Van 19 tot 24 mei waren in Gent honderden internationale experten in gewasbescherming samen voor het veertiende symposium van de International Union of Pure and Applied Chemistry, IUPAC. Universiteit Gent stond deze keer in voor de organisatie van hun vierjaarlijkse symposium dat telkens op een ander continent plaatsvindt. Tien thema’s kwamen aan bod, van resistentieontwikkeling en opkomende onkruiden tot de risicobeoordeling van gewasbeschermingsmiddelen en hun accumulatie in de omgeving. Naar communicatie ging de nodige aandacht, onder meer met een rondetafelgesprek over hoe de wetenschap rond dit thema transparant kan communiceren met het brede publiek.

Controversieel
Ook ontslagnemend Europees commissaris voor Gezondheid en Voedselveiligheid Vytenis Andriukaitis stond tijdens zijn lezing stil bij de communicatie, of zeg maar meteen de controverse, rond gewasbeschermingsmiddelen. De Litouwse politicus houdt de Europarlementsleden en de lidstaten daar mee voor verantwoordelijk. Zij willen zich niet altijd neerleggen bij een wetenschappelijke consensus. Andriukaitis: “Het lijkt politici soms niet uit te maken dat een maximum residulimiet (MRL) door wetenschappers bepaald is in functie van de veiligheid van ons voedsel. Ze zijn gewoon tegen elk spoor van gewasbeschermingsmiddelen in onze voeding. Deze beleidsmakers volgen de publieke opinie in plaats van de wetenschap. Zo houden we geen voedselveiligheidssysteem over.”

Het grote publiek onthoudt van gewasbeschermingsmiddelen alleen dat ze schadelijk zijn voor de biodiversiteit
Hij mist realiteitszin in het publieke debat, over gewasbescherming maar bijvoorbeeld ook over genetische modificatie. “A terrible topic in the EU”, zo omschreef de commissaris ggo’s die weggezet worden als ‘Frankenstein-voedsel’. Ook inzake gewasbescherming lijkt de nuance zoek. Tegenover 40 negatieve persartikels rond dit thema staat er amper één positief. “Dat maakt het heel lastig om de voordelen toe te lichten. Mensen begrijpen niet waarom gewasbeschermingsmiddelen belangrijk zijn voor onze voedselvoorziening. Men weet niet dat deze middelen voor de opbrengst erg schadelijke plantenziekten onder controle houden en duurzame landbouw ondersteunen.”

Het grote publiek onthoudt van gewasbeschermingsmiddelen alleen dat ze schadelijk zijn voor de biodiversiteit. Andriukaitis bestrijdt dat eenzijdige beeld, maar bepleit tegelijk een nog duurzamer gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Hij lijkt wat teleurgesteld te zijn in de implementatie door de lidstaten van een EU-richtlijn uit 2009 die daarvoor moest zorgen. “Zoals een dokter bij iedere patiënt een afweging maakt, zo moet een landbouwer omspringen met gewasbescherming. Het is niet altijd nodig om naar chemische oplossingen te grijpen. Als we willen vermijden dat het ene na het andere gewasbeschermingsmiddel in de ban gaat, dan moeten we landbouwers helpen bij een duurzaam gebruik en de mogelijkheden van precisielandbouw benutten. Wat het vertrouwen van de maatschappij betreft, dat kan de regelgever niet op zijn eentje herstellen”, legt de EU-commissaris de bal in het kamp van sector en wetenschap.

Communicatie met het brede publiek
Geconfronteerd met het Europees verbod op neonicotinoïden gaf de Nederlandse bietensector een staaltje overtuigende communicatie. Dick Veerman, moderator van het voedselnieuwsplatform Foodlog, legt uit dat Nederlandse akkerbouwers via sociale en andere media aantoonden dat hun bietenvelden aangevreten worden door het verdwijnen van de effectieve zaadomhulling met insecticiden. “Terug in de tijd”, zo omschreven de Nederlanders de volleveldse toepassingen van insecticiden met de spuitmachine. “De maatschappij wordt geconfronteerd met een probleem dat terugkeert op een manier die ze niet gewild hebben. Dat is heel overtuigend”, aldus Veerman.

