"De laagopgeleide wordt steeds ongezonder", kopte de Volkskrant vorige week. De Raad voor Volksgezondheid en Zorg berekende dat het verschil in levensverwachting tussen mannen met een hogere beroeps- of wetenschappelijke opleiding en mannen met VMBO ruim 5 jaar bedraagt. De eerste groep is 9 jaar aan het einde van zijn leven niet meer in beste doen. De tweede echter bijna 13, ook al leeft die 5 jaar korter.
Da's 18 jaar ziekte en eerder dood versus maar 9 mindere jaren. Het dubbele. Er is dus echt iets aan de hand en het ligt aan de hoeveelheid en het soort eten dat mensen naar binnen werken. Slimme mensen redden zichzelf en eten niet alles wat ze zien. Domme wel. Zij zijn kanonnenvoer, inkomsten, voor de voedingsindustrie. Die wil immers dat er steeds meer verkocht wordt. Desnoods met labels als Light, minder vet of Vinkje. We moeten dooreten en steeds meer eten, want anders wordt het duurder en dan kopen we er minder van.
Ons kabinet ondersteunt die gedachte. Mensen, zegt het, zijn immers vrij en mogen zelf kiezen of ze zichzelf eerder ziek en dood eten. Dat doen ze dan ook bij bosjes, dat snapt u vast wel.
In de Volkskrant van zaterdag jl. geeft de Utrechtse filosoof Rutger Claassen aan dat het huidige kabinetsbeleid uitgaat van een beperkt begrip van keuzevrijheid. Hij maakt het verschil tussen negatieve en positieve vrijheid. Bij negatieve vrijheid mag de burger het allemaal zelf uitzoeken. In die wereld redden de sterksten en slimsten zich wel. Bij een positief vrijheidsbegrip helpt de overheid de niet zo snuggeren of handigerds bijna net zo slim of handig te worden als degenen die dat van nature zijn. Ben je dat, dan kun je kiezen wat beter voor je is.
En daar zit dus het probleem: wie moet je helpen als niet iedereen gelijk is? En hoe laat je opvoeding niet doorschieten in eindeloze bemoeizucht? De Raad voor de Volksgezondheid en Zorg deed een aantal suggesties. Volgende week debatteert de Tweede Kamer over het preventiebeleid van gezondheidsminister Schippers die echter niet wil spreken over de voorstellen van de Raad. De Raad wil betuttelen door echte preventie: een matige vettax die niet zal werken maar waarvan de opbrengsten worden ingezet om de voortdurende verleiding tot eten te beteugelen. De minister wil dat niet, ook al kost dat straks fors meer gezondheidskosten in de laatste jaren van het leven van verreweg de meerderheid van onze medemensen. Er zijn nu eenmaal meer bakken meer dommerds dan slimmerds.
Democratie betekent ook niet gelijken helpen gelijker te worden. Daar wil ons kabinet niet van horen omdat het opvoeden en weerbaar maken verwart met betuttelen. Onder het mom van de gelijkheid en keuzevrijheid van mensen, bevestigt ons kabinet hun ongelijkheid en kwetsbaarheid.
Domme dikkerds eten lekker door en zorgen goed voor de economie. Daarom mogen ze kiezen. Ze zijn koopvee. Niet- en minder-eters zijn niet goed voor de economie. Of dat klopt valt nog te bezien, maar zo denkt het kabinet. Anders zou het wel beter nadenken over wat vrijheid, gelijkheid en broederschap betekenen.
Fotocredits: Tony Alter
Dit artikel afdrukken
Ons kabinet ondersteunt die gedachte. Mensen, zegt het, zijn immers vrij en mogen zelf kiezen of ze zichzelf eerder ziek en dood eten. Dat doen ze dan ook bij bosjes, dat snapt u vast wel.
In de Volkskrant van zaterdag jl. geeft de Utrechtse filosoof Rutger Claassen aan dat het huidige kabinetsbeleid uitgaat van een beperkt begrip van keuzevrijheid. Hij maakt het verschil tussen negatieve en positieve vrijheid. Bij negatieve vrijheid mag de burger het allemaal zelf uitzoeken. In die wereld redden de sterksten en slimsten zich wel. Bij een positief vrijheidsbegrip helpt de overheid de niet zo snuggeren of handigerds bijna net zo slim of handig te worden als degenen die dat van nature zijn. Ben je dat, dan kun je kiezen wat beter voor je is.
En daar zit dus het probleem: wie moet je helpen als niet iedereen gelijk is? En hoe laat je opvoeding niet doorschieten in eindeloze bemoeizucht? De Raad voor de Volksgezondheid en Zorg deed een aantal suggesties. Volgende week debatteert de Tweede Kamer over het preventiebeleid van gezondheidsminister Schippers die echter niet wil spreken over de voorstellen van de Raad. De Raad wil betuttelen door echte preventie: een matige vettax die niet zal werken maar waarvan de opbrengsten worden ingezet om de voortdurende verleiding tot eten te beteugelen. De minister wil dat niet, ook al kost dat straks fors meer gezondheidskosten in de laatste jaren van het leven van verreweg de meerderheid van onze medemensen. Er zijn nu eenmaal meer bakken meer dommerds dan slimmerds.
Democratie betekent ook niet gelijken helpen gelijker te worden. Daar wil ons kabinet niet van horen omdat het opvoeden en weerbaar maken verwart met betuttelen. Onder het mom van de gelijkheid en keuzevrijheid van mensen, bevestigt ons kabinet hun ongelijkheid en kwetsbaarheid.
Domme dikkerds eten lekker door en zorgen goed voor de economie. Daarom mogen ze kiezen. Ze zijn koopvee. Niet- en minder-eters zijn niet goed voor de economie. Of dat klopt valt nog te bezien, maar zo denkt het kabinet. Anders zou het wel beter nadenken over wat vrijheid, gelijkheid en broederschap betekenen.
Fotocredits: Tony Alter
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Ik ben vast niet de enige die deze draad in verband brengt met de gifmeter draden. In den beginne was het goed dat de weetwatjeters deden, maar nu jagen deze weetwatjeeters de stuipen op het lijf van de minder diepgravende consument, jaagt 'r het groentenschap uit, de pakjeszakjesafdeling in en gedragen zich dan as-if-their-shit-doesn't stink. Ze zorgen er ook nog eens voor dat groenten door extra controles duurder zijn dan nodig, verdoezelen de statistische onkans dat een baby sterft door het eten van een prakje Chinese brocolli uit.
"Zeker voor deze groep consumentjes, die net als zwangere vrouwen extra kwetsbaar zijn voor de effecten van gif in groenten en fruit." Jeez, real tearjerkers in their copy. Had ik me nu zo voorgenomen om in 2011 niet pissig te zijn, net op de valreep lukt het deze relics uit de 70-ger jaren alsnog! Wat misten ze een kans om met correcte communicatie nieuwe consumenten het groentenschap in te jagen. Verdrietig. Gelijk hebben is een ding, zorgdragen is kennelijk een heel ander.
Hoe meer ik erover nadenk hoe meer ik denk dat de hele veronderstelling dat we ongezonder eten niet klopt. We hoeven niet meer hard te werken dat is het grootste probleem. Alleen onze eetcentrum in het brein en de spijsvertering snapt dat nog niet.
Een vettaks. Allereerst is het de vraag of we steeds slimmer worden of de eisen zijn aangepast, of dat lagere intelligentie leidt tot slechter eetgedrag of slecht eetgedrag leidt tot lager IQ etc. Maar dat is eerlijk gezegd muggenziften en niet de kern van het probleem. De vraag is of we het probleem van de laagopgeleide met een hogere mortaliteit en morbiditeit niet vanuit een iets hoger abstractieniveau moeten aanvliegen. Er is namelijk niets mis met het principe de vervuiler betaalt, dat wordt in veel gevallen uitgevoerd. Maar waar gaat het werkelijk om? Naar mijn idee is de kern het borgen van de toegankelijkheid en bereikbaarheid van onze basisbehoeften. En als we het hier over voeding hebben gaat dat vooral om onze natuurlijke, biologische, gezonde of geef er een naam aan voeding. Ook hier denk ik dat we met elkaar voor 80% eenvoudig overeenkomen wat gezonde voeding zou zijn. Laten we dan daar beginnen en niet met de 20% verschil van inzicht.
Die toegankelijkheid is niet geborgd. Maar is natuurlijk wel te borgen als we besluiten ongezonde en onnatuurlijke voeding een ander belastingtarief op te leggen. En vervolgens transparant, één op één die inkomsten gebruiken om die toegankelijkheid te borgen middels subsidie op gezonde voeding. Daar gaat het vaak mis, het geld wordt vaak gebruikt voor begrotingsgaten. Op die manier zou kunnen worden gegarandeerd dat een gezonde maaltijd (met 200 gr groente, 200 gr fruit per dag en 2x per week vis) dagelijks €1,- kost. En de pizza ernaast €6. Wil men iets anders eten dan kan dat maar wel tegen een heel andere prijs. Daarmee wordt gezond eetgedrag beloond en de vrije keuze blijft overeind. Roken kan ook maar ook tegen een prijs, milieuonvriendelijk rijden idem dito. Dat het kan werken heeft de milieuvriendelijke auto overigens aangetoond. Geen wegenbelasting, lage bijtelling, geen BPM en plots was iedereen milieubewust aan het rijden. Het werd zelfs een succes, het doel bereikt en toch afgeblazen, dat is politiek. De realiteit is dat kosten een belangrijke rol spelen bij keuzes. Één appel is misschien goedkoper maar niet een hele maaltijd volgens de huidige adviezen.
Daarnaast is het misplaatst om tegen lagere inkomens te zeggen dat ze dan maar geen mobiel, geen auto moeten kopen of niet moeten roken. Dat is pas echte beperking van keuze.
Maar waar het echt om gaat is de toegankelijkheid van gezond eten. Met de stijgende voedselprijzen zal die toegankelijkheid steeds meer afnemen en de massa die ongezond eet vergroten. Overigens is zeer de vraag of stijgende voedselprijzen nodig zijn als we gebruik zouden maken van de grootste hoeveelheid landbouwgrond die we hebben en 70% van de aarde bedekt, onze wereldzeeën. Mits we ze net zo onderhouden als onze aquaria.
Dit zijn de grondrechten op basis waarvan een dergelijke keus gerechtvaardigd is.
Artikel 35 Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie is duidelijk:
“Bij de vaststelling en uitvoering van het beleid en de maatregelen van de Unie wordt een
hoog niveau van bescherming van de menselijke gezondheid gewaarborgd”
In dezelfde grondrechten staat vervolgens Artikel II-95:
Eenieder heeft recht op toegang tot preventieve gezondheidszorg .. (EN VOEDING IS VOORAL PREVENTIEF)
En voor kinderen artikel 24:
“Kinderen hebben recht op de bescherming en de zorg die nodig zijn voor hun welzijn”
Mij lijkt de tijd al lang gekomen om een dergelijke toegankelijkheid borging in te voeren. Regeren is vooruitzien alleen is de vooruitziende blik vertroebeld door allerlei oneigenlijke (economische) belangen. Overigens zijn er wel een aantal voorwaarden noodzakelijk voorafgaand aan de invoering, maar dat hoort in een ander blog denk ik.
Een appel is veel goedkoper dan een kroket, een half pond aardbeien in het seizoen twee maal zo goedkoop als een bak patat. Terwijl je je gezondheid een enorme boost kunt geven door die bak aardbeien te kopen i.p.v. patat gebeurt dit niet.
Dat heeft dus niets te maken met de prijs.
Tweede bezwaar tegen deze regeling is dat de overheid op discutabele gronden beslist welke vetten goed of slecht zijn. Melkvetten worden volkomen onterecht in het verdomhoekje gezet.
Daarbij komt dat de doelgroep - de laagste inkomens - de kaas op hun brood niet meer kunnen betalen... (gezien ook alle andere maatregel die het kabinet voor hun in petto heeft) en noodgedwongen met suiker en halvarine gaan beleggen...
Dick: je zou je bezwaren niet overboord mogen zetten. Financiering van 'voorlichting' zou uit een heel andere hoek moeten komen (en bestaande zaken zouden niet wegbezuinigd mogen worden t.b.v. de banken). Bovendien is een 'systeemtransitie' die uitgaat van onwetenschappelijke kul, niet een die je zou moeten ondersteunen.
Maatregelen zijn op heel ander vlak mogelijk - te beginnen met de scholen (zie de voorbeelden in de UK in Frankrijk). Maar met de huidige regering wordt alles een puinhoop.
Henk, ik heb hier meermalen duidelijk gemaakt geen oplossing te zien in een vettax. De ontsnappingsmogelijkheden en het kwaad daarvan zijn waarschijnlijk erger dan de remedie. Je moet het systeem veranderen en niet de kaduke onderdelen een beetje reparereren. Daarmee verduurzaam je het probleem.
Als een vettax echter middelen op zou leveren om de financiering van een systeemtransitie te bekostigen, geef ik mijn weerstand op in de hoop op iets beters.
Peter, dat doet de krant vast niet omdat er nog altijd een fors numeriek en lichamelijk overgewicht zit onder lager opgeleid.