Het niet geuite protest waar ik het meest spijt van heb is dat tegen het verdwijnen van de Japanse pinda van Duyvis. Eerst waren er drie soorten, toen nog maar één en toen nul. Ik voel mij medeschuldig.
De mens is een klaagdier. In Nederland wordt dat zo goed aangevoeld dat we het als een nationale eigenschap zijn gaan zien. In Jeruzalem hebben ze er zelfs een monumentale muur voor gebouwd. Het probleem van klagen is dat het vaak achter de rug om gaat. Tik in je zoekvenster het woord "klaagcultuur" en je vindt allerlei pagina's over management. Het is dus een verschijnsel dat beteugeld moet worden, net als onze neiging tot doodslag en plassen in het openbaar.
Je managet klachten door mondigheid te bevorderen. Richt een medezeggenschapsraad op, dan houden ze bij het koffiezetapparaat hun bek. (Ook al blijft de koffie viezer dan op het station - catering staat kennelijk niet op de agenda van de OR).
"Kom op met je klacht!" roept Albert Heijn. Als je iets niet zint, wat dan ook, waarom dan ook, spuug het uit en kom ermee naar de sigarettenbalie. Je krijgt zonder probleem je geld terug.
Ik wilde dat bijna een keer gaan uitproberen nadat ik een onvoorstelbaar waterige paprika uit het cellofaan had gehaald. Maar ik zag me daar al staan in de rij met mijn vrucht en mijn bonnetje. En dus klaag ik er nu maar hier over. Ik ga bijna nooit met mijn klacht naar de afzender. Ik ben een enkele keer weggelopen uit een restaurant en ik heb weleens een bord teruggestuurd, maar had daar veel vaker reden toe. Bij de Kiosk op het station koop ik toch weer die kutkoffie. Dan vragen ze daar: "Wilt u daar iets bij te eten bestellen? Een sandwich misschien?" Dan denk ik "Neeeeeee, aan die smerige voorverpakte rommel waag ik mij niet meer." Dat denk ik, maar ik zeg er niets van. Ik klaag er elders over. Op de verkeerde plek.
Van de week ben ik weggelopen bij het Vispaleis toen ze weigerden om mijn broodje ter plekke vers te beleggen. "Meneer, die broodjes hebben we vanmorgen vers belegd." Het was na drie uur. Ik haat voorbelegde broodjes. Ik ben apetrots dat ik een punt heb gemaakt door weg te lopen. Maar het is nog geen echt protest. Ik zou als het konijntje bij de bakker elke week terug moeten gaan tot ik mijn zin krijg of dat ze mij een winkelverbod opleggen. En dan nog, een Jan Palach ben ik niet.
Als je op "protestgeneratie" googelt, kom je dan ook niet op mijn leeftijdsgroep terecht. Je komt uit bij de hippies, de generatie, schat ik zo in, van Johannes van Dam en Wouter Klootwijk. Zij protesteren beide nog uit routine. Van Dam legt in elke eetrecensie uit hoe je het als restauranthouder beter kunt doen. Het helpt helaas niet echt, stap in Amsterdam niet zomaar een restaurant in. Klootwijk riep kranten- en webloglezers op om uit protest tegen het niet doorserveren van brood massaal in het bijzijn van de bediening het bord leeg te likken. Dat was alweer twee jaar geleden en voor zover ik het heb kunnen waarnemen, is er geen steek veranderd. Opnieuw: helaas.
Er lijkt geen beweging te ontstaan die massaal nee gaat zeggen tegen slecht eten. Een eetprotestgeneratie. De rest van de protestgeneratie doet niet meer mee, die zit allang zelf lui in een mooi baantje of in een pensioenhuisje in Frankrijk of Toscane slow te eten. De latere generaties eetprotesteren ook niet massaal. Hoe is het tij te keren? Het wordt toch weer eens tijd? Misschien niet om het haar te laten groeien, een spijkerpak te kopen, buttons tegen een tropische oorlog te gaan dragen, je sporadisch te wassen en naar San Fransisco te gaan. Maar wel om massaal te protesteren tegen bleek afbakbrood, smakeloze groentes, nepkaas, insecten in je Fristi, streeknep, nepstreek, het Vitaaltje, suiker in de mayonaise, stopverfmosterd, schreeuwthee, nepotistische osse(n)worst, de Gyros-i-sering van de binnensteden, verboden op kaas met wurmen en bonitoschaafsel, caféewijn, boter zeggers tegen Bona, het verdwijnen van de Japanse pinda. Er is genoeg te klagen om het Malieveld vol te krijgen.
