Vandaag maakte de VN-klimaattop COP28 in Dubai een vliegende start. Al op de eerste dag stemden de afgevaardigden in met de oprichting van het klimaatfonds dat arme landen moet helpen de kosten van klimaatrampen te dragen. Met een toegezegde bijdrage van $100 miljoen zette COP28-voorzitter Sultan Ahmed al-Jaber meteen de deur open voor regeringen om ook bij te dragen.
Na meer dan tien jaar duwen en trekken door ontwikkelingslanden om financiering te regelen voor de aanpak van door klimaatverandering veroorzaakte schade en verlies, bereikten onderhandelaars tijdens de vorige VN klimaattop in Egypte, COP27, eindelijk een 'historisch akkoord' om een speciaal fonds in te stellen voor 'loss and damages'. Maar dat betekende nog niet dat het fonds er ook kwam laat staan gevuld werd. Na een reeks overgangscommissievergaderingen om de details en financiering uit te werken en vier sessies die in onenigheid eindigden, lag er eind november eindelijk een akkoord. Tot verrassing van velen is het klimaatschadefonds vandaag, op laatste dag van de maand en de openingsdag van COP28 in Dubai, formeel gelanceerd.

"Ik feliciteer de partijen met deze historische beslissing. Dit zendt een positief signaal van momentum naar de wereld en naar ons werk," zei de voorzitter van de COP28-bijeenkomst, Sultan al-Jaber van de Verenigde Arabische Emiraten. Hij zette de oprichting kracht bij door een toezegging van $100 miljoen te doen, en werd prompt gevolgd door Groot-Brittannië dat €60 miljoen toezegde, de Verenigde Staten met $17,5 miljoen en Japan met $10 miljoen. De kersverse klimaatcommissaris Wopke Hoekstra liet weten dat de Europese Unie in totaal minstens €225 miljoen in het fonds stopt, waarvan €100 miljoen afkomstig is van Duitsland.

Hoeveel Nederland bijdraagt aan het fonds is nog niet bekend. Op NU.nl zegt de Nederlandse klimaatminister Rob Jetten blij te zijn met het akkoord. "Goed nieuws dat er een akkoord is over het schade- en verliesfonds. Nederland heeft zich het afgelopen jaar ingezet voor een fonds dat toegang geeft aan de meest kwetsbare landen in de wereld."

Door al op de eerste dag van de klimaattop dit heikele onderwerp af te handelen, is er ruimte om andere compromissen te smeden tijdens de twee weken durende top. Op de agenda staan immers ook mitigatie (het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen), adaptatie (het aanpassen aan de gevolgen van het veranderende klimaat) en financiering van maatregelen en hulp aan kwetsbare landen. Ook de wereldwijde inventarisatie van de voortgang van landen bij het behalen van de doelstelling van het Akkoord van Parijs om de opwarming van de aarde te beperken tot minder dan 2 graden Celsius (3,6 graden Fahrenheit) is geen gelopen race.

Wereldbank
Het klimaatschadefonds wordt de eerste 4 jaar beheerd door de Wereldbank. Dat ging niet zonder horten of stoten, omdat de arme landen liever niet wilden dat het fonds bij de Wereldbank ondergebracht zou worden, en de EU wilde voorkomen dat landen als China en Saoedi-Arabië, die tot de ontwikkelingslanden behoren, niet zouden hoeven bij te dragen. Bijdragen aan het klimaatschadefonds is niet verplicht, maar rijke landen worden "opgeroepen" om dit te doen, terwijl andere landen alleen worden "aangemoedigd" om geld in te leggen, aldus RTL Nieuws.

Hoe dan ook hopen de ontwikkelingslanden dat het klimaatschadefonds tijdens de top in Dubai flink vol zal lopen. "De vooruitgang die is geboekt bij het opzetten van een klimaatschadefonds is zeer belangrijk voor de klimaatrechtvaardigheid," zegt Madeleine Diouf Sarr, voorzitter van de VN-coalitie van de 47 minst ontwikkelde landen. "Maar een leeg fonds kan onze mensen niet helpen. We verwachten tijdens deze klimaattop significante toezeggingen van nieuwe financiering om ervoor te zorgen dat het klimaatschadefonds zo snel mogelijk steun kan geven."

"Wat betreft de juridische en morele verplichting, ligt die bij rijke landen vanwege hun historische verantwoordelijkheid," onderstreept Harjeet Singh van Climate Action Network International op Deutsche Welle. "Maar grote landen zoals China of de Golfstaten, die oliestaten zijn, kunnen altijd geld doneren als ze dat willen."