Tijdens een bijeenkomst afgelopen week in Londen hebben de delegaties van de Europese Unie, de Faeröer, Groenland, IJsland, Noorwegen, de Russische Federatie en het Verenigd Koninkrijk overeenstemming bereikt over de beheersmaatregelen voor makreel, blauwe wijting en Atlanto-Scandische haring in de Noordoost Atlantische Oceaan voor 2022. Alle drie de bestanden aan vis hebben een totaal toegestane vangst (TAC) voor 2022 die is vastgesteld volgens het wetenschappelijk advies van de Internationale Raad voor het onderzoek van de zee (ICES). Alleen hoe die verdeeld gaat worden onder de landen die daar mogen vissen, staat nog niet vast.

Het is tamelijk ongewoon dat retailers zich naar onderhandelaars uitspreken over duurzame visserij. Deze bedrijven zien kennelijk het risico van het ontbreken van vangstafspraken
Overschrijding vangstlimieten
Al meer dan tien jaar slagen de staten die in de Noordoost Atlantische Oceaan vissen er niet in om vangstafspraken te maken die in overeenstemming zijn met de door wetenschappers vastgestelde duurzame limieten. Het resultaat is een afname van de populaties van makreel, haring en blauwe wijting. In totaal hebben de vangsten sinds 2015 de duurzame limieten met 4,8 miljoen ton overschreden. Alleen al dit jaar waren de quota voor makreel, Atlantisch-Scandinavische haring en blauwe wijting in de noordoostelijke Atlantische Oceaan boven de wetenschappelijk geadviseerde limieten gesteld met respectievelijk 41%, 35% en 25%. Een geluk is dat de bestanden aan vis er nog redelijk voor staan, ondanks het feit dat vissers veel meer vangen dan veilig is volgens wetenschappelijke experts.

Dit heeft ertoe geleid dat alle drie de visserijen hun duurzame certificering van de Marine Stewardship Council hebben verloren. Nu roept niet alleen de Britse visverwerker Youngs op tot duurzame visserij, ook supermarktketens als Tesco, Co-op, Aldi, Marks & Spencer en vismeelgiganten Skretting en Cargill lieten hun stem horen. Het is tamelijk ongewoon dat retailers zich naar onderhandelaars uitspreken over duurzame visserij. Deze bedrijven zien kennelijk het risico van het ontbreken van vangstafspraken.

Door klimaatverandering zwemt er nu meer vis bij IJsland, de Faeröer en Noorwegen. Die landen vinden dat ze nu een groter deel van het totale quotum mogen hebben, omdat er meer vis in hun wateren zit
Wie mag waar vissen?
De Noordoost Atlantische Oceaan is het hele zeegebied van IJsland tot aan de westkant van Noorwegen, Ierland en Portugal. Daar zwemt vooral vis in grote scholen: makreel, haring en blauwe wijting. De vissen houden zich niet aan land- of zeegrenzen: makreel migreert jaarlijks van IJsland tot aan Marokko. Het jaarlijkse quotum is uitgangspunt van een vaste verdeelsleutel onder de landen die visrecht hebben. Dit heet de zogenaamde ‘relatieve stabiliteit’. De verdeling is vastgesteld in de jaren zeventig van de vorige eeuw toen quota werden ingevoerd. Zo hebben de Nederlandse vissers behoorlijk veel vangstrechten voor makreel, hoewel die inmiddels nauwelijks meer voorkomt in de Noordzee. Dat maakt niet uit: ze mogen de vis ook aan de westkant van Ierland opvissen.

De klimaatverandering heeft de afgelopen jaren geleid tot verschuivingen in de verdeling van de vispopulaties. Daardoor zwemt er nu meer vis bij IJsland, de Faeröer en Noorwegen. Die landen vinden dat ze nu een groter deel van het totale quotum mogen hebben, omdat er meer vis in hun wateren zit. Ze gaven zichzelf daarom een hoger quotum dan waar ze volgens de oude verdeelsleutel recht op hadden.

Er is nu een algemene TAC (Total Allowable Catch) overeengekomen, maar de verdeling van de vangst blijft onopgelost. De landen die momenteel voordeel hebben van de oude verdeling (vooral landen van de Europese Unie) zijn niet bereid hun historische rechten in te leveren. De verdeling is al meer dan dertig jaar onveranderd, maar is niet echt meer in lijn met de realiteit. Het is duidelijk dat die ‘relatieve stabiliteit’ moet worden losgelaten. Maar wat het alternatief moet zijn weet nog niemand.

Begin 2022 komen de landen opnieuw samen. Dan zullen we zien of de dreiging van Youngs en de supermarkten echt effect gaat hebben. De lastigste taak, namelijk het herverdelen van de taart, moet immers nog gebeuren. En dat is al meer dan tien jaar niet gelukt. Toch is het cruciaal dat de landen van de Noordoost Atlantische oceaan laten zien dat ze lange termijn-beheersafspraken kunnen maken. Want als zij het niet niet kunnen, wie zijn ze dan om de rest van de wereld te dwingen tot beter visserijbeheer?
Dit artikel afdrukken