Aimee Hood, voormalig medewerker van Monsanto en nu wetenschapscommunicator bij Bayer Crop Science, reisde van de Verenigde Staten naar Gent om hierover mee te debatteren. Haar bedrijf ligt onder vuur omdat het glyfosaat ontwikkelde, een herbicide waarvan sommige wetenschappers menen dat het kankerverwekkend kan zijn voor de mens terwijl anderen het middel veilig verklaren. De overheersende wetenschappelijke consensus luidt dat glyfosaat niet carcinogeen is. Ondertussen zit Bayer in een positie dat het dit niet meer uitgelegd krijgt. In rechtszaken ingespannen door gebruikers van glyfosaat kreeg de fabrikant tot dusver telkens ongelijk. Toch blijft Bayer het herbicide verdedigen. “Wij weten wat er zou gebeuren als glyfosaat wegvalt in de landbouw, maar het kost veel moeite om dit uit te leggen aan de buitenwereld. Het mag ons er niet van weerhouden om te blijven communiceren met burgers”, aldus Hood.

Wetenschappers bezondigen zich volgens professor Joost Dessein (UGent/ILVO) aan “arrogante communicatie” wanneer ze het grote publiek onwetend, om niet te zeggen dom vinden
Zij lijkt geen hoge dunk te hebben van het kennispeil van de doorsnee burger inzake gewasbescherming. Zelfs al heeft ze gelijk, dan nog kan die houding contraproductief werken. Wetenschappers bezondigen zich volgens professor Joost Dessein (UGent/ILVO) aan “arrogante communicatie” wanneer ze het grote publiek onwetend, om niet te zeggen dom vinden. Dick Veerman van Foodlog valt hem bij: “Wij wetenschappers hoeven mensen niet te zeggen hoe ze moeten denken. Draai het om, start bij de bezorgdheden van mensen en zorg voor een beter begrip.” De organisatie ‘Sense about Science’, opgericht om het publiek inzicht in wetenschap te verbeteren, toonde daarop een filmpje waarin Britse landbouwonderzoekers van Rothamsted Research activisten oproepen om een proefveld ggo-tarwe niet te vernietigen. Ze verdedigden hun levenswerk als een zoektocht naar landbouw die beter samenwerkt met de natuur. En ze vroegen de activisten waar hun weerstand tegen ggo's vandaan komt.

De parallel met het ggo-aardappelveld in Wetteren is snel gemaakt, met dat verschil dat de vernielzucht het hier won van de vraag om onderzoek een kans te geven. “Rond het thema genetische modificatie worden mensen meteen in een positie voor of tegen gedwongen. Je moet kiezen terwijl dat erg complex is”, zegt professor Dessein. “De uitdaging is om een debat toe te laten dat net zoals de realiteit complex is en zich niet beperkt tot simpele boodschappen.” Wat je nu ziet, is dat iedereen simplificeert: van wetenschappers tot drukkingsgroepen die claimen dat ggo’s onveilig zijn. “Het echte bezwaar van de tegenstanders kan te maken hebben met het wenselijke landbouwmodel of de invloed van het bedrijfsleven, maar te complexe argumenten worden uit het debat gehouden”, aldus Dessein.

De landbouwingenieur annex antropoloog bepleit een meer holistische aanpak bij het formuleren van onderzoeksvragen. En hij doet stilstaan bij de ‘framing’ van onderzoek: “De manier waarop je de vraag stelt, leidt tot een bepaald antwoord. Geen verkeerd antwoord, maar je moet er wel bij stilstaan dat een andere vraag tot een ander antwoord kan leiden.” Wetenschap reikt volgens Dick Veerman niet één maar verschillende oplossingen aan. “Toon ze, en laat ons vervolgens als samenleving debatteren over wat we willen. Schrappen we glyfosaat of willen we niet dat voedsel daardoor duurder wordt? Wetenschap is niet politiek wat de feiten betreft, maar in de manier waarop we de feiten gebruiken.”

Dit verslag van het IUPAC-congres verscheen eerder deze week op Vilt, de site van het Vlaams Infocentrum land- en tuinbouw.
Dit artikel afdrukken