Die conclusie valt af te leiden uit de ontwikkelingen rond de Franse varkensprijs.
Half juni maakte de Franse overheid afspraken met de Franse slachterijen en supermarkten over de prijs van het varkensvlees. Die was zo ver onder de kostprijs gedaald, dat alleen een noodmaatregel de boeren van een faillissement kon redden. Afgesproken werd dat de prijs op circa €1,40 per kilo karkasgewicht moest komen te liggen. Dat is boven de prijs die in Europa geldt, maar die welwillendheids-'subsidie' was nu eenmaal nodig om de boeren niet meteen om te laten vallen.
Afgelopen maandag maakten La Cooperl en Bigard, de twee grootste Franse varkensslachters, bekend niet meer mee te willen werken aan die hogere prijsstelling. Vandaag liet La Cooperl weten bij dat besluit te blijven. Bigard wilde niet reageren, schrijft beursblad Les Echos.
'Geen oplossing op termijn'
De supers reageren anders. Leclerc en Intermarché, die beide over eigen slachterijen beschikken, laten vandaag weten nog wel mee te blijven doen. Dat zegt ook Casino die inkoopt bij onder meer La Cooperl en Bigard. Michel-Edouard Leclerc, bestuursvoorzitter van de super met dezelfde naam, zegt vandaag dat zijn bedrijf de prijssteun nog even volhoudt, maar dat het op termijn natuurlijk geen oplossing is. Ook de steun van de supers is dus een aflopende zaak.
Doodvonnis
Als er goedkoper varken in de markt is, dan moeten de te dure varkensboeren óf goedkoper worden óf verdwijnen. Nu drukken de maar liefst dubbeltjes goedkopere Duitse en Spaanse varkens de Franse uit de markt. Franse worst- en vleeswarenmakers kopen hun eigen varken niet meer en gaan het elders halen, zeggen ook de slachters die daarmee hun eigen doodvonnis tekenen.
Daarmee maken ze de Franse regering duidelijk dat die het probleem alleen maar in Europa kan oplossen: of het buitenlandse varken moet kunstmatig duurder worden gemaakt (maar daar is geen enkele reden voor) óf het Franse zal goedkoper moeten worden door minder regels te stellen.
Beide alternatieven zijn zinloos. Het eerste zal niet gebeuren en het tweede kan alleen maar lukken door de Franse boeren die al jaren een gat in hun balans voelen tevens van staatssteun te voorzien. Ze moeten hun verliezen van enkele jaren inlopen. Die oplossing is een no go, omdat het oneerlijk zou zijn naar met name Belgische en Nederlandse varkenshouders die het een beetje minder, maar bijna even moeilijk hebben als de Franse. Als die allemaal steun moeten krijgen, zullen Duitsland en Spanje - waar de in de afgelopen paar jaar opgebouwde hypermoderne varkenshouderij met Duits geld is gefinancierd - heftig en terecht protesteren
Dat maakt dat er slechts één oplossing rest: het aanbod van varkens in Europa als geheel zover terugbrengen dat de prijs op het minimale niveau van de Fransen komt.
Geen Verenigd Varkenseuropa
Dat lijkt dan ook de enige strategie voor een Verenigd Europa op het gebied van de varkenshouderij. Op 7 september hebben de Europese ministers van Landbouw het daar over. De kans dat zij die beslissing nemen, is minimaal. De Duitsers hebben namelijk eerlijk gewonnen. De andere landen zijn te onhandig geweest door kostenverhogende regels te stellen aan hun dierhouders. Op hun beurt hebben de boeren geen manieren weten te vinden om hun hogere kosten op een andere manier terug te verdienen.
Wat we in de Europese varkenshouderij meemaken is de winst van Duitsland. Het land heeft zijn kans schoon gezien om samen met Spanje nu als eerste Frankrijk uit de markt te drukken. Dat gaat even lucht bieden aan de Belgische en Nederlandse varkenshouderij die het ontstane tekort zullen kunnen invullen. Daardoor gaan de prijzen weer even beter worden.
Daarna begint het spel opnieuw en zijn de Belgen en Hollanders definitief aan de beurt en worden ook zij het slachtoffer van het Duitse varkensbeleid. Duitsland is de winnaar en wordt het varkensland van Europa, met Spanje onder de arm. Zo kunnen ze heel Europa bedienen.
Net als Griekenland, laat het varken zien dat Europa niet bestaat. Het wordt bestuurd door lokale baasje die allemaal verschillende regels toepassen. Helaas blijken die niet allemaal even sterk en met tact gekozen. Daardoor wint het land met de beste bestuurders en ziet de slimste en sterkste zakenman vanzelf de hele poet in zijn mik vallen. The winner takes it all, zegt het Engels zo mooi. Of het handig is voor de samenhang van Europa, is zeer de vraag.
Fotocredits: Beer, Marie A.-C.
Dit artikel afdrukken
Afgelopen maandag maakten La Cooperl en Bigard, de twee grootste Franse varkensslachters, bekend niet meer mee te willen werken aan die hogere prijsstelling. Vandaag liet La Cooperl weten bij dat besluit te blijven. Bigard wilde niet reageren, schrijft beursblad Les Echos.
'Geen oplossing op termijn'
De supers reageren anders. Leclerc en Intermarché, die beide over eigen slachterijen beschikken, laten vandaag weten nog wel mee te blijven doen. Dat zegt ook Casino die inkoopt bij onder meer La Cooperl en Bigard. Michel-Edouard Leclerc, bestuursvoorzitter van de super met dezelfde naam, zegt vandaag dat zijn bedrijf de prijssteun nog even volhoudt, maar dat het op termijn natuurlijk geen oplossing is. Ook de steun van de supers is dus een aflopende zaak.
