Sandra van Kampen werkte vroeger bij Natuur & Milieu. Tegenwoordig bij Urgenda. Ze is namelijk veel liever vóór dan tègen. Bij Urgenda zijn ze dat. Voor de dingen doen in plaats van wachten en praten. Wat duurzaam eten is, weet niemand precies. Daarom besloot Sandra niet op een definitie te wachten of een eigen tuintje en eigen kippen te gaan houden, maar het gewoon te gaan doen. Dan ontdek je tenminste hoe het werkt, ook al zegt iedereen wat anders en is voor de één een plofkip duurzaam en voor de ander een biologische.

Tot 11 november, de zogenaamde Dag van de Duurzaamheid, schrijft Sandra 40 dagen lang over wat ze eet. Inmiddels zijn de eerste veertien versterken. Ze leerde inmiddels een paar behartenswaardige dingen. Water laat je gewoon uit de kraan komen. Da's dus pech voor Spa, Vittel, Sourcy en schijnbaar lieve, maar goed bedoelde maar onnozel onduurzame concepten als Earth Water die water in een doosje doen om geld op te halen voor pompen in Afrika. Dat kan ook via een collecte. Verder lees je het overal door haar ervaringen heen: duurzaam is gewoon weten wat je doet en je kop en fatsoen er een beetje bijhouden. Dat kan niet als je niet weet wat je eet.
Er blijft veel afval over, constateert ze. Geen paniek. Sandra: "Ik heb als doelstelling 'geen eten weggooien', maar de natuur heeft zelf vrij veel afval. Het gaat dus eerder om de kringloop, vermoed ik."

Gisteren ging ze naar de #undergroundboerenmarkt van Marjan Ippel, alias @talkinfood, in Amsterdam. Het licht ging schijnen: Aanvankelijk zat ik nog te rekenen. En ging ik navraag doen of de ingrediënten wel ‘duurzaam’ waren volgens mijn 40-dagen principes. Maar na een paar standjes heb ik dit helemaal laten varen. Tegen zoveel eerlijkheid, plezier in eten en lekker uitgestalde producten kon ik gewoon niet op. Ik vertrouwde er maar op dat het allemaal okay was en heb dus alles geproefd wat ik tegenkwam. Van de frambozen merengues, pasteitjes van snijbiet, courgettes in zoetzuur, peren clafoutis tot eerlijke boerenkaas van de zorgboerderij. Het was een markt zoals een markt kan zijn. Ik had geld, zij hadden eten. En ik vertrouwde erop dat het goed was. Met dit simpele principe kom je volgens mij een heel eind. Zo is dat. Tenzij je alles zelf wilt verbouwen en je hanen zelf de kop wilt afhakken (dat schijnt ze ook nog bij Urgenda-oprichster Marjan Minnesma in de achtertuin te gaan doen), moet je leveranciers kunnen vertrouwen. En ze scherp houden natuurlijk.

Zaterdag verzuchtte Sandra nog dat ze een coach nodig had. Hou r maar scherp. Als de wereld uit zulke mensen zou bestaan komt het vast wel goed.

Ze komt volgende week bij me langs. Om de boel eens na te lopen en te kijken of ik nog wat te zeiken heb. Ieder z'n rol. Duurzaamheid moet ook weer niet al te vrolijk worden. Het is een kwestie van geven en nemen, je verstand gebruiken en steeds de rommel weer helemaal opruimen en hergebruiken voor iets dat je later weer nodig hebt. Laten hergebruiken mag ook.

Nu dat alvast gezegd is - ik heb geen zin in zeiken - gaan we het vast hebben over dat scherp houden en vertrouwen.
Dit artikel afdrukken