Boer Piet komt duidelijk uit voor zijn mening. Ook als dat onverwachte reacties oplevert.
Ik word bedreigd.
Afgelopen week was het weer eens prijs. Per post een pakketje met een dooie rat. Na de voorbije jaren meer van zulks, bepaalde brieven, venijnige verjaardagskaarten, kerstwensen. Het begon na deelname aan een klimaatmars eind 2015. Met een vol huisvlijt in elkaar geplakte brief met een Jihadi-John-afbeelding, die mij mijn kop af zou snijden. Deze extremist had dit letterlijk eerder in het IS-Kalifaat gedaan. We dachten aan een lugubere grap.
Als je het allemaal bekijkt, is het sneu en tegelijk amusant. Blijkbaar nemen mensen onze verzopen gewassen niet serieus en worden zelfs boos als je een feit meldt.
Wat wil dit eigenlijk zeggen? Iedereen is maar boos op elkaar. Boeren en burgers op elkaar. Burgers onderling. Boeren onderling, dat zag je bij veehouders de afgelopen 4 jaar. Extensief contra intensief. Iedereen meent het meeste recht ergens op te hebben; de ander moet buigen. Wel compassie willen bij eigen leed, maar blind zijn voor dat van de ander. Zo irriteren mijn verzopen aardappelen sommige boeren met andere belangen. Het is nog net niet dat die boeren ons onze misoogst gunnen. Hufterig.
De politiek speelt ook vaak de verongelijktheidskaart. Alle partijen doen aan cherry-picking met een bepaalde framing die doet denken aan het creëren van makkelijke vijanden. Een minderheid tot zondebok maken, met makkelijk populistische praat, met als doel een bepaald sentiment. Ook NGO’s doen dit.
Neem glyfosaat. Er zijn voor oranje velden zelfs meldpunten. Waar zagen we dat eerder? Doet me denken aan kopgeld voor een aangegeven jood in WOII. Kliklijnen voor gewoon toegestane praktijken. Waar moet dat heen met dergelijk institutioneel gedoogd NSB-gedrag?
Ik ben van het radicale Midden. Voor nuance is steeds minder ruimte. Dan denk ik aan Hannah Arendt en de Banaliteit van het Kwaad. Hoe je om moet gaan met extremisten. Dat je daar radicaal mee moet afrekenen. Het zijn juist de gematigde mensen die door hun labbekakkerigheid het extremisme de kans geven. Voor mij is extremisme het signaal een tandje bij te zetten.
Mij en mijn naasten echt bedreigen? Niet doen! Ik woon aan een doodlopende weg. Eén telefoontje en de weg is zo afgesloten. Ik zal proportioneel reageren. De dubbelloops is zo uit de kast gepakt.
Deze column van Piet Hermus verscheen vrijdag 26 april 2019 in boerenblad NieuweOogst.
Dit artikel afdrukken
Afgelopen week was het weer eens prijs. Per post een pakketje met een dooie rat. Na de voorbije jaren meer van zulks, bepaalde brieven, venijnige verjaardagskaarten, kerstwensen. Het begon na deelname aan een klimaatmars eind 2015. Met een vol huisvlijt in elkaar geplakte brief met een Jihadi-John-afbeelding, die mij mijn kop af zou snijden. Deze extremist had dit letterlijk eerder in het IS-Kalifaat gedaan. We dachten aan een lugubere grap.
Als je het allemaal bekijkt, is het sneu en tegelijk amusant. Blijkbaar nemen mensen onze verzopen gewassen niet serieus en worden zelfs boos als je een feit meldt.
Wat wil dit eigenlijk zeggen? Iedereen is maar boos op elkaar. Boeren en burgers op elkaar. Burgers onderling. Boeren onderling, dat zag je bij veehouders de afgelopen 4 jaar. Extensief contra intensief. Iedereen meent het meeste recht ergens op te hebben; de ander moet buigen. Wel compassie willen bij eigen leed, maar blind zijn voor dat van de ander. Zo irriteren mijn verzopen aardappelen sommige boeren met andere belangen. Het is nog net niet dat die boeren ons onze misoogst gunnen. Hufterig.
De politiek speelt ook vaak de verongelijktheidskaart. Alle partijen doen aan cherry-picking met een bepaalde framing die doet denken aan het creëren van makkelijke vijanden. Een minderheid tot zondebok maken, met makkelijk populistische praat, met als doel een bepaald sentiment. Ook NGO’s doen dit.
