Boelema: 'schadelijkheid ten onrechte veralgemeniseerd'
Die onderzoeken hebben voor een vertekend beeld gezorgd, stelt promovenda Sarai Boelema. Er werd namelijk vooral gekeken naar jonge alcoholisten ('comazuipers'), in vergelijking met niet-drinkers. Boelema volgde voor haar promotieonderzoek een dwarsdoorsnede van de Nederlandse jeugd. Daar zaten zowel drinkers als niet-drinkers bij.
"Jongeren die vroeg beginnen met drinken, presteren niet slechter dan niet-drinkers", zegt neuropsychologe Sarai Boelema op BNR, op basis van haar langlopend onderzoek naar 2.230 Nederlandse jongeren. De bij de onderzoeken naar alcoholverslaafde jongeren gevonden cognitieve schade is volgens haar 'ten onrechte veralgemeniseerd'.
'Van Rijn: 'schadelijkheid als een paal boven water'
Dat algemene beeld blijkt zich echter diep te hebben gevestigd. Ook bij beleidsmakers en -verantwoordelijken. In de Volkskrant reageert staatssecretaris Van Rijn van Volksgezondheid stellig op het onderzoek: "Dat alcohol slecht is voor kinderen staat als een paal boven water. Tegenover dit onderzoek staan tal van onderzoeken naar de schade door alcohol bij ongeboren kinderen, door comazuipen, en de relatie met probleemgedrag en onderzoeken naar bijvoorbeeld korsakov."
Onderscheid naar alcoholgebruikers
Ondanks de polarisatie over de betekenis van de bevindingen van Boelema, moet worden opgemerkt dat recent Amerikaans onderzoek een ondersteuning zou kunnen betekenen voor Boelema's bevindingen. De Amerikaanse Centers for Disease Control and Prevention (CDC) ontdekten dat comazuipende jeugd zeer vermoedelijk onderscheiden moet worden van alcoholverslaafde mensen in het algemeen en jeugd in het bijzonder.
Alcoholgebruik is een 'klassending', denken de CDC's in de VS; arme jeugd raakt verslaafd, rijkere jeugd drinkt af en toe en zuipt zich af en toe lam. Daarom moet er naast klassieke alcoholverslavingszorg, gedacht worden aan algemene maatregelen zoals een verhoging van alcoholaccijnzen en standaardscreening op alcoholgebruik door de huisarts. Dergelijk algemeen beleid zou zorgen voor op individuele gevallen gerichte en daardoor doeltreffender maatregelen.
Vanuit een wat breder denkkader stellen de CDC's, net als Boelema, dat alcoholge- en misbruik een gelaagd en niet te veralgemeniseren vraagstuk is.
Fotocredits: Martin van Rijn, via www.deondernemer.nl
Op 6 december krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
@Otto,
Oeps. Positieve gezondheidseffecten. :)
Robert, over je laatste zin: positieve of negatieve gezondheidseffecten?
@Jan #2,
Je zegt dat er interactie is tussen alcohol en de persoonlijkheidsstructuur. We kennen allemaal de mafkezen die het leuk vinden midden in de nacht schreeuwend over straat te gaan, terwijl ze een spiegel van een auto aftrappen. Of de gemiddelde alcoholgebruiker er negatief op reageert, is wat anders. En het lijkt aannemelijk dat alleen/vooral de grootgebruikers een negatieve interactie met de persoonlijkheid zullen ondergaan.
@Willem #4,
Je schrijft:
"Intussen staat die paal boven water -inderdaad is alcohol alleen maar gewoon puur slecht- er niet voor niets"
Als je dat gelooft, kijk je naar een klein aantal onderzoeksresultaten die betrekking hebben op een deel van de alcoholgebruikers. En negeer je de rest van de cijfers.
Lage/matige consumptie van alcohol (vooral wijn) is toch echt geregeld in verband gebracht met gezondheidseffecten.
#3 Jan, dus als je als puber af en toe een biertje of wijntje drinkt, krijg je lage morele drempels, onbeheerst gedrag en neiging tot doodschoppen? Of heb je het over dat de persoon die daartoe geneigd is eerder een biertje te pakken? Of heb je het over alcoholmisbruik waarbij men een litertje of 2 naar binnen werkt en dan gaat rondhangen op straat?
Blijkbaar is er nog niet aangetoond dat een biertje of wijntje op z'n tijd slecht is voor de jeugd of de zwangere moeder, wel dat excessief alcoholgebruik slecht voor de ontwikkeling van het kind is. Dat is dus de nuance die men hier probeert aan te brengen. Jij hebt het over alcoholverslaving en -misbruik, met onderliggende problematiek, die voor problemen zorgt. Dat is een andere paal, die wél goed zichtbaar boven water staat.
Alcohol is bepaald een maatschappelijk probleem en het dansen er omheen is als het dansen op een hete vloer. Of het zitten op een paal boven water waarvan wordt betwist of die wel zo veel voorstelt.
Intussen staat die paal boven water -inderdaad is alcohol alleen maar gewoon puur slecht- er niet voor niets, al is die paal niet geschikt als een troon voor je gezag. Het uitoefenen van gezag kan je nodig hebben als je geroepen bent om zorg te hebben over anderen. In principe hebben wij die zorg allemaal, maar niet allemaal in het bijzonder.
In feite heb je -tenzij je nog een kind bent- het meest de zorg over jezelf. Jij steekt de straat over als jij vindt dat jij dat veilig kunt doen. Drink jij ook alcohol, als jij vindt dat jij dat veilig kan doen? Ja natuurlijk, alleen als je die paal boven water -dat alcohol zondermeer slecht is- niet wilt zien, ben je wel verkeerd bezig. Als nou eens iedereen zich bewust zou zijn van zijn verantwoordelijkheid voor in de eerste plaats zichzelf (en gewoon logisch kon denken) dan was er gewoon helemaal geen alcoholprobleem, namelijk dan was er gewoon geen consumering van alcohol. Dan was er dus ook geen alcoholprobleem op maatschappelijk niveau. Iedereen die uit medemenselijkheid nu wel met dit maatschappelijk probleem bezig is, is bezig met het zo goed en zo kwaad als dat mogelijk is, de puinhoop die een ander van zichzelf maakt aan te pakken. Dat preventief (dat is: uit voorzorg) ondermeer door wetten te stellen, zowel als curatief (dat is: optreden als het in feite al te laat is). Daarmee zijn we precies aangekomen bij wat er in het algemeen met onze voeding aan de hand is. Er is meer mis met onze voeding dan alleen maar die alcohol. Er staan meer paaltjes boven water, die men niet zien wil (uit een behoefte aan het behoud van ellende is mijn stelling, men denkt nu eenmaal niet logisch, maar psychologisch, maar dat -althans hier- terzijde).
Tenslotte (resumerend en concluderend): wat zou u van de stelling zeggen: het gevaar van een drukke straat over te steken wordt ten onrechte veralgemeniseerd (of noem het: ten onrechte uitvergroot)?
Of: het gevaar van zich een diabetes II aan te eten, wordt ten onrechte veralgemeniseerd". (Dat nota bene in de huidige situatie?)
Gewoon: dat zijn dingen die nu juist wel algemeen waar zijn, en te zoeken naar een excuus, in de trant van "ik kan dit wel wagen" (dat in een situatie waarin menig ander zou verongelukken) is wat spreekwoordelijk heet: de goden tarten. Of te wel: als er een gevaar is moet je daar niet zo dicht mogelijk bij willen zijn, maar juist zo ver mogelijk van af, laat staan dat je wil uitproberen hoe dicht je al bij het gevaar (in casu een alcoholverslaving) bent.