelijk te sluiten kringlopen die soja importeren uit Zuid-Amerika ten kosten van regenwouden en via onze veestapel mestoverschotten produceren in ons eigen land? Er is nog een lange weg te gaan waarbij de biologische landbouw als innovatieve aanjager zijn rol bewezen heeft gespeeld, terwijl ze dat met minimale middelen voor elkaar heeft gekregen.
De inzet: risicobeheersing
Geen enkel superzaad of landbouwsysteem gaat de wereld voeden omdat voedselproductie plaats vindt binnen een ecologische, sociale en culturele context. Het ontkennen daarvan en het zoeken naar uniforme oplossingen gedomineerd door enkele multinationals vormt de grootste bedreiging. Niet alleen voor de voedselproductie, maar ook voor de sociale samenhang. De werkelijke uitdaging zit in het creëren van diversiteit zodat de landbouw weerbaar blijft. Ieder groot, monolitisch systeem is immers kwetsbaar. Als er iets fout gaat, gaat alles fout. Daarom moeten we veel meer in termen van risico en risicobeheersing denken.
Geen zwart/wit
De oplossing van het wereldvoedselvraagstuk ligt in ontwikkelingslanden en verbeteringen in kennis, infrastructuur en de beperking van oogstverliezen. We zullen moeten inschikken met ons eetpatroon en ontkomen niet aan een lagere vleesconsumptie. En in sommige gebieden zullen een beetje kunstmest en chemie tijdelijk uitkomst kunnen bieden om tot productieverhoging te komen, maar dat moet niet leiden tot een vast systeem dat nog maar één kant uitkan: steeds grotere monoculturen die de resilience van het landbouwsysteem verder uithollen, terwijl de uitdaging van onze tijd is om die weer te vergroten.
Het gaat niet om een zwart-wit discussie. Zeker is dat de biologische landbouw een enorme impuls heeft gegeven en geeft aan de verduurzaming van de landbouw en dat het op z’n minst vreemd is dat dit altijd weer zoveel verbale agressie lijkt op te roepen. Alle kaarten op bedrijven als Monsanto en co en hun verledens met Agent Orange en DDT is onwenselijk. Alle kaarten op biologisch is onhaalbaar. Een groeiende groep vaak hoog opgeleide burgers voelt aan dat we op zoek moeten naar een nieuw evenwicht in onze voedselketen. Hun veranderende eetpatroon geeft ruimte aan een innovatieve en diverse groep boeren die het stempel immoreel van theoloog Bodelier niet verdienen. Ze verdienen als pioniers juist een hele grote pluim.
Fotocredits: Garage of Green Furrows, uitsnede, Ian Sane
Op 10 juli krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Geweldig artikel Bert, als we het SAMEN doen zijn de mogelijkheden ongekend.
Laten we de schouders er samen onder zetten, ik wil mijn nieuwe landbouwsysteem ontwikkelen en aanbieden aan iedereen, dus aan de wereld!
Wie durft mij te helpen? Het wordt nu tijd voor: Geen woorden maar daden.
LASTING FIELDS HET NIEUWE LANDBOUWSYSTEEM STEVERINK TECHNIEK
Het gevolg van het massale wereldwijde olie verbruik begint kwalijke vormen aan te nemen.
Er zijn dringend ingrijpende maatregelen nodig om meer in harmonie met onze aarde te gaan leven.
Mijn bedrijf Steverink Techniek ontwikkelt en bouwt vernieuwende machines voor land en tuinbouw.
Lasting Fields is ons nieuwe landbouwsysteem, dat vrijwel onafhankelijk is van fossiele brandstof.
Het werkt als volgt.
1. 200 liter diesel/hectare/jaar wordt volledig vervangen door zonne energie en koolzaadolie.
2. Onze machines zijn ultralicht en efficiënt. Ze verbruiken daardoor 50% minder energie.
3. De machines werken automatisch en autonoom.
4. De bodem wordt beschermd door deze lichte machines en komt in een natuurlijker staat.
5. Hierdoor is de bodem veerkrachtiger tegen verdrogen en verdrinken.
6. Het systeem leent zich goed voor biologische teelt.
7. Biodiversiteit geeft natuurlijker voedsel tegenover eenzijdige monocultuur.
8. De boer krijgt meer tijd om te organiseren en innoveren.
9. Met Lasting Fields ( duurzame velden ) bewegen we naar meer harmonie met de aarde.
Wie wil deze innovatieve uitdaging met mij aangaan?
Artist’s impression van ‘Lasting Fields’
Wim Steverink
Internet www.steverinktechniek.nl
Email wim@steverinktechniek.nl
Mijn vraag was meer een soort aanmaning. We kijken in mijn optiek met zijn allen teveel naar wie met de eer kan/mag strijken om zo uiteindelijk de euri van de consument in onze zak te steken. Ik zou graag willen dat we met zijn allen deze euri-drang ondergeschikt maken aan het samen als landbouwsector (niet-bio en bio) simpelweg erkennen dat er (toekomstige) uitdagingen zijn en daar samen een weg voor uit stippelen. En dan niet reageren dat we dat al doen, want de niet-bio en bio sectoren zijn eigenlijk bezig om elkaar naar elkaar te kijken. Wanneer beginnen we nu eens echt om met onze kennis en kunde de wereld te laten zien hoe het kan en helpen we die wereld met onze know-how, en als het even kan zonder ons eigen financieel beter worden voor ogen te hebben.
Wat me opvalt in de discussies is dat veel mensen een heel erg Nederlands perspectief hebben. Nogal wiedus kan je zeggen, maar ik mis toch echt vaak de grotere vraagstukken waar wij vanuit het veilige Nederland nog niet zo veel last van hebben. Het enorme klimaatprobleem waar het huidige landbouwmodel een belangrijke motor van is, het einde van het tijdperk van goedkope fossiele brandstof waar deze vorm van landbouw op drijft, de zorgwekkende versmalling van de genetische basis van de voedselproductie, het enorme gebruik van bestrijdingsmiddelen en de bijbehorende biouniformiteit, het op grote schaal verdrijven en vergiftigen van de plattelandsbevolking in Azie, Afrika en Zuid-Amerika en de aanslag op de nog resterende natuurgebieden. Die oorlog die voorspeld werd is al heel lang bezig, alleen hoef je dat niet te zien als je er ver van het front zit. Ondertussen is als je er op let de silent spring wel merkbaar om ons heen. Als je die zaken betrekt in de discussie verandert het perspectief drastisch en dan verdienen de bioboeren en pioniers inderdaad alle lof. Gelukkig is er een wereldwijd steeds sterker wordende beweging die je aardig kunt vatten onder de term Agro-Ecologie. Die heeft wel aandacht en beidt oplossingen voor bovenstaande problemen, en die slaagt er heel goed in de lokale productie op veel plaatsen waar het hard nodig is te verhogen, te verdubbelen, zodat de wereld zich op een gezonde manier kan voeden en handig gebruikt maakt van natuurlijke kringlopen. Maar daar verdient de Nederlandse handel niets aan, dus misschien zien we er daarom zo weinig van terug in dit land. Ik denk dat we er goed aan doen onze blik een beetje te verruimen, want er valt veel te leren van en samen met de vele boeren, wetenschappers, activisten en organisaties in de wereld die streven naar een duurzame en gezonde voedselproductie.
Pieter, kun je je vraag toelichten? Bert probeerde - als ik hem goed begrijp - nou juist vooruit te kijken en doet in dat licht een opmerkelijke uitspraak.
Waarom kijken we steeds achterom terwijl we vooruit moeten kijken?