Doodvonnis
Als er goedkoper varken in de markt is, dan moeten de te dure varkensboeren óf goedkoper worden óf verdwijnen. Nu drukken de maar liefst dubbeltjes goedkopere Duitse en Spaanse varkens de Franse uit de markt. Franse worst- en vleeswarenmakers kopen hun eigen varken niet meer en gaan het elders halen, zeggen ook de slachters die daarmee hun eigen doodvonnis tekenen.
Daarmee maken ze de Franse regering duidelijk dat die het probleem alleen maar in Europa kan oplossen: of het buitenlandse varken moet kunstmatig duurder worden gemaakt (maar daar is geen enkele reden voor) óf het Franse zal goedkoper moeten worden door minder regels te stellen.
Duitsland heeft zijn kans schoon gezien om samen met Spanje nu als eerste Frankrijk uit de markt te drukken. Dat geeft even lucht. Daarna zijn België en Nederland aan de beurt. Net als Griekenland, laat het varken zien dat Europa niet bestaat.Zinloze alternatieven
Beide alternatieven zijn zinloos. Het eerste zal niet gebeuren en het tweede kan alleen maar lukken door de Franse boeren die al jaren een gat in hun balans voelen tevens van staatssteun te voorzien. Ze moeten hun verliezen van enkele jaren inlopen. Die oplossing is een no go, omdat het oneerlijk zou zijn naar met name Belgische en Nederlandse varkenshouders die het een beetje minder, maar bijna even moeilijk hebben als de Franse. Als die allemaal steun moeten krijgen, zullen Duitsland en Spanje - waar de in de afgelopen paar jaar opgebouwde hypermoderne varkenshouderij met Duits geld is gefinancierd - heftig en terecht protesteren
Dat maakt dat er slechts één oplossing rest: het aanbod van varkens in Europa als geheel zover terugbrengen dat de prijs op het minimale niveau van de Fransen komt.
Geen Verenigd Varkenseuropa
Dat lijkt dan ook de enige strategie voor een Verenigd Europa op het gebied van de varkenshouderij. Op 7 september hebben de Europese ministers van Landbouw het daar over. De kans dat zij die beslissing nemen, is minimaal. De Duitsers hebben namelijk eerlijk gewonnen. De andere landen zijn te onhandig geweest door kostenverhogende regels te stellen aan hun dierhouders. Op hun beurt hebben de boeren geen manieren weten te vinden om hun hogere kosten op een andere manier terug te verdienen.
Wat we in de Europese varkenshouderij meemaken is de winst van Duitsland. Het land heeft zijn kans schoon gezien om samen met Spanje nu als eerste Frankrijk uit de markt te drukken. Dat gaat even lucht bieden aan de Belgische en Nederlandse varkenshouderij die het ontstane tekort zullen kunnen invullen. Daardoor gaan de prijzen weer even beter worden.
Daarna begint het spel opnieuw en zijn de Belgen en Hollanders definitief aan de beurt en worden ook zij het slachtoffer van het Duitse varkensbeleid. Duitsland is de winnaar en wordt het varkensland van Europa, met Spanje onder de arm. Zo kunnen ze heel Europa bedienen.
Net als Griekenland, laat het varken zien dat Europa niet bestaat. Het wordt bestuurd door lokale baasje die allemaal verschillende regels toepassen. Helaas blijken die niet allemaal even sterk en met tact gekozen. Daardoor wint het land met de beste bestuurders en ziet de slimste en sterkste zakenman vanzelf de hele poet in zijn mik vallen. The winner takes it all, zegt het Engels zo mooi. Of het handig is voor de samenhang van Europa, is zeer de vraag.
Fotocredits: Beer, Marie A.-C.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Marges staan onder druk in, ook in de US: "Average pork packer margins improved last week, averaging profitability of $10/head compared to $5/head seen during the week prior. Margins were profitable by nearly $14/head during this time last year.
De 10% Europese uitvoer wordt moeilijk:
https://twitter.com/Bananas4All/status/631478519407714304
Je benoemt een paar zeer cruciale punten op Dick die velen niet willen bekennen... En het is opvallend stil achter de linies !!
Luc, als TTIP rondkomt, is denkbaar dat de Amerikanen uiteindelijk de Duitsers pakken*. Dat is ongeveer de logica van het spel. De Amerikanen redden zich door hun grote interne markt en eigen voer wel. Vergeet het denken in termen van boeren. Die zijn Kanonenfleisch geworden nu het eenmaal zover is gekomen.
* niet voor 100%. Dat is logistiek niet mogelijk. Maar als overloop om hun eigen markt gezond te houden.
Hoe gaat dit nu verder werken? Het ziet er naar uit dat er minder varkens in de EU komen. En het veevoer dan? Bij (een klein beetje) minder varkens en een gelijkblijvende hoeveelheid veevoer, gaat de veevoerprijs zakken. En bij een lagere veevoerprijs stijgt de varkensvlees productie weer. Na een shake out van een percentage Europese varkenshouders gaat de productie van varkensvlees met hetzelfde volume gewoon door op een lager prijsniveau vanwege de ontstane lagere voerprijzen. Tot weer een nieuwe shake out.
En de akkerbouwers als veevoerproducenten zitten ondertussen met de gebakken peren.
Gewenst scenario?
Piet Hoogland: Ik lees bij jou steeds een verband tussen de veevoerprijs en de productie van dierlijke producten. Ik heb dat verband nooit zo sterk ervaren waarschijnlijk omdat het maar een zwak verband is. Tevens worden akkerbouwers door jou als veevoerproducenten betiteld; ik raad ze aan om producten te verbouwen die direct ingezet kunnen worden voor humane consumptie; de overblijvende schroten, schilfers, vezels, pulpen, gries en zemelen zijn goed genoeg voor veevoer.