Leuker is het om massaal je klaageten terug te brengen naar de supermarkt. Doe het!
Dit artikel afdrukken
De mens is een klaagdier. In Nederland wordt dat zo goed aangevoeld dat we het als een nationale eigenschap zijn gaan zien. In Jeruzalem hebben ze er zelfs een monumentale muur voor gebouwd. Het probleem van klagen is dat het vaak achter de rug om gaat. Tik in je zoekvenster het woord "klaagcultuur" en je vindt allerlei pagina's over management. Het is dus een verschijnsel dat beteugeld moet worden, net als onze neiging tot doodslag en plassen in het openbaar.
Je managet klachten door mondigheid te bevorderen. Richt een medezeggenschapsraad op, dan houden ze bij het koffiezetapparaat hun bek. (Ook al blijft de koffie viezer dan op het station - catering staat kennelijk niet op de agenda van de OR).
"Kom op met je klacht!" roept Albert Heijn. Als je iets niet zint, wat dan ook, waarom dan ook, spuug het uit en kom ermee naar de sigarettenbalie. Je krijgt zonder probleem je geld terug.
Ik wilde dat bijna een keer gaan uitproberen nadat ik een onvoorstelbaar waterige paprika uit het cellofaan had gehaald. Maar ik zag me daar al staan in de rij met mijn vrucht en mijn bonnetje. En dus klaag ik er nu maar hier over. Ik ga bijna nooit met mijn klacht naar de afzender. Ik ben een enkele keer weggelopen uit een restaurant en ik heb weleens een bord teruggestuurd, maar had daar veel vaker reden toe. Bij de Kiosk op het station koop ik toch weer die kutkoffie. Dan vragen ze daar: "Wilt u daar iets bij te eten bestellen? Een sandwich misschien?" Dan denk ik "Neeeeeee, aan die smerige voorverpakte rommel waag ik mij niet meer." Dat denk ik, maar ik zeg er niets van. Ik klaag er elders over. Op de verkeerde plek.
Van de week ben ik weggelopen bij het Vispaleis toen ze weigerden om mijn broodje ter plekke vers te beleggen. "Meneer, die broodjes hebben we vanmorgen vers belegd." Het was na drie uur. Ik haat voorbelegde broodjes. Ik ben apetrots dat ik een punt heb gemaakt door weg te lopen. Maar het is nog geen echt protest. Ik zou als het konijntje bij de bakker elke week terug moeten gaan tot ik mijn zin krijg of dat ze mij een winkelverbod opleggen. En dan nog, een Jan Palach ben ik niet.
Als je op "protestgeneratie" googelt, kom je dan ook niet op mijn leeftijdsgroep terecht. Je komt uit bij de hippies, de generatie, schat ik zo in, van Johannes van Dam en Wouter Klootwijk. Zij protesteren beide nog uit routine. Van Dam legt in elke eetrecensie uit hoe je het als restauranthouder beter kunt doen. Het helpt helaas niet echt, stap in Amsterdam niet zomaar een restaurant in. Klootwijk riep kranten- en webloglezers op om uit protest tegen het niet doorserveren van brood massaal in het bijzijn van de bediening het bord leeg te likken. Dat was alweer twee jaar geleden en voor zover ik het heb kunnen waarnemen, is er geen steek veranderd. Opnieuw: helaas.
