Deze peiling onder de bezoekers van Boerenbusiness.nl is afgelopen week maar liefst ruim 2.900 keer ingevuld. Uit de resultaten komt onder meer naar voren dat het optreden van het Landbouw Collectief wordt gewaardeerd en een ruime meerderheid vindt dat LTO weer officieel onderdeel moet uitmaken van het samenwerkingsverband van agrarische belangenbehartigers. De partijen binnen het Landbouw Collectief hoeven hun samenwerking niet te intensiveren of een fusie na te streven. Slechts iets meer dan de helft van het aantal deelnemers (52%) is tevreden over hun huidige belangenbehartiger.

70 procent is voor een gekozen voorzitter
Voor gekozen voorzitter
Een ruime meerderheid van 58% is ook voorstander van diversiteit in de belangenbehartiging, oftewel een landelijke belangenbehartiger met sectorale doelen (zoals een LTO) naast belangenbehartigers die specifiek voor 1 sector opkomen. Opvallend genoeg is een overgrote meerderheid van de deelnemers (70%) voorstander van een gekozen voorzitter bij een belangenbehartiger. Nu worden de voormannen- en vrouwen van de organisaties nog amper gekozen uit een ledenstemming.

Een meerderheid (52%) van de deelnemers aan de mini-enquête heeft aangegeven uit de melkveehouderij afkomstig te zijn, gevolgd door de akkerbouw met een kleine 17%. Van de deelnemers is een kleine 43% lid van een LTO-organisatie en een kleine 30% van Farmers Defence Force. Hierbij moet worden gezegd dat de mini-enquête een steekproef is die door iedereen kon worden ingevuld. Zo is bekend dat bijvoorbeeld Farmers Defence Force en ook Agractie de link naar de enquête onder hun volgers hebben gedeeld met het verzoek deze in te vullen.

Verbetering belangenbehartiging
De open slotvraag 'Wat kan er verbeteren in de belangenbehartiging' is door een groot deel van de 2.900 deelnemers uitgebreid beantwoord. Hieruit komt vooral naar voren dat veel ondernemers wensen dat de alle organisaties in de belangenbehartiging goed met elkaar (blijven) samenwerken. En ook de eenheid naar buiten toe blijven bewaren. Menigeen geeft aan zich te hebben geërgerd aan organisaties die elkaar publiekelijk de maat nemen de afgelopen maanden. Of, zoals iemand schrijft: "Minder kinderachtig onderling gezeur."

36 procent ziet diplomatie als een probaat middel
Actievoeren wordt door 49% van de deelnemers gezien als een probaat middel om een statement te maken, maar ruim een derde (36%) hecht meer waarde aan een diplomatieke boerenlobby. In de reacties wordt de combinatie ervan als beste methode gezien. Met grote regelmaat komt evenwel de term 'met de vuist op tafel' terug in de reacties. Onderhandelen en diplomatie is prima, maar ook moet af en toe duidelijk worden gemaakt dat een grens is bereikt. Al vinden sommigen het geen goed idee om de hakken in het zand te blijven zetten. "Met de hakken in het zand, kom je geen stap verder", luidt de boodschap met de dubbele betekenis.

Heel veel deelnemers geven ook aan dat de communicatie naar de achterban bij de belangenbehartigers in het algemeen een stuk beter moet. Zij schieten nu vooral tekort in het meenemen van hun leden en volgers en het gebrek aan ruggespraak in een proces. "Voer het beleid vanuit de bottom-up gedachte en niet top-down", zo vat een deelnemers samen. Veel van de deelnemers willen ook beter op de hoogte worden gehouden van de behaalde resultaten.

Geen natuurlijke opvolger Calon
De tweede open vraag was wie Marc Calon moet opvolgen als voorzitter van LTO Nederland. Uit de bijna 3.000 suggesties viel niet 1 natuurlijke opvolger van Calon te halen. Namen die met enige regelmaat terugkeerden uit de eigen LTO-gelederen zijn die van Dirk Bruins (de huidige voorzitter van LTO Noord), Joris Baecke (voorzitter van onder meer de werkgroep LTO Plantgezondheid) en Trienke Elshof (portefeuillehouder gezonde omgeving bij LTO Nederland).

Dat Elshof vaak wordt genoemd, is geen verrassing omdat binnen Farmers Defence Force (FDF) bijvoorbeeld veel waardering is voor haar inzet binnen het Landbouw Collectief in het overleg met minister Carola Schouten. Ook de naam van Linda Janssen, voorzitter van de POV, wordt geregeld voorgedragen. Vanuit de FDF-sympathisanten wordt ook met enige regelmaat de namen van Jeroen van Maanen en Sieta van Keimpema geopperd. Ook de namen van Aalt Dijkhuizen, voorzitter van het Landbouw Collectief, Jan Cees Vogelaar, voorzitter van het Mesdag Zuivelfonds en Henk Bleker, de oud-staatssecretaris van Landbouw, komen af en toe langs.

Econoom een suggestie
Onder de lange lijst van suggesties valt vooral de naam van Elbert Dijkgraaf op. Het voormalig Tweede Kamerlid voor de SGP wordt het vaakst genoemd als persoon van buiten de agrarische sector. De 50-jarige econoom Dijkgraaf, die medio 2018 afscheid nam van het parlement en nu hoogleraar is aan de Erasmus Universiteit in Amsterdam, staat er bij een deel van de agrarische achterban dus goed op.

Eric de Lijster is hoofdredacteur van Boerenbusiness. Foodlog dankt Boerenbusiness om de enquêteresultaten ook hier te mogen publiceren.

De vragen en antwoorden uit de Boerenbusiness mini-enquête, inclusief een korte omschrijving:

vraag 1
1. Ruim de helft van de 2.919 deelnemers is afkomstig uit de melkveehouderij en 16,8% uit de akkerbouw. Daarna volgen de gemengde bedrijven en de varkensbedrijven.
vraag 2
2. Ruim 42,5% van het aantal deelnemers is lid van een LTO-organisatie, gevolgd door Farmers Defense Force met bijna 30%. Bij deze vraag waren meerdere antwoorden (dubbel-lidmaatschappen) mogelijk.
vraag 3
3. Een overgrote meerderheid (86,2%) noemt de vorming van het Landbouw Collectief gewenst voor het behartigen van de agrarische belangen in het stikstofdossier. Ruim 9% ziet het collectief niet als noodzakelijk.
vraag 4
4. In het optreden van het Landbouw Collectief in het stikstofdossier (zo trok het collectief zich onder meer terug als gesprekspartner van minister Carola Schouten) sluimert iets meer onvrede. Een grote meerderheid van ruim 72% noemt het optreden van het collectief goed, maar een krappe 20% geeft het Landbouw Collectief een matige beoordeling. Iets meer dan 5% is ontevreden over de prestaties van het collectief.
vraag 5
5. Tweederde van de deelnemers is het niet eens met het vertrek van LTO uit het Landbouw Collectief. Zo'n 23,5% staat echter wel achter de keuze van de LTO-bestuurders om uit het collectief te stappen.
vraag 6
6. Het vertrek van Marc Calon als voorzitter van LTO Nederland wordt ondersteund door een grote meerderheid van 83,5%. Slechts 6% is het oneens met het afzwaaien van Calon, die zelf opstapte doordat hij het vertrouwen bij een deel van de achterban miste. Die inschatting is op basis van deze peiling een terechte constatering.
vraag 7
7. Een kleine 71% van de deelnemers vindt dat LTO Nederland weer officieel deel moet uitmaken van het samenwerkingsverband van agrarische belangenbehartigers. Precies 19,5% is van oordeel van LTO niet meer terug hoeft te komen.
vraag 8
8. Het Landbouw Collectief moet niet intensiever met elkaar gaan samenwerken of aansturen op een fusie, zegt 56% van de deelnemers. Precies eenderde van de deelnemers vindt het echter wel een goed idee als de organisaties in het huidige pact de krachten nog verder gaan bundelen, met wellicht 1 organisatie tot doel.
vraag 9
9. Duidelijk is dat veel deelnemers de voorkeur hebben voor een combinatie van landelijke en sectorale belangenbehartigers. Ruim 24% is voor een landelijke belangenbehartiger met sectorale doelen (zoals bijvoorbeeld LTO nu opereert), 15% voor specifiek sectorale belangenbehartiging. 58% geeft de voorkeur aan een combinatie van beide. De ruim 1,5% die koos voor 'Anders' brachten geen specifiek nieuwe inzichten in.
vraag 10
10. Ruim 70% van de stemmers is voor een gekozen voorzitter van een belangenbehartiger. In de praktijk gebeurt dit tegenwoordig zelden en kiezen belangenbehartigers voor een aangestelde voorzitter via een sollicitatieprocedure. De behoefte om zelf de voorzitter te kunnen kiezen, lijkt op basis van deze peiling groot te zijn.
vraag 11
11. Deze vraag leverde op social media nogal wat ophef op, omdat hier niet de keuze kon worden gemaakt voor 'Een combinatie van beiden'. In de praktijk hebben veel deelnemers bij de aanbevelingen aangegeven dat een combinatie van actievoeren en diplomatie de beste methode is in de belangenbehartiging. Veel deelnemers vinden dat belangenbehartigers vaker 'met de vuist op tafel' moeten slaan. Zonder de optie van combinatie kiest 49% voor actievoeren en ruim 36% bewust voor diplomatie.
vraag 12
12. Een kleine 52% van de deelnemers verklaart tevreden te zijn over zijn of haar agrarische belangenbehartiger. Een kleine 33% verklaart echter ontevreden te zijn, dus daar ligt nog werk voor de belangenbehartigers.
vraag 13
13. Deze vraag is specifiek bedoeld om te peilen of de agrarische belangenbehartiger ook toegevoegde waarde biedt aan het agrarisch bedrijf en dus het persoonlijk belang van de agrarisch ondernemer. Dit heeft echter geen nieuwe inzichten opgeleverd ten opzichte van de vraag of de deelnemers tevreden zijn over hun belangenbehartiger. 50% geeft aan baat te hebben bij het werk van zijn of haar agrarische belangenbehartiger en 33% is van oordeel dat onvoldoende wordt opgekomen voor zijn of haar persoonlijk belang.

Dit artikel afdrukken