Neem glyfosaat. Er zijn voor oranje velden zelfs meldpunten. Waar zagen we dat eerder? Doet me denken aan kopgeld voor een aangegeven jood in WOII. Kliklijnen voor gewoon toegestane praktijken. Waar moet dat heen met dergelijk institutioneel gedoogd NSB-gedrag?
Ik ben van het radicale Midden. Voor nuance is steeds minder ruimte. Dan denk ik aan Hannah Arendt en de Banaliteit van het Kwaad. Hoe je om moet gaan met extremisten. Dat je daar radicaal mee moet afrekenen. Het zijn juist de gematigde mensen die door hun labbekakkerigheid het extremisme de kans geven. Voor mij is extremisme het signaal een tandje bij te zetten.
Mij en mijn naasten echt bedreigen? Niet doen! Ik woon aan een doodlopende weg. Eén telefoontje en de weg is zo afgesloten. Ik zal proportioneel reageren. De dubbelloops is zo uit de kast gepakt.
Deze column van Piet Hermus verscheen vrijdag 26 april 2019 in boerenblad NieuweOogst.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
#31 Dick. Nee hoor. Ik ben zelf verantwoordelijk voor mijn eigen daden en uitspraken. Maar dankjewel.
Gefeliciteerd Piet! Ik was mij inmiddels bezwaard gaan voelen door alle publiciteit waar ook wij aan hebben bijgedragen.
Na inname wapens, munitie, jachtakte en door mij ingediende zienswijze en babbelen met oom agent kan ik u melden dat de spullen terugkomen. Ik eiste in mijn zienswijze de spullen terstond retour inclusief begeleidende excuses, bloemen en taart. Dat laatste zit er niet in. Het was een goed, begripvol en prettig gesprek. Dat is ook altijd het beste. Ook hij en zijn collega's vonden het een interessante case. De man krijgt uiteraard van mij taart als hij de spullen terugbrengt. (Geen omkoping! Gewoon medemenselijk.)
Een weetje; Nooit heb ik geld betaald voor een jachtwapen. Maanden vergeet ik dat ik zo'n ding heb staan. Er staan 3 hagelgeweren op mijn akte, waarvaan eentje van een boerenbuurman, die het wapen had voor de zgn. schadelijk wildbestrijding, de zgn. oude artikel 53 en het dus niet meer mag hebben. Die wet is al een jaar of 15 a 20 dusdanig dat dat niet meer mag. Het ding staat hier. Ik heb er nog nooit mee geschoten.
De tweede is een erfstuk. Mijn ome Thieu, broer van mijn vader, erfde het van zijn ome Thijs. Deze laatste overleed ergens omstreeks 1972 op 86-jarige leeftijd. Het is dus een heel oud geweer, een Beaumont, een dubbelloops juxtapose (side-by-side). Mijn ome Thieu had geen jachtakte en zo kwam het op de akte van mijn vader. Mijn oom zei vervolgens tegen mijn vader, dat het voor hem was, omdat hij toch geen akte had en diploma.
Mijn vader had een tweedehands gekocht, een Margada, nadat zijn oude geweer een barst aan het einde had en deze laatste vervolgens inruilde. Het betrof ook een jaxtapose. De kolf van dit geweer was langer, dan de Beaumont. En het zal eenieder waarschijnlijk bevreemden, maar de kolf maakt het schot. Dat komt omdat de manier van schouderen namelijk de richting bepaalt. En omdat er een bepaalde mate van snelheid in de actie zit, omdat na ca. 45 a 50 meter hagel amper effectief is, bepaalt dat het resultaat. Als 'het wild' te ver is, moet je na een bepaalde afstand ook geen schot willen lossen. Goed kunnen schieten, is best een kunst. Ik heb heel wat gekluns gezien op dat vlak, vooral van de tijd dat sommigen nog geen diploma nodig hadden. Maar dat is al weer een tijd geleden. Mensen die al een akte hadden voor een bepaald jaartal, ergens begin jaren 70, hadden geen diploma nodig. (begin jaren 70, vielen er ook ruim 3000 doden in het verkeer op 2 miljoen auto's, kwam de autogordel in, de valhelm, de eerste alcoholcontroles, etc).
Toen ik 25 was ging ik eens op cursus, slaagde en sinds die tijd jaagde ik mee. Alle 2 de eigen wapens stonden op 2 jachtaktes van ons beide, mijn vader en ik. En toen pa stopte, stonden ze dus op de mijne. Op de kast ligt de tweedehands.
Gisteren was ik op Bevrijdingsdag op Radio1 bij het programma Kwesties m.b.t vrijheid van meningsuiting, bedreigingen om ca 20.00 u..