Er lijkt geen beweging te ontstaan die massaal nee gaat zeggen tegen slecht eten. Een eetprotestgeneratie. De rest van de protestgeneratie doet niet meer mee, die zit allang zelf lui in een mooi baantje of in een pensioenhuisje in Frankrijk of Toscane slow te eten. De latere generaties eetprotesteren ook niet massaal. Hoe is het tij te keren? Het wordt toch weer eens tijd? Misschien niet om het haar te laten groeien, een spijkerpak te kopen, buttons tegen een tropische oorlog te gaan dragen, je sporadisch te wassen en naar San Fransisco te gaan. Maar wel om massaal te protesteren tegen bleek afbakbrood, smakeloze groentes, nepkaas, insecten in je Fristi, streeknep, nepstreek, het Vitaaltje, suiker in de mayonaise, stopverfmosterd, schreeuwthee, nepotistische osse(n)worst, de Gyros-i-sering van de binnensteden, verboden op kaas met wurmen en bonitoschaafsel, caféewijn, boter zeggers tegen Bona, het verdwijnen van de Japanse pinda. Er is genoeg te klagen om het Malieveld vol te krijgen.
Leuker is het om massaal je klaageten terug te brengen naar de supermarkt. Doe het!
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Dank U Jurgen, en vivat Cinetone Café in Duivendrecht
Van dit soort berichten krijg ik de indruk dat men hier van mening is dat de consument troep en slechte service opgedrongen wordt.
Dat geloof ik dus niet, de gemiddelde consument is tevreden met een waterige paprika, laf appeltaartje etc etc. Foodloglezers willen meer. Horeca met slechte service verdwijnt vanzelf.
Een probleem ontstaat alleen wanneer er geen concurrentie meer is en monopolisten de markt beheersen. Dat is nog niet het geval. Dat AH oppermachtig is komt doordat de consument te lui is om naar een andere winkel te gaan.
Verschrikkelijk dat ik dit soort kapitalistische praat uit overigens...
Ik klaag zelf zelden maar kom gewoon niet terug of koop de waren niet meer. Gunstig incident vorige week, nadat de ober informeerde hoe de prosecco gesmaakt had vertelde ik hem eerlijk dat ie futloos en geoxideerd smaakte. De fles werd geproefd door het personeel, ook afgekeurd en we kregen een nieuw glas uit een nieuwe fles van het huis. (Cinetone cafe Duivendrecht)
Sterker nog, GJ, het is een ongehoord mooie basis voor product- en dienstontwikkeling. Co-makership noemen consultants dat. Maar dan veel spontaner. Ik denk dat onze lezeres blij was met het feit dat ze bij heeft kunnen dragen aan een correctere communicatie van AH. Wat een kansen, zou ik als marketeer zeggen.
Voorbeeld: mijn vrouw kocht net een doos Excellente truffels van AH (de smaak is zeer gemiddeld, maar het is makkelijk meepakken en best lekker bij de al even makkelijke Ristretto van Nespresso). Ik probeer de doos open te maken en denk dat hij twee flappen heeft om open te maken. Neem een mes om de verpakking open te snijden. Gevaarlijk. Nog gevaarlijker, want het blijken vier flappen te wezen. Ik erger me daaraan. Wat zou ik blij wezen en wat zou AH me helemaal doen bewegen nooit meer echt lekkere truffels te kopen als ze dankzij deze opmerking een betere verpakking zouden maken. En echt, dat moet want de huidige is errug onhandig.
"Wij zijn dol op klanten die klagen want"
Mijn allereerste baas zei het zo: "Een klagende klant is een enorme meevaller. Dat is namelijk iemand die bij je terug wil komen en je de mogelijkheid aanreikt om je product en/of service zo te verbeteren dat hij dat kan. Veel beter dus dan een klant die zijn mond houdt en gewoon wegblijft zonder dat jij weet wat je fout hebt gedaan".
Ik koester die uitspraak tot op de dag van vandaag.
Ik erger me trouwens ook aan Nederlands zonder trëma's. :-)
DV: ik kruip even in jouw comment GJ, om nog een testje te doen met een woord als ingrediënt als acte de présence van mijn soortgelijke ergernis (en de K..taak om die hiërogliefen er weer uit te vissen)