In de periode 2014-2018 is het marktaandeel kippenvlees met een onafhankelijk keurmerk bijna verdubbeld. "Het kippenvlees dat de supermarkten verkopen is veel meer dan enkele jaren geleden afkomstig van kippen die een beter leven hebben gehad. Het vlees is bovendien diervriendelijker geproduceerd dan het in 2013 gestrande initiatief van pluimveeproducenten en winkels, de ‘Kip van Morgen’", aldus Het Financieele Dagblad.
Met die aandacht voor de Kip van Morgen rechtvaardigt de ACM het vanwege concurrentievervalsing stopzetten van dat gezamenlijke project van producenten en supermarkten in 2013. Volgens de ACM zou "de consument meer gaan betalen voor een marginale verbetering van het kippenwelzijn", in andere woorden: een slechte deal voor kip en consument. Het feit dat er inmiddels veel mee kippenvlees in de schappen ligt dat een beter leven heeft gehad, betekent dat concurrentie tussen bedrijven dus ook verduurzaming kan bevorderen. "Daarbij hebben onafhankelijke keurmerken waar consumenten vertrouwen in hebben een belangrijke rol gespeeld, bijvoorbeeld het Beter Leven Keurmerk," zegt ACM-bestuursvoorzitter Martijn Snoep. "De ACM moedigt het gebruik van dat soort keurmerken aan bij de verdere verduurzaming van de voedselketen."
'Zieligste kip'
Volgens Wakker Dier is 'zielige kip' nog lang de wereld niet uit. De dierenwelzijnsorganisatie voert al jaren campagne tegen de plofkip, bij supermarkten, fastfoodbedrijven en fabrikanten. Vorige week nog signaleerde Wakker Dier nog dat de Nederlandse supermarkten consumenten het afgelopen half jaar "de verkeerde kant" op stuurden met méér aanbiedingen voor keurmerkloze kip dan de jaren daarvoor. Van de kipaanbiedingen was 69% voor kip-zonder-keurmerk. "Dit is een bizarre en onwenselijke ontwikkeling. Supermarkten duwen de consument bewust richting de zieligste kip,” aldus Anne Hilhorst van Wakker Dier.
Op 6 december krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Volkswagen claimt dat haar nieuwste (elektrisch aangedreven) model Co2-neutraal is geproduceerd. Zijn we imuun geworden voor dit soort duurzaamheidsleugens of willen we ze maar al te graag geloven?
Je vraagt wie het duurzaamheidslabel bepaalt, Dick.
Het label duurzaam is al lang gekaapt door het bedrijfsleven als nieuw verdienmodel voor helaas geen Co2-neutrale economische groei.
Los van of ze eraan verdienen of niet vind ik het positieve eraan dat de DB verantwoordelijkheid neemt en ook actief meewerkt aan veranderingen, ze zitten zo op de eerste rang om mee te praten en voelen tegelijkertijd ook de verantwoordelijkheid om het houderij systeem rendabel te houden.
WD daarentegen is de club die zich nergens aan bindt nergens verantwoording voor neemt en zowiezo altijd tegen blijft.
Zeker. Maar dat geldt ook voor plantaardige producten en hun weldoen voor de planeet; denk aan Planetproof en allerlei concurrerende private standaards. Het geldt ook voor CO2 (zie bijv. het label dat Unilever introduceert op producten).
Maar dus ook nee: het geldt niet alleen voor dierenwelzijn. Het geldt voor 'duurzaamheid' en 'OK zijn en doen'.
De vraag is: zijn die labels 'fout' en wie mag dat vaststellen?
Je zou dus kunnen zeggen dierwelzijn is een industrie geworden, Dick :-)
Bij #6 en #8 van Frank, je hebt zonder meer gelijk:
- welzijn is een markt geworden en er is te weinig discussie over wie de standaards bepaalt (zie ook de discussie over Unicef van gisteren, want dat is er net zo eentje)
- het is een model dat omzet en dus arbeidsplaatsen en geld oplevert als het aantal donateurs tekortschiet
Juist vanwege dat eerste punt proberen we nu samen met Ifama die discussie op een hoger niveau te tillen in de aanstormende verdigitalisering van de voedselketen (en dat gaat net zo'n grote impact hebben als de mechanisering, juist op basis van standaards).