Natuur is overal om ons heen. Natuur is het stoepplantje tussen de tegels, de vlinders in de bloemrijke wegberm, de buizerd in de heg tussen de weilanden, het egeltje in de verwilderde tuin, de uitgestrekte loofbossen op de Veluwe, het veenmos dat de hoogvenen in Noord-Europa vormt, en het bodemleven in de droge valleien op Antarctica. De menselijke invloed is nooit ver weg, en er is geen ecosysteem meer op deze wereld waar de menselijke invloed niet voelbaar is. Die invloed varieert van een afdruk in de bodem van slash-and-burn landbouw 10.000 jaar geleden in de Amazone tot microplastics op de Noordpool.

Onaangetaste natuur bestaat niet meer.

Akkerkruiden meest bedreigd in ons land
In Nederland is veel van onze natuur gevormd door de mens. De planten die het meest met uitsterven zijn bedreigd zijn akkerkruiden, en een van onze waardevolste ecosystemen is de heide. De natuur in Nederland wordt met man en macht gemaakt en beheerd. Maakt dat deze natuur minder mooi, of minder het behouden waard? Nee, mensen hebben behoefte aan mooie natuur – natuur die fijn is om doorheen te wandelen en naar te kijken, natuur die verassend is, en natuur die dichtbij is. Die natuur is belangrijk voor de biodiversiteit, en kan ook prima cultuurlandschap, of gevarieerd boerenlandschap zijn.

Maar dat de menselijke invloed overal merkbaar is, betekent niet dat er geen wilde natuur bestaat – natuur waar de natuur zijn gang kan gaan. Grote aaneengesloten gebieden waar nauwelijks mensen komen, waar de natuur met rust wordt gelaten, waar je geen auto’s of vliegtuigen hoort, en waar natuurlijke processen weer een rol spelen. Dat is misschien wel de mooiste natuur.

De grootste vijand van biodiversiteit is homogenisatie, oftewel overal hetzelfde landgebruik of ecosysteem
Alles is natuur, maar niet alle natuur is hetzelfde. Verschillende natuurgebieden kunnen verschillende doelen dienen – recreatie, koolstof (CO2)-opslag, specifieke populaties of gemeenschappen van planten of dieren beschermen, waterberging – maar uiteindelijk is het beschermen van de biodiversiteit het hoofddoel. Dat doel hangt van de schaal af waarop we kijken: elk ecosysteem heeft een eigen kenmerkende vegetatie, bovengronds voedselweb en ondergronds voedselweb, met een totaal aantal soorten. Maar we willen niet overal hetzelfde type natuur, want dan zouden we overal dezelfde soorten hebben. Een diversiteit aan ecosystemen en landschappen zorgt ervoor dat we in totaal veel meer verschillende soorten hebben, met verschillende gemeenschappen en interacties.

Biodiversiteit is hoofddoel
De grootste vijand van biodiversiteit is homogenisatie, oftewel overal hetzelfde landgebruik of ecosysteem. Het is lastig om zonder ingrijpen en beheer een gevarieerd landschap terug te krijgen, omdat veel van de natuurlijke dynamiek die voor landschappelijke variatie zorgt nu ontbreekt. Maar in Nederland is regelmatig beheer ook nodig om de negatieve invloed van menselijke activiteiten te minimaliseren, bijvoorbeeld bekalken of steenmeel strooien om de effecten van verzuring te herstellen.

Hoewel actief beheer waarschijnlijk altijd nodig zal blijven, denk ik dat het creëren van landschappelijke diversiteit en de juiste omstandigheden voor de natuur die bij dat landschap – bodemsoort, hydrologie, en klimaat – past, de beste aanpak is. Daarvoor is een visie nodig voor wat we waarderen in een landschap, welke natuur we willen behouden, en of en hoe verschillende activiteiten kunnen samengaan in een landschap. Aan de hand van die visie – die bij voorkeur samen is ontwikkeld door alle belanghebbenden in dat landschap – kunnen de juiste omstandigheden gecreëerd worden voor de natuur. Op sommige plaatsen zal dat betekenen grote, aangesloten natuurgebieden met zoveel mogelijk herstel van natuurlijke dynamiek, in andere gebieden intensieve landbouw met een schil van natuurinclusieve landbouw en cultuurlandschap, en alle gradaties daar tussenin.

In Wat is ...? gaan we met bekende en minder bekende mensen op zoek naar wat hen motiveert om te ontdekken of we elkaar van daaruit weer kunnen vinden. Waarom we dat doen lees je in De ontdekking van de ander.
Dit artikel